Na het bezoek aan vrienden waar Sientje allerlei stukjes kaas en worst kreeg, kwam haar hongerige geest los. Van een hond die een pak stroopwafels gewoon liet staan, zelfs als je weg was, veranderde ze in een schrokop. Altijd op zoek naar eten. Ze liet geen gelegenheid voorbij gaan om te eten.
Nadat de dierenarts opmerkte dat ze echt te dik was geworden, was het tijd voor maatregelen. In het eerste jaar hadden we te nauwgezet de aanwijzingen op het pak hondenbrokken gevolgd. Aanwijzingen die je met een grote korrel zout moest nemen, zei de dierenarts. Als je de helft nam van de aanbevolen hoeveelheid, dan zat je wel goed. Zo snel zou ze niet verhongeren. Verder goed letten op het gewicht en in de gaten houden of het niet allemaal te bol wordt.
Het strikte dieet hielp niet mee de hongerige geest te temperen. We hielden het nauwgezet in de gaten, wogen haar soms om even te kijken of we op de goede weg zaten. Maar dan was het nog altijd moeilijk. Een teckel is namelijk heel sterk gericht op eten. Het lijkt wel een hongerige wolf, altijd op zoek naar iets eetbaars. Is het niet buiten, dan is het wel binnen.
Sientje greep elke kans. Zo moest de vuilnisbak die in de keuken stond er al heel snel aan geloven. Ze haalde het ding leeg als er iets eetbaars in zat. De buit werd breed uitgemeten op de vloerbedekking.
Samen met de ongelukjes zorgde het ervoor dat we vrij snel besloten het huis maar eens te onderwerpen aan een grote opknapbeurt. Het nieuwe kleed dat we daarna in de woonkamer hadden liggen, kreeg flinke opdoffers. Zo legde Sientje een keer beslag op een zakje met macaroni. De tomatensaus werd mooi uitgesmeerd over het witte kleed. Het kleed lag er om warme voeten te houden bij de bank, maar Sientje benutte het wol om het helemaal rood te maken.
Het kleed zou populair blijven om de veroverde prooi op te verorberen. Zo zou later nog een doos Nesquik over de witte wol worden verspreid. Het bruine poeder verdween in alle vezels van het kleed en zorgde er vanaf dat moment altijd voor dat het kleed iets groezeligs behield. Hoe vaak we het ook hadden uitgeboend, het wit was veranderd in een vreemde kleur geel. Ik had na de ontdekking in paniek de dierenarts gebeld.
Sientje stond te stuiteren van het suiker uit de chocoladepoeder. De assistente vroeg me hoe het ging met Sientje. ‘Ligt ze te hijgen?’ vroeg ze. Nee, ze lag niet te hijgen. ‘Heeft ze schuim op de bek?’ Nee, er was geen schuim op de bek. ‘Draait ze met haar ogen?’ De hond draaide heel snel rondjes om de tafel die midden op het kleed stond. De stofzuiger loeide, maar de hond draaide zeker niet met de ogen. Dus met die vergiftiging viel het wel mee.
De eetlust kwam na het stroopwafelincident snel aan het licht bij iets anders. Op het kastje bij de deur naar het halletje stond een fruitschaal. Daarin lagen wat kiwi’s. Op een avond waren we allebei in de computerkamer aan het werk. Ik hoorde beneden iets schuiven. Snel rende ik naar beneden. Niets te zien. Daarna weer naar boven. Ik schoof net mijn stoel aan voor achter de computer. Weer lawaai. Er viel iets, leek het.
Ik weer naar beneden. Daar lag de fruitschaal op de grond met alle kiwi’s op het kleed. Ik ruimde alles op, weer naar boven. Ik schoof de stoel aan en weer het kabaal. Weer naar beneden en daar lagen ze weer: de kiwi’s keurig verspreid over het kleed. Eentje leek aangevreten een andere lag klaar om verorberd te worden.
Hoeveel kiwi’s lagen er in die schaal? vroeg ik aan Inge. ‘Ik zou het niet weten’, zei ze. Volgens mij heeft ze er 1 of meer opgegeten, antwoordde ik. Geen idee. Het bleef een raadsel. We konden niet geloven dat Sientje zo gek op kiwi’s zou zijn. Het bestond toch niet, een teckel verslaafd aan de enigszins zure vrucht. We lieten het maar zo. Tot we de volgende dag heel toevallig samen met Sientje liepen. We staken de straat over en daar moest ze poepen.
Netjes als we waren, stond ik klaar met de poepschep om de uitwerpselen op te scheppen. Ze perste de drol eruit, keurig om de buitenkant verscheen het stickertje met daarop Nieuw-Zeeland van de kiwi. Het stickertje lag als een wikkel om de goedgekeurde drol. We barsten in lachen uit. Wie lacht er nou om een drol? Nou als je ziet dat je hond van de kiwi’s gegeten heeft, dan moet je echt lachen. Het raadsel was opgelost.
Lees het vervolg: Sloopbedrijf »
Lees elke week een nieuwe blog met een nieuwe herinnering aan Sientje.
[mc4wp_form id=”20905″]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten