31 december 2007

De Wals

Camille Claudel spreekt heel wat mensen tot de verbeelding. Zijn het haar beelden of gaat het meer om haar bijzonder leven? Dat ze voor gek versleten werd en dertig jaar van haar leven in gestichten doorbracht. Of dat ze minnares van August Rodin was.
Zijn naam valt altijd in één adem als het over haar gaat. Ze worstelde erg met haar kunstenaarschap en het vrouw zijn. Opdrachten werden haar niet gegund omdat ze vrouw was. Haar werk kreeg niet de waardering die het werk van haar mannelijke collega's wel kreeg.
De biografie van Anne Delbée bracht de kunstenares Camille Claudel weer helemaal in beeld. Het bracht haar werk ook in de belangstelling. Vandaag zag ik voor het eerst van mijn leven een beeld van de Franse kunstenares: "La Valse" (de Wals) uit 1905. Ik had veel over het werk gehoord er ook veel afbeeldingen van het bronzen beeld gezien, maar vandaag zag ik het in het echt.
Het is een indrukwekkend beeld. De lichamen van de man en vrouw zijn heel mooi ineen verstrengeld. Het geeft iets erotisch. De dans wordt bijna een paring. Dit komt door de naakte lichamen en door de bijzondere wijze waarop de stof drappeert. Je verliest jezelf in datgene wat niet te zien is.
Het beeld is onderdeel van de expositie Schilders van de Ziel. Symbolisme in Frankrijk. De expositie is tot en met 27 januari te zien bij Singer Laren. Een aanrader voor iedereen die van raadselachtigheid houdt en natuurlijk voor de liefhebbers van Camille Claudel.

30 december 2007

Cembalowerken

Gisteren bij de Kringloopwinkel twee dikke LP-boxen meegenomen van de Cembalowerken van Bach. Ik liep er toevallig tegenaan. Het zijn uitgaven van Archiv uit de jaren zestig en zeventig. De tijd dat het spelen op originele instrumenten opkwam.
Uitvoeringen die vanwege de moderne authenticiteit op de platenspeler gespeeld moeten worden. Ik heb bijvoorbeeld de uitvoeringen van Walcha van Bachs orgelwerken op cd, maar die steken schril af tegen de herinneringen aan de platen. Mijn vader heeft er namelijk een paar in bezit. Het gekras van de naald door de groef van de plaat maakt deze uitvoeringen nog authentieker.
Het probleem is alleen dat de platenspeler ergens in een doos op zolder ligt opgeslagen. De plaat raakt steeds meer uit beeld in deze tijd van mp3 en andere snelle digitale wegen. Muziek is overal voorhanden en niet meer een uniek moment waar je echt voor gaat zitten.
Binnenkort, als de zolder klaar is, pak ik de platenspeler en ga ik heerlijk luisteren naar Huguette Dreyfus, Ralph Kirkpatrick, Helmut Walcha (ja hij is er ook bij op klavecimbel) en Karl Richter. Benieuwd of mijn betoog steekhoudend blijft als de naald uit de groef glijdt, of juist blijft hangen.
De vorige eigenaar is heel zuinig op de platen geweest. Sommige muziekstukken heeft hij omcirkeld op de bladen die bij de platen zijn gevoegd. Ik verbeeld met dat de man is overleden en zijn kinderen het spul maar afgedragen hebben aan de kringloopwinkel. Gek idee dat het van iemand geweest is met dezelfde interesses als ik. Ik heb namelijk niet alleen zijn platen, maar ik herken zijn handschrift ook in een paar boeken die ik gisteren gelijk met de platen mee naar huis nam.

29 december 2007

Krom vloertje

Als hij krom is, krijg je niet je geld terug. Ik heb zojuist voor 2,50 euro per m2 een laminaatvloertje voor op zolder gekocht. Hij kan krom getrokken zijn, vertelde de laminaatboer er eerlijk bij. Bij hem kocht ik eerder al de vloeren van beneden en de eerste verdieping. Hele aardige vloeren voor een heel aardige prijs.
Deze koop lijkt ook wel aardige aankoop. Eerst wacht nog wat ander werk. Vandaag ga ik het kozijn schuren, plamuren en schilderen. Dan moeten de plintjes die ik vanmorgen bij de Praxis gehaald heb, worden gebeitst. Ik hoop morgen of op oudjaarsdag een beginnetje te kunnen maken met de vloer van de grote zolderkamer. Als het allemaal meezit, kunnen we volgende week verder met de andere kamer op zolder. Eindelijk komt er een beetje schot in de zaak.
Het is een heel karwei en eigenlijk hebben we er geen zin meer in. We hebben teveel geklust in dit huis en ik dank God op mijn blote knieën als het klaar is. Desnoods op een krom laminaatvloertje.

28 december 2007

Onbereikbaar

Deze twee weken rond kerst en oud nieuw leveren een uitgestorven kantoor op. Veel kamers blijven de hele dag donker en als er iemand door de gang loopt, schrik je van het geluid dat de totale stilte doorbreekt.
Maandag merkte ik al dat vrijwel alle leveranciers onbereikbaar zijn. Een gevalletje met een URL kostte me vooral tijd omdat de andere kant van de telefoonlijn niet reageerde op mij bellen. De mailtjes kregen een even snelle echo terug. Dat ik nog even mocht wachten op een reactie.
Vreemd idee dat kerst en een jaarwisseling voldoende is om een hele economie stil te leggen. Tegelijkertijd is het voor de achterblijvers een uitgelezen kans om het werk te doen dat wat meer concentratie vergt. Zo schreef ik vandaag bijna een hele handleiding voor het nieuwe cms bij elkaar.
Aan het eind van de middag mocht ik ook aansluiten bij de onbereikbaren. Het mailtje dat terugkeert naar de afzender, krijgt de vriendelijke boodschap dat ik even niet bereikbaar ben tot 7 januari. Alle tijd om mijn zolder verder op te knappen.

27 december 2007

Lood om oud ijzer

Bij de buren is lood gestolen. Het hing tussen de muur en de dakpannen van het klompenhokje. Het was me al eerder opgevallen en ik vermoedde dat ze het wel wisten, maar mijn buurman zag het pas gisteren. Ik dacht dat het door de wind kapotgeslagen was, maar het lood is gestolen, zo vertelde mijn buurman mij vanmiddag. Het aangrenzende huis was eveneens ontdaan van de loodlap.
Mijn twee buren waren de hele dag bezig met de verdwenen lap lood. De geleende trap hadden ze ook geregeld nodig bij hun activiteiten. Daarom vreesde ik het ergste voor mijn eigen zolderactiviteiten. Zo ontdekten ze dat het lood bruut is afgeknipt door de dief. Een klein lapje is blijven hangen, dat kreeg hij blijkbaar niet los.
De buren belden een bevriend loodgieter en lieten hem een prijsopgave maken. De prijs voor het verdwenen lood van de twee huizen is meer dan 750 euro. Een aardig bedrag, die de dieven meegenomen hebben. Het wordt verzekeringswerk. Daarom is tijdelijk een lap plastic over het verdwenen lood gespannen.
Ik keek vandaag eens om mij heen en zag dat meer huizen zonder lood zitten. Blijkbaar is de prijs op de zwarte markt hoog genoeg om het spul te jatten. We moeten niet alleen de deur goed dichtdoen, maar ook ons dak vergrendelen.

26 december 2007

Structuurverf

Het zolderverhaal krijgt weer een vervolg. Vanmiddag liep ik niet door de woonboulevard, maar stond ik op een wankel trappetje op zolder. De muur heeft een laagje structuurverf gekregen. Alle gipswandjes - inclusief de laatst herstelde muur - zijn voorzien van een mooi laagje verf met zandkorrels.
Het resultaat mag er zijn. Eigenlijk ben ik er best trots op. Morgen is mijn reguliere vrije donderdag. Dan proberen Inge en ik de twee betonmuren eveneens te voorzien van de mix van zand en verf.
Inge naait ondertussen heerlijk met haar nieuwe machine. Ik schrijf dit terwijl ik lekker op de bank in mijn nieuwe huispak zit. De broek en de trui zijn gemaakt van een zachte fleecestof. Het zit lekker zacht en warm. Een mooie aanwinst om straks aan te trekken als ik in de bibliotheek ga zitten.

25 december 2007

Verwachtingen

Een stoet auto's verliet het kerkhof, het vaartje waarmee ze reden toonde eerbied. Bij het kruispunt sloeg elke auto zijn eigen weg in. Ik rende zojuist langs het kerkhof en ineens viel mij de ongewone drukte voor dit tijdstip op. De bezoekers hongerden voor de kalkoen nog naar hun geliefde.
Overigens was ik niet de enige die aan het hardlopen was. Velen meenden zo vlak voor het familiebezoek nog een blokje om te hollen. Even lekker ontladen voordat de familie op de stoep staat. Ook ik liet de gedachten over kerst nog eens over het fietspad voor mij uit rollen.
De ene helft mist de geliefde en probeert daar iets van te vinden op een winderig kerkhof. Terwijl de andere helft opziet tegen het plichtsbesef en de druk van het familiediner. Waarschijnlijk verlangen beiden naar iets dat er niet is.
Meer nog dan vrede en gezelligheid, is kerst het feest van verwachtingen. Gooi je verwachtingen daarom over boord, misschien wordt het dan vanzelf feest.

24 december 2007

Hij doet het weer!

Mijn oog is er weer. Een vreugdevolle tijding zo kort voor de kerst. Vanmiddag ging mijn oog weer onder de deskundige lens van de oogarts. Ze zag dat de wond vrijwel geheeld is.
Volgens haar blijft het risico bestaan dat de beschadiging weer open trekt. Vooral in de ochtenduren als het oog droog is door het slapen kan de wond weer opentrekken. Daarom moet ik goed opletten bij het ontwaken. Het beste is als ik een druppel vocht in mijn oog laat lopen en dan pas het oog helemaal opendoe. De plek is een zwak punt dat je goed in de gaten moet houden.
De komende periode vooral lekker zalf smeren, met name voor het slapen gaan om de droogte 's ochtends tot een minimum te beperken.
Er is best mee te leven. Het had allemaal erger gekund.

23 december 2007

Nieuwe verwoordingen baren

Een gedicht onderwerpen aan een vertaalmachine op internet. Mijn oud-collega Frodo deed het al eens. Het leverde een hilarisch stukje poëzie op.

De vertaalmachine Babelfish van Altavista is de oudste machine die een stukje Nederlands automatisch in het Engels omzet, om er dan weer Duits van te maken en via het Frans terug naar het Nederlandse te gaan. Voor elke vertaal-nitwit is het een handig machientje, maar voor de kenners druisen deze apparaten tegen alle taalgevoel in.

De vertaalmachine van Google, Google Translate, staat mij iets nader aan het hart. Het is wat mooier vormgegeven. De originele tekst blijft bijvoorbeeld naast de vertaling staan.

Ik vroeg mij af of er met dergelijke apparatuur geen mooie gedichten zijn te vormen. Daarom componeerde ik dit eenvoudige gedicht:

Als de taal de woorden verlaat
dan schiet het begrip tekort
dragen de dingen andere namen
en vergeet de vertaler te vertalen

Dag verandert in nacht
terwijl de klok zachtjes tikt
zoeken de woorden hun doel
en schieten het verkeerde huis

in hun overmoed de lege
bedoelingen verschuiven in
nieuwe zinnen en doen
alsof het hun moerstaal is.

Om het geheel niet teveel te manipuleren veranderde ik 'moerstaal' in 'moedertaal'. Ik leefde in de veronderstelling dat 'overmoed' wel te vertalen was, maar dat was overmoedig van mij. De tekst heeft de volgende weg afgelegd via de Google translator, slechts twee keer heb ik Altavista gebruikt: Nederlands - Engels - Russisch - Engels (via Altavista) - Traditioneel Chinees - Simpel Chinees - Engels - Duits - Frans - Engels - Arabisch - Engels - Nederlands (via Atavista). Ik heb Altavista gebruikt om niet dezelfde translator de tekst te laten terugvertalen. Ik achtte de kans te groot dat de vertaalmachine de tekst precies hetzelfde zou terugvertalen, vandaar.

Het leverde een onleesbaar gedicht op:

Als de taal
maak dan het concept schaarste
om kwestienamen van andere individuen te maken
vertaler voor te vergeten transmissie

Veranderingen in de zelfde nacht
ondanks de passage van tijd, kan men,
het doel, daarom,
valse Eén, en het woord van de Spreker van het Huis

U overmoed bent in de lucht
te heroriënteren Geloof zich
en zodat was het dat de nieuwe verwoording
in feite, toen hun moeder


Dit vormde voor mij genoeg inspiratie voor een bewerking. De woorden heb ik vrijwel allemaal overgenomen, soms in een iets andere volgorde gezet en soms is er iets bij gefantaseerd.

Als de taal van het concept
schaarste maakt en kwesties
verandert in namen van andere individuen
dan vergeet de vertaler de transmissie

Veranderingen in dezelfde nacht
kunnen ondanks de passage van tijd
het doel missen, waar eens de valse Eén
van het Woord des Sprekers huis stonden

Overmoed, u bent in de lucht
en heroriënteert het geloof
zo is het in nieuwe verwoordingen
in feite als toen uw moeder u baarde

22 december 2007

Eerherstel

'Negen jaar cel voor Holleeder', schalde de nieuwslezer gisteravond door de huiskamer. 'Wat?' vroeg Inge vanuit de keuken. De afzuigkap ronkte en de deksels trilden van de kook die in de pannen heerste. 'Eerherstel voor Holleeder?'
De avond was vervuld van de misvattingen. Blijkbaar roept Holleeder dit op bij mensen. Zo sprak een man in een programma na het journaal over 'Een zucht van oplichting' die door hem heen ging.
Voor sommigen is het een sport dit soort misstanden op te sporen van de televisie. Zo zag ik laatst een man bij het programma Ik vertrek. Het was een vriend van het echtpaar dat naar Oostenrijk was verhuisd. Hij zat op het balkon voor het huis. 'Dit is niet het Oostenrijk van de bloembakken en de houten huisjes.' Om hem heen stonden de bloembakken. Bovendien toonde de camera recht achter hem een houten huis. Aan de reling van het balkon hingen grote bloembakken met geraniums.

21 december 2007

Afgeplakt

Met een dichtgeplakt oog begroet ik u. Eind september stak Doris namelijk - per ongeluk - een vinger in mijn oog. De nageltjes waren een paar minuten eerder door mij geknipt en daardoor superscherp.
Een tranend oog dat voortdurend trok, bracht mij toen bij de Huisartsenpost van Almere. Daar kreeg ik een lap op mijn oog geplakt met het bevel dat ik eventjes mijn oog niet meer open mocht doen.
Het duurde lang voordat het beschadigde hoornvlies genas en ik hield er last van. Op een gegeven moment werd het allemaal wat minder en leek het zelfs weg. Tot ik gistermorgen weer wakker werd in de vroege ochtend omdat mijn oog trok en traande.
Vandaag bij de huisarts en uiteindelijk ook de oogarts geweest. De laatste drukte er weer een pleister op. De wond van destijds is nooit goed genezen. Hij is weer open gegaan en ik ben weer terug bij af. 'Het is net een lasoog, waarbij de binnenkant niet goed genezen is', zei hij terwijl hij een rondje voor me tekende met een dramatische krater aan de onderkant.
Nu tik ik dit bericht met een afgeplakt oog. Ik voel me als zo'n kleutertje dat een lui oog heeft. Morgen mag de dure plakker van ruim vijf euro per stuk er een paar uurtjes af. Tot maandag moet ik met de pleister blijven lopen, dan kijkt de oogarts er weer naar.

20 december 2007

Zwembad dicht?

Elke donderdag neem ik een frisse duik in het zwembad samen met Doris. We zingen dan liedjes en springen vanaf de kant het water in. Ook laten we ons drijven, of proberen zoveel mogelijk onze hoofden onder water te laten zakken.
Vandaag was het mogelijk de laatste keer dat we in het water doken. De toekomst van de drie zwembaden in Almere is uiterst onzeker. Het contract met de huidige exploitant Sportfondsen verloopt op 31 december en wie het beheer overneemt, is nog altijd onduidelijk.
Een heel gedoe die aanbesteding van de drie Almeerse zwembaden. De gemeente vindt dat de huidige exploitant niet aan de eisen voldoet, er is een proces geweest dat de aanbesteding heeft vertraagd en nu zitten we zonder zwembad.
Ik vind het niet alleen sneu voor Doris, mijzelf of al die andere kinderen met ouders. Ik vind het vooral vervelend voor het personeel. De badjuf vertelde het verhaal over de onzekerheid met tranen in de ogen. Het ziet ernaar uit dat we in januari helemaal niet kunnen zwemmen.
Is dat de bedoeling van een openbare aanbesteding? Wat is het voordeel van de openbare aanbesteding? Het is misschien makkelijk de wijzende vinger te steken in de richting van de gemeente, maar ik voel die neiging wel heel sterk. Het zwembadgedoe heeft tot nog toe alleen maar verliezers opgeleverd.
Ik heb wat gespeurd op internet, maar tot nog toe ontbreekt elke vorm van informatie.

19 december 2007

IJskoud water

Wanneer het vriest, is het heerlijk de kraan te laten stromen en het ijskoude water in je mond te laten glijden. Als een hittegolf de zomer treft, mis ik vaak het koude water dat nu de kraan verlaat. De kou maakt het water fris en attent. Je voelt het ook je maag in glijden en verder voeren tot ver in de darmen.
Water is van levensbelang. Wanneer ik een ochtend geen water heb gedronken, voel ik me loom en slaat de zwaarte in mijn hoofd. Daarom vind ik het een goede zaak dat de drie dj's zich laten opsluiten om geld voor water in te zamelen. Al roept de aandacht van de media bij mij soms vraagtekens op. Draait het om de paar dagen hongeren van de dj's, of om het tekort aan schoon drinkwater. Over de temperatuur gaat het dan niet eens, maar gewoon schoon is al heel wat.

18 december 2007

Een 1 op de schaal van klantvriendelijkheid

Beste Mevrouw Anders,

Ik was speciaal wat eerder van mijn werk gegaan om op tijd bij u te zijn. Ik had vrijdag een mooie nieuwe bril uitgezocht, maar een meneer naast mij had de bril eveneens uitgezocht. Hij had hem weer teruggelegd en ik had hem gepast. We vonden hem allebei leuk. 'Ik had hem het eerste', zei de meneer. Een collegae van u belde een ander filiaal om te vragen of ze daar dat montuur ook hadden. Er was er nog eentje en het zou er maandag zijn. 'We bellen u als het binnen is.'

Omdat ik nog niet gebeld was, ben ik iets eerder naar uw winkel gegaan. U staat er nogal op dat u om 17.30 uur dichtgaat. U had mij een poosje geleden al de winkel uitgestuurd omdat u dicht ging. 'Ziet u dan niet dat het half zes is? Dan gaan we dicht', zei u nors. Ik antwoordde dat het mij speet, maar dat over het algemeen winkels om 18.00 uur dicht gaan. 'Wij om half zes', zei u dwingend terwijl u ons in de richting van de deur duwde. 'U bent morgen om half tien de eerste', vervolgde u zonder begrip.

Nu was ik keurig om 17.10 uur in uw winkel. U tuurde naar de klok en mompelde iets tegen uw collega. Daarna bleef u stil in mijn richting. U moest papiertjes vouwen, dat kan natuurlijk. Gelukkig had u even later aandacht voor mij. Ik vertelde het verhaal dat maandag de bril er zou zijn en ik nog niet gebeld was. 'Maandag komen nooit brillen', zei u alsof ik dat had kunnen weten. 'En vandaag ook niet. U wordt gebeld als de bril binnen is.'

'Nou, mij is verteld dat maandag de bril binnen zou komen, of anders vandaag. Daarom kom ik even langs', probeerde ik nog een keertje. 'Hij komt in de loop van de week. Het is nou eenmaal anders dan u in uw hoofd heeft.' Ik voelde dat een kookpunt naderde. 'Het is niet iets dat ik in mijn hoofd heb, maar dat mij zo is verteld. Dat is iets heel anders.' 'Ja, ik vind het ook jammer. We bellen u als hij er is', vervolgde u nog een keertje nors. U draaide u om en wilde mij zo aangeven dat ik echt maar eens moest vertrekken.

Ik voelde mij onheus behandeld door u. U moet zich verontschuldigen, vind ik. Dat u zo doet en dat u mij dingen in de mond legt, die ik niet gezegd heb. Mijn vrouw is zo netjes door meneer Hans behandeld, terwijl u zo lelijk tegen mij doet. Ik vind dat helemaal niet prettig en ben erg boos.

Ik liep de zaak uit, maar wilde eigenlijk teruglopen om u te zeggen dat u die bril in uw reet kon steken. Ik heb het niet gedaan, want ik ben netjes. Eigenlijk vind ik nog steeds dat ik het had moeten doen. Maar ik behandel u niet zoals ik niet behandeld zou willen worden. U zou er een voorbeeld aan kunnen nemen. Want op de schaal van klantvriendelijkheid scoort u een 1.

Dag mevrouw Hans,

Hendrik-Jan

17 december 2007

Toeteren

Het zou het oergeluid zijn waarmee de Tubanten naar elkaar seinden. In Twente houden ze deze traditie in ere. Ergens mis ik het nu wel. De diepe tonen die langzaam in een trappetje omhoog neuriën en die opklinken in het bos terwijl de kou om je heen grijpt. De rest van Nederland moet dit volksgebruik ontberen.
Toen ik nog bij de Twentsche Courant Tubantia werkte, haalden de midwinterhoorns steevast de pagina's van de krant in deze tijd van het jaar. Dan verzamelden de 'toeteraars' zich in een schuurtje op een industrieterrein en zochten wij verslaggevers naar de originele invalshoek voor het jaarlijkse ritueel in de adventstijd.
Dat het hele verhaal rond die oertonen pure onzin is, heeft de schrijver Han Voskuil al in de jaren 1980 bewezen. Hij vertelde dat het blazen op de midwinterhoorn eerder een modernisme is, dan een oud gebruik. Het stamt uit de jaren 1930. In Het bureau haalt Voskuil zijn eerdere belevenissen nog een keer aan (deel 6, p. 357-363). Voor de camera van Van gewest tot gewest veroorzaakt hij een heuse rel in Twente. Hij is vervolgens door verschrikkelijk veel mensen door de mangel gehaald, maar niemand kan zijn verhaal weerleggen.

16 december 2007

In de genen

Stuken of stukadoren, wat ook het verschil ertussen is, Inge is een natuurtalent. Ze heeft vanmorgen de muren op zolder gladgestreken. Dit secure werkje heeft ze blijkbaar goed afgekeken van haar vader, die kon stuken en stukadoren.
Zou het erfelijk zijn, vroeg ze hardop af tijdens het stuken van de muren op zolder. Het zou best kunnen, zeker ook toen ik Doris gewapend met een kleine spatel en een potje gips de muur zag pleisteren. Een mooi gezicht zoals moeder en dochter bezig waren. Ik heb mijn activiteit maar gehouden bij het voorzichtig plamuren van een paar gaten en hoekjes.

15 december 2007

Zonsondergang

Als er een tijd is waarbij de zonsondergang zo bewust aan je oog voltrekt, dan is het nu wel. Het brengt mij tot gedichten, die ik dolgraag met jullie wil delen.

Ik heb dit gedicht maar naamloos gehouden...

****

Een witte streep duwt een vliegtuig
vooruit tegen de ijsblauwe lucht
zie ik vlak boven de dakrand
dat de zon oranje afscheid zoent

De takken sprieten kaal het donker
tegemoet, maar voordat het blauw
wegduikt in het zwart mogen ze
mij nog heel eventjes in de ogen kijken

***

'Hé, ik zie de maan', zeg je
Ik zie alleen het vliegtuig vooruit
hollen terwijl het blauw azuurt
voordat de avond zich echt meldt

Als ik voorover buig en jij
wat naar achteren hangt
doemt daar de glijbaan van
een stukje sikkel voor mij op

**

De maan hurkt weg van de bol
en ziet dat de avond de nacht
inluidt zoals het kerstklokje doet
in de koude weken van nu

Doe maar of het zomer is
en droom de koude warm
zodat het even warm is
als nu de kou onze neuzen knuffelt

Licht de avond nog even op
dan vergeet ik dit beeld verder
in de zee van liefde en spelen
we of de maan een zonnetje is.

*

Als zij de volgende dag
naar de glijbaan toe loopt
en ziet dat de zon zoet oranje
spuugt omdat het weer voorbij is

Roept zij 'maan' en dribbelt in de richting
van de sikkel om te glijden
na het klimmen voordat het donker
ons begroet knipoogt de maan haar

Almere, 14 en 15 december 2007

14 december 2007

Afhankelijk

De Bommelerwaard heeft weer stroom, maar Bali gaat zonder akkoord de nacht in. Vreemde combinatie van twee nieuwsfeiten. 'Het lijkt hier wel de Middeleeuwen', verzuchtte een inwoonster van Zaltbommel voor de televisiecamera van het journaal.
Aan de andere kant van de wereld bereiken de onderhandelaars geen akkoord. De afhankelijkheid van de westerlingen van olie en gas wint het van een gezond klimaat.

Mijn halve zolder staat er vol mee

Pilaren van boeken zoeken een weg omhoog. Ze leunen scheef tegen elkaar in de stapels op de tafels. Je ziet de bedompte en muffe lucht opstijgen uit de opgestapelde boeken. De twee Jackhalzen van De wereld draait door bezoeken recensent Martin Ros. Ze moeten zich een weg banen door al het leesvoer heen.
'Al deze boeken wachten op mij om gelezen te worden', verzucht de lezer, die vanwege zijn leeftijd afscheid moet nemen van de Tros Nieuwsshow. De afkoopsom van 15.000 euro weerhoudt hem niet van kritisch commentaar. Zijn woorden spreken vooral over een triest verdriet en bovenal een holle frustratie.
Hij zoekt nu zelfs een boekenprogramma bij de EO. Hij moet toch iets met al die recensie-exemplaren in zijn zomerhuisje te Putten. De 70-jarige lezer heeft zoveel boeken staan in de scheve stapels dat hij meerdere levens nodig heeft om dat alles uit te krijgen. Zijn nieuwe vrije tijd kan hij goed gebruiken.
Ik herinner mij de anekdote van mijn docent Peter van Zonneveld. We hadden het over Amerika-deskundige Maarten van Rossum, maar hij hoorde in zijn slechthorendheid Martin Ros. 'Ja, dat is me er zeker eentje', reageerde hij. 'Die man heeft zoveel boeken dat de muren het van zijn huis begaven. Zijn huis stond op instorten, de scheuren werden met de dag groter en de vloer begon te kraken. In allerijl zijn stapels boeken afgevoerd. Die staan nog ergens bij Maarten 't Hart.' Het zou mij niet verbazen als de boeken nog bij 't Hart zijn. Jaren later las ik namelijk een interview met 't Hart. Ze waren inmiddels min of meer gebrouilleerd: 'Martin Ros, die moet nog eens die dozen met boeken ophalen. Mijn halve zolder staat er vol mee.'

13 december 2007

Stadsbos Pampushout

Elke vrije donderdag ren ik mijn favoriete hardlooprondje door het Almeerse Pampushout. Pampushout is heel aardig bos dat tussen IJsselmeer en het Noord-Westelijk gedeelte van Almere ligt. Bij het hardlopen loop ik een eindje langs de spoordijk in westelijke richting en steek Pampushout in om bij de Noorderplassen weer terug te hollen naar huis via het Beatrixpark.
De laatste weken hoor ik het geluid van motorzagen en vallende boomstammen. Het raadsel van de houtkap die even bedreigend klinkt als de verwoestingen van het oerwoud, is kortgeleden voor mij opgelost. Pampushout wordt omgevormd tot een stadsbos. Wat een stadsbos precies is, weet ik niet. Het ligt in een stad en schijnt het midden te houden tussen een bos en een park. In het stadbos worden de grasvelden niet netjes aangeharkt en de overtollige takken weggehaald, zoals dat wel in het park gebeurt.
Ik ken wel wat stadsbossen, het Kralingse bos en het Amsterdamse bos zijn volgens mij stadsbossen. Dat wij straks ook zo'n opgeleukt park krijgen is wel een beetje jammer. Juist die wijdsheid van weilanden afgewisseld met stroken vol bomen, trekt me aan het Pampushout. Bovendien moet ik er niet aan denken dat het straks op zondagmiddag verschrikkelijk druk is. Het is het lot van een mooi bos, denk ik.

12 december 2007

Paradijsje

Bij het speuren op de verschillende nieuwssites omdat mijn werkgever de laatste dagen wat vaker in het nieuws is, trof ik een foto van het Almeerse Stadshart. Ik herkende deze nieuwbouw uit duizenden: uitstekende daken, veel lucht, een grond van stijgende tegels en een hoogbouw met scherpe punten in felle kleuren achter een waas van glas.
De inzet van de foto stemde mij minder vrolijk: een verkiezing voor de lelijkste plaats op de wereld. Het argument erbij: 'het eerste wat in me opkwam bij de vraag naar de lelijkste plek ter wereld! Al sinds het werd gebouwd in de jaren 70 het toppunt van doodsheid'.
Erg gemakkelijk Almere te nomineren voor de lelijkste plek van de wereld. Bovendien spreekt de spreker hier meer vooroordeel dan een heus oordeel uit. Voor mij is Almere een paradijsje. Als ik hardloop en het vele groen mijn longen binnenstroomt, geniet ik van de plaats waar ik woon. Dan schud alleen mijn hoofd van links naar rechts in een herhaling voor dergelijke opvattingen.

11 december 2007

Geen piek aan

Man bijt hond vraagt zich af: wat vindt u ervan? Een oud-collega bij de krant refereerde graag naar dit televisieprogramma. Veel nieuws begint bij het kleine nieuws dat verteld wordt door de gewone man van de straat.
Gisteren liet Man bijt hond het werk van vrijwilligers zien. Ze bezochten ouden van dagen die een eenzame kerst tegemoet gaan. Ze volgden drie ouderen, die ze vragen stelden terwijl achter hen een kerstboompje door vrijwilligers werd opgetuigd.
Twee toonden zich erg tevreden. 'Het is misschien wel tien jaar terug dat ik een kerstboom had voor het laatst', vertelde een eenzame man. Er was ook een oudere vrouw die eigenlijk vond dat op haar kerstboom een piek hoorde. 'Er zit geen piek op', mompelde ze.
Het laatste shot van het item toonde de vrouw met de boom achter zich, met een piek erboven. Alleen het verhaal van de piek werd niet verteld. Heel jammer, omdat daar volgens mij het grote nieuws zat. Ondanks de piek kon de piekvrouw haar gezicht niet blij trekken.

10 december 2007

Genieten van een servet

Eten is lekker. Het verbaasde me een beetje toen ik het interview las met de Britse kokkin Nigella Lawson in NRC Next. Ze heeft een boek geschreven waarvan de recepten room en boter bevatten. Niet het afvallen, maar eten als vorm van sensualiteit en als genotsmiddel. Het klinkt bijna als het uitspreken van een vloek in dit 'Sonja Bakker'-tijdperk.
Best jammer, omdat eten gewoon lekker is en we dat ook best wel mogen vinden. Het genot van eten ligt dicht bij seksueel genot. Verliefde stelletjes gaan niet voor niks uit eten. Ze voeren elkaar. Vaak komt eten ook goed van pas bij een potje sex. Dikwijls wordt het liefdesspel afgebeeld met een tros druiven en een vrouw die reikhalst naar de vruchten.
De mooie foto die het interview vergezelt, roept wel wat vragen op. Wat ligt eigenlijk op haar bord? Een opgevouwen servet? Ze kijkt wel heel verlekkerd de camera in, dus ze kan goed acteren.

Goeiemoggel mongool

Dat een hype niet zonder gevaar is, bewijst het volgende berichtje. Twee heren begroetten elkaar gistermorgen in een Rijswijks café met 'Goeiemoggel'. Een derde omstander begreep de referentie naar de televisiereclame niet en begon te meppen. Hij had 'mongool' verstaan in plaats van 'goeiemoggel'.
Dat het niet kennen van de commercial ook grappig kan zijn, hoorde ik laatst. Verrast reageerde een kantoormedewerker op het horen van 'goeiemoggel': 'Ja, ook goeiesmorgens deze morgen'.

09 december 2007

Verstoppertje

Ze doet het al een paar maanden. Ze hangt dan voorover tegen de muur, houdt de handen voor het gezicht en begint te tellen. Dan draait ze zich na een paar seconden om en mompelt iets als: 'ik kom'
Het is een heel leuk gezicht om zo'n klein peutertje verstoppertje te zien spelen. Gisteravond voor het slapen vertelde ik dat ze het laatst in het zwembad ook deed. We stonden onder de douche, ze hing weer voorover tegen de muur en zei nu bij het omdraaien duidelijk: 'ik kom'.
Waar heeft ze het toch vandaan, vroegen we ons voor de zoveelste keer af. Het antwoord vonden we niet. Tot ik na een klein halfuurtje uit mijn eerste slaap werd gehaald door Inge. 'Ze heeft het van Peppa, Peppa Pig. Die spelen in een uitzending verstoppertje.' Ik kon de uitzending niet voor de geest halen, maar geloofde Inge direct.
Peppa Pig is een biggetje dat heel stom lacht. Doris vindt haar geweldig. In de korte uitzendingen die de kinderzender Nickelodeon uitzendt, doet het biggetje met haar vader en moeder en broertje George allerlei kinderspelletjes. Verstoppertje hoort daar ook bij. Waarschijnlijk heeft Doris het spelletje daar vandaan.

Kikker in december

Maar weer eens een gedicht:

Kikker in december

De kikker kruipt traag over de tegels
de regen valt opgelucht op de grond
als de vors uit zijn slaap wakkert.

Hij holt sloom de waterstroom achterna
en krimpt weg in het gat tussen schuur en stoep
alsof de winter nooit is begonnen en hij niet slaapt

Een kikker in december, zegt de natuur
verward en bezorgd. Vroeger kon zoiets
nooit in het holst van de winter.

08 december 2007

Meer vrouwen dan mannen

De bouwmarkt op vrijdagavond. Gisteravond ben ik toch maar even naar de bouwmarkt gegaan om klusgerei voor dit weekend te halen. Kleurrijk zijn de gangpaden, boordevol lampjes die kerstsferen moeten oproepen. Ik wandelde er als enige man tussen een even kleurrijk arsenaal aan vrouwen. Klussen mannen nog wel, vroeg ik mij af.
Zoals dat gaat bij een bouwmarkt, liep ik vanmiddag weer door de gang van de Praxis met een zak geelband gips. Nu moest ik de keufelende moeders ontwijken. Ze snuffelden tevreden tussen het kerstgroen, schoven gordijnen uit de houders en roken aan een plank. De kinderen krioelden om hen heen, maar dat stond de winkelpret niet in de weg. Ik droeg de 25 kilo poeder in mijn armen en kon een vrouw ternauwernood ontwijken.
Een jaartje terug liep ik op zondagmiddag door de bouwmarkt. Overal liepen gezinnen en stelletjes, maar ook vrouwen alleen. Alsof het leuk is om in je vrije tijd door een bouwmarkt te slenteren. Ik ben altijd de weg kwijt in de bouwmarkt en kan de spullen die ik moet hebben niet vinden. Al loop ik zes keer de hele bouwmarkt af, pas als ik het vraag vind ik het. Dan brengt een medewerker mij in de gang waar ik al acht keer door liep, maar waar ik dat schroefje echt niet verwachtte.
De enige vrouw die de bouwmarkt verschrikkelijk vindt, is mijn schoonmoeder. 'Mogen we nu naar huis?' zeurde toen we nog geen minuut binnen stonden. 'Jullie mannen vinden al die schroefjes en nippeltjes leuk, maar wij hebben er niks mee', dramde ze toen we na vijf minuten buiten stonden. 'Wij houden niet van de bouwmarkt.'
Ze heeft niet om zich heen gekeken, giegelde ik in mijzelf. Er liepen namelijk meer vrouwen dan mannen.

Lange halen, snel thuis

Het dier holde over het fietspad, sloeg linksaf en rende door de brug over. Alles liet zien dat de Cocker Spaniel erg graag daar wilde zijn in plaats van hier. Ik wachtte tot een eigenaar zou volgen. Die kwam ik pas een paar honderd meter verderop tegen. Hij liep net als ik hard en hield een riem in zijn hand geklemd.
Ik zag het nog niet helemaal, maar toen hij daarna wat paniekerig om zich heen riep, stopte ik even mijn pas om hem te informeren over wat ik enkele minuten eerder voorbij had zien komen. 'Een Cocker Spaniel?' Hij knikte. 'Die is over de brug.' Hij bedankte mij vriendelijk en tuurde naar het stalen staketsel een paar honderd meter verderop. Ik hervatte mijn hollen en keek nog even om. Hij liep vertwijfeld in de richting van de brug, rende weer eventjes, maar stopte.
Ik liep veel verderop toen ik hem weer meende te zien lopen op enige honderden meters afstand achter mij. Waarschijnlijk had hij het opgegeven en had zijn voorgenomen hardlooprondje weer opgepakt. Dat zijn hond er geen zin in had was duidelijk. Mogelijk wachtte die bij de voordeur op zijn baasje. Hardlopen was voor hem alleen maar bedoeld snel thuis te komen. Dat deed je niet voor lol.

07 december 2007

Smiley

Staatssecretaris van Defensie of burgemeester van Ede. Het is een manke vergelijking en toch verruilt Cees van der Knaap zijn baan als staatssecretaris voor die van burgemeester van Ede.
Natuurlijk weet ik de reden niet van zijn besluit, maar de keus voor de middelgrote gemeente Ede is op zijn minst hoogst merkwaardig te noemen. Meestal gaat het andersom. De grote stoelendans bij de vorming van dit kabinet leverden veel gemeenten hun burgemeester of wethouder.
Het schijnt dat Van der Knaap een vertrouweling is van Balkenende. Nu kiest Balkenende een nieuwe vertrouweling voor de functie van staatssecretaris: Jack de Vries. De Vries was jarenlang adviseur van Balkenende en hielp hem in zijn presentaties.
In de aanloop naar de tweede verkiezing van Balkenende (in 2003) werkte ik korte tijd bij de oude werkgever van Jack de Vries. Ik hoorde daar dat zijn bijnaam Smiley was. Ik denk altijd aan de bijnaam als ik hem zie. Misschien dat je dan beter burgemeester van Ede kunt zijn.

06 december 2007

Stemmingswisselingen

Een lieve gevoelige man, die plotseling verandert in een monster. Het is de schrijver A.F.Th. over wie het gaat. In een interview met het vrouwenblad Esta praat zijn vrouw Mirjam Rotenstreich openhartig over haar relatie met de schrijver.
De buitenwereld dacht dat alcohol de grote boosdoener was, maar de oorzaak was slaapapneu. Het toeval bracht ze bij de oorzaak. 'Bij de kassa zag ik een boekje liggen: Snurken van a tot zzzzz. Dat leek me wel grappig om mee te nemen. Adri las het en schrok. De symptomen van apneu die erin beschreven stonden, waren allemaal op hem van toepassing. Het is niet ongevaarlijk, je kunt eraan dood gaan.'
Nu wordt hij ervoor behandeld en draagt hij 's nachts een apart masker. Het monster is sindsdien verdwenen, staat er naast een foto van mevrouw A.F.Th. op een bankje, met een kat die op schoot kroelt. De foto bevat overigens een ultieme vorm van reclame. Op een schoolbord naast haar geschoven, staat in schoolhandschrift: 'Mim'. Mirjam Rotenstreich kijkt je vervolgens aan met grote ogen, alsof ze de kijker verwijt dat hij iets lager in de spleet tussen haar borsten tuurt.
Mim is de laatste roman van Van der Heijden. Het werk is verguist door zijn collega Grunberg. Het boekje met blauwpaarse kaft, ligt al een paar weken op mijn leestafel. Af en toe jankt de volle maan van het kaft mij toe en dan lees ik een enkele bladzijde. Op een of andere manier kom ik niet door het boek heen. Het moet allemaal heel mooi zijn, maar ik krijg er geen vat op. Dat terwijl de heren critici het zo'n mooi boek vinden. Misschien ontbreken de stemmingswisselingen.

05 december 2007

Hoezo chaos op het spoor?

Honderden treinen die wekelijks niet meer rijden. Dat dreigt vanaf zondag te gebeuren als de nieuwe dienstregeling van de Nederlandse Spoorwegen ingaat. Het nieuws is vandaag Nederland in gekatapulteerd, mede onder aanvoering van reizigersvereniging Rover.
De nuance in dergelijke berichten ontbreekt volledig. Zo zag ik in Een Vandaag een bericht over het moment waarop de trein tussen Ede-Wageningen en Amersfoort niet rijdt. De data die iemand noemde betrof alleen maar zon- en feestdagen, zoals 1 mei (Hemelvaart) en 12 mei (2e Pinksterdag). Het is niet nieuw dat de trein op die dagen niet rijdt.
Dan ontbreekt het de journalisten helemaal aan rekenkunst. Pabo-studenten zijn niet de enige die niet kunnen rekenen. Hoe verhoudt zich het aantal treinen van 120 ten opzichte van het totaal van meer dan 30.000 treinen per week? Het betekent zoiets als dat van elke duizend treinen die er rijden, vier uitvallen.
Zeker, ik wil het leed van de reizigers voor dat handjevol reizigers niet bagatelliseren, maar om het percentage van 0,4 procent 'chaos op het spoor' te noemen. Dat is echt iets teveel van het goede. Zeker als je dat afweegt tegen het percentage van treinen dat in 2006 niet reed, dat ligt namelijk op 1,4 procent. Op de 30.000 treinen per week, zijn dat 420.

Devoluerende evolutie

Chimpansees met een beter korte-termijngeheugen dan de mens. Is het schokkend nieuws, of zouden we er trots op moeten zijn? Ik denk vooral het laatste.
Het vermoeden bestaat dat de winst van de aap wordt veroorzaakt door de taalkundige eigenschappen van de mens. De taal, het redeneren maakt plaats voor het fotografische geheugen. Chimpansees slaan de cijfers bij de test op in het korte-termijngeheugen en laten zich niet afleiden als er witte blokjes op de plaatsen van de cijfers komen.
Het was even het gesprek van de lunch vandaag. Ik mocht vandaag bij onze websitebouwer zijn om de laatste hand te leggen aan de nieuwe website. Daar haalde ik het nieuws even aan. De noot, die bij veel media ontbreekt, voegde ik toe: chimpansees winnen het van mensen ouder dan twaalf. Mensen jonger dan twaalf jaar oud, bezitten dat fotografisch geheugen nog wel. 'Ik kan het wel begrijpen', merkte mijn disgenoot op. 'Ik verlies het van mijn dochter met memorie en zij is vijf jaar.'
Soms levert evolutie devolutie op.

04 december 2007

Je eigen werkwoord

Haar naam is een werkwoord. Sonja Bakker is meer dan lijnen. Ze is een merk en vooral een hype. Haar geheim: minder eten. Daar verdient ze er heel veel geld mee. Ik meen dat de Quote500 haar bezit op 7 miljoen schat.
Ze leefde ooit even royaal als de meeste Nederlanders. Toen de weegschaal te ver uitsloeg, zette ze zichzelf op een mager dieet van minder dan de helft aan calorieën die een volwassen mens nodig heeft. Ze viel ervan af, schreef er een boek over met recepten die van eten een straf maken, boordevol crackers en rijstwafels.
Met het boek in de hand doen miljoenen Nederlanders dagelijks boodschappen, alsof ze zelf niet weten wat lekker en gezond is. De fascinatie voor voedsel is bij Sonja Bakker compleet doorgeslagen. Ze stelt lijstjes samen die in haar dieet passen en waarvan ze zegt dat het goed is.
'Ik doe het zelf ook', durft ze te zeggen bij De wereld draait door. Als er iemand het werkwoord in de wereld heeft gebracht, dan is het Sonja Bakker zelf. Ze spreekt in het interview over 'sonja bakkeren' alsof het om een ander gaat.
Hoe eerlijk is ze? Is haar doel echt wel het afvallen van haar medemens, of het spekken van haar portemonnee. Dan is de obesitas van Sonja Bakker de hebzucht voor de centen. Want als iedereen zo zou afvallen van haar dieet, dan zouden de boeken op den duur niet meer verkopen.
Overal slaat onze dieetgoeroe een commercieel slaatje uit. Is het niet afvallen, dan is het wel op gewicht blijven. Het ene lijstje wordt veranderd voor het andere. Of het allemaal zo gezond is, betwijfel ik. Ik geloof meer in een gezondere levenswijze, waarbij bewegen belangrijker is dan eten...

03 december 2007

Elisabeth Eybers

Vandaag bereikte mij het nieuws van het overlijden van Elisabeth Eybers (1915-2007). Eybers behoort tot die schrijvers van wie je hoopt dat ze nooit zullen sterven. Helaas stierf ze zaterdag in haar woonplaats Amsterdam.
Haar laatste dichtbundel Valreep = Stirrup Cup was al bevangen van een doodsverlangen. Prachtige verzen en na het lezen van deze gedichten kon ik niet veel anders verwachten dan dat dit haar laatste dichtbundel zou zijn. Een waardige bundel om het leven mee af te sluiten.
De herinnering staat centraal in het oeuve van deze Zuid-Afrikaanse dichteres. Het heeft mooie gedichten opgeleverd, waarbij 'Herinnering' doorgedrongen is tot mijn persoonlijke canon:

HERINNERING

As kind het 'k eens die maan se ronde skyf
langsaam sien uitswel bo die silwer vlei
om saggies soos 'n seepbel weg te dryf
en tussen yl popliere in te gly.

Agter my in die donker was 'n raam
vol lig en mensestemme en gelag
en ín my angs en weekheid sonder naam
terwyl ek op die maan se loskom wag.

Die res is alles duister en verward…
Van tak tot tak het hy gewieg… ek weet
nog net dat die gekneusde gras se geur
soos naeltjies was en dat ek skielik seer-
gekry het van die inkrimp van my hart
en met my pols die trane weggevee't.

Al woonde ze sinds 1961 in Amsterdam, ze schreef haar hele leven in het Afrikaans. Aan het eind van haar leven vulde ze het aan met Engels. Wat fraaie tweetalige gedichten opleverde. Voor velen is Eybers de kennismaking met de prachtige poezie in het Afrikaans. Ze was gedurende de apartheid een van de weinige Afrikaanse dichters die nog gelezen werd in Nederland.
Als geen ander wist zij ondanks haar ballingschap in haar gedichten een groot verlangen naar Zuid-Afrika op te roepen. Voor Komrij stonden haar gedichten aan de basis van zijn bloemlezing van de Afrikaanse poëzie. 'Ik wil naar Afrika', roept hij aan het einde van zijn bespreking van haar gedicht 'Jong Seun'. Vrij snel na het schrijven van dit essay werkte hij gedreven aan een bloemlezing die de hele Afrikaanse poëzie terugbracht waar ze hoort.
De brug die Eybers was tussen hier en daar, is niet meer. Wat rest is een rijk oeuvre waarvan ik blijf hopen dat ze de eerste kennismaking blijft voor veel Nederlanders met de Afrikaanse poëzie.

02 december 2007

Rijmen en dichten

Een gedicht van mama, meende mijn broer bij het horen van het sinterklaasgedicht. De rijmparen 'Dubai' met: 'Elke maand is er wel een ver klusje bai'. Het bracht mijn broer tot zijn overtuiging. Hij zat er dik naast. Ik had mijn zwager getrokken.
Voor het eerst kreeg een familielid geen poëzie, maar rijm. Daarom had mijn zwagerman ineens een 'heg', omdat dit zo mooi rijmt op 'weg'.
Dat zijn ze niet van mij gewend. Ik wilde het sinterklaasgedicht verheffen uit de zielige situatie van kromme rijm en woorden die erbij gehaald worden omdat dit nu eenmaal zo rijmt. In plaats daarvan presenteerde ik echte sonnetten die knipoogden naar de hoogstaande literatuur.
Het voorval gisteren heeft me veel plezier opgeleverd. Ik ben nu overtuigd: dit ga ik vaker doen. Niks is leuker dan een sinterklaasgedicht vol van kromme rijm en rare wendingen. Dat hoort gewoon bij dit feest. Al kon ik het stiekem niet laten het gedicht van binnen wat op te fleuren met binnenrijm en andere dichterlijke trucs. Gewoon even een extra sport voor mijzelf.
Over dichten en rijmen gesproken. Sommige dichters komen niet veel verder dan een goede sinterklaasrijmer. Onze Dichter de Vaderlands is zo iemand. Driek van Wissen presenteert zich meer als rijmelaar dan als een heuse dichter.

01 december 2007

Kindervriend

Sinterklaas is niet alleen een kindervriend. Dat bewees hij vanmorgen bij de Albert Heijn. Ik liep er voor de allernoodzakelijkste boodschappen. Op het laatste moment moest ik toch wat boodschappen doen voor het bezoek vanmiddag.
Ik wilde de winkel verlaten met mijn boodschappen. Voor mij boog een man in een rood jack naar de grond. Ik ontweek hem ternauwernood. Onder mijn voeten verpulverde iets. Ik keek goed naar beneden en zag een spoor van vertrapte kruidnootjes om de man heen liggen. Hij pakte iets van de grond, nog iets en verzamelde het geraapte in een hand.
Ik liep gehaast door, draaide me nog eens om en zag dat de man zijn looppas weer oppakte. Hij liet onderwijl de kruidnootjes in zijn mond vallen en glimlachte als een tevreden kind na iedere hap. Vier pleisters bedekten zijn gezicht en de jas zag er ook niet helemaal jofel uit. Ik keek nog eens goed naar de korsten op zijn gezicht en de smoezige plastic tasjes die aan zijn arm bengelden.
Sinterklaas is niet alleen een kindervriend, maar ook een lieve man voor de zwervers, bedacht ik mij op deze zaterdagmorgen. De stad werd nog wakker, maar hij en ik deelden kort dit geheim.

30 november 2007

Assistente pesten

Bij de tandarts liggen voor een kroon op de kies is een hele belevenis. Vooral mijn tandarts verstaat een staaltje van goed vermaak. Ze praat met de assistente over koetjes en kalfjes, terwijl je voor de behandeling roerloos op de stoel moet liggen. Je voelt je het publiek bij een theatervoorstelling. Het verschil is dat het bij mijn tandarts een solovoorstelling is.
Zo lag ik gisteren voor een vervolgbehandeling. De assistente vertelde over een opdracht op school waarbij ze moest roeren op bevel van de docent. 'Ik roerde in het potje. 'Stop', zei hij. 'Ik had toch gezegd dat je moest roeren als ik het zei.' Dus ik zeg dat hij dat net gezegd had. 'Nee', zei hij, 'ik heb het helemaal niet gezegd''. Mijn mond lag open en de tandarts porde wat rond mijn kies.
'Dit is een geval van assistente pesten', stelde mijn tandarts als diagnose. 'Dit is een beroemd geintje dat ze dan uithalen.' Toen kwam het verhaal: 'Mijn ex had een ontzettend mooie assistente. Die had hij erop uitgekozen. 'Je hebt haar gekozen omdat ze zo knap is', zei ik tegen hem. Dat gaf hij ook toe. 'Ja, we hadden betere kandidaten, maar deze moest het gewoon worden', zei hij als antwoord. Ze had hele mooie ogen, zo met van die wimpers erboven.' Mijn tandarts gebaarde met haar armen erbij en boog zich weer terug over mij. Bij mij neuriede een hitje in mijn hoofd van een lente in de ogen van de tandartsassistente.'
'Het boterde later helemaal niet tussen hem en haar. Hij ging precies hetzelfde geintje doen als wat met jou gebeurde. Ik zag het een keer gebeuren. 'Doet hij dat vaker?' vroeg ik haar. 'Een paar keer per dag', zei ze. 'Nou dan moet ik vanavond nog een woordje met hem wisselen.' Het werd steeds erger. 'Kind', zei ik. 'Ga een andere baan zoeken. Dit kan niet. Als je niks vindt, dan kun je bij mij terecht.''
Er was genoeg geprutst in mijn mond. De boor snerpte en de assistente hing het zuigmondje in mijn mond dat aanving mijn mond leeg te slurpen. Hoe het verder liep met het meisje, kreeg ik niet mee. Het gesprek was voorbij. De assistente was niet monds genoeg of bezat niet dezelfde nieuwsgierigheid als ik, om verder te vragen. Helaas lag mijn mond vol, zodat ik de afloop van deze voorstelling miste.

Charles Dickenssfeer

Altijd als ik op vrijdag in Amsterdam ben, kan ik het niet laten om even de boekenmarkt op het Spui te bezoeken. Zo ook vandaag. De motregen, de van voren afgeschermde kraampjes en de lampjes brachten de boekenmarkt in heuse Charles Dickenssfeer.
Ik liep met een paar bloemlezingen onder de arm weg. Ik kocht ze bij een vriendelijke boekverkoopster. Volgens mij was het de enige vrouw die achter een kraampje stond. Overigens staat aan de koperskant van de kramen eveneens meer man dan vrouw.
Op weg naar het station sloeg mijn boekenhart nog iets sneller over. De Slegte bood veel tweedehands romans voor een zacht prijsje aan. Daarom verliet ik de stad opnieuw met een stapel leeswaar. Hoe een leuke dag nog leuker wordt.

29 november 2007

Uren maken

Ooit is de parlementaire democratie uitgevonden omdat de simpele lieden zich niet wilden vermoeien met de moeilijk kwesties. Met plezier stonden ze hun stem af aan een deskundig en alwetend mens. In de veronderstelling dat de keuze van de deskundige de goede keuze zou zijn voor hem.
Het lijkt of politici hun deskundigheid volledig aan het verliezen zijn. Zoals de hele discussie over de 1040 uur die middelbare scholieren jaarlijks moeten draaien. Ieder verstandig mens weet dat kwantiteit helemaal niks zegt over kwaliteit. Mensen die hun uren draaien omdat ze deze nu eenmaal moeten draaien, leveren niet per definitie goed werk af.
Bovendien laat de geschiedenis van het onderwijs zien dat bemoeienis van bovenaf meestal tot ellende heeft geleid. Scholen moeten meer vrijheid krijgen om op eigen wijze invulling te geven aan het onderwijs dat ze geven. Alle ambtelijke bemoeienis van wijze mensen die totaal geen gevoel hebben met de werkelijkheid, het levert meer minder, dan meer meer op. Ik betwijfel of het kostbare en tijdrovende onderzoek dat de Tweede Kamer momenteel doet naar het onderwijs, deze uitkomst oplevert.
Laat ons parlement vooral kwalitatief goede richtlijnen opstellen met deskundige hulp. Daarna moet ze een goed controleorgaan de scholen laten controleren op deze richtlijnen. De scholen die onder de maat presteren, de juiste begeleiding te geven en desgewenst onder curatele te stellen. Je baseren op basale dingen als een urennorm, laat zien dat je het onderwijs en haar leerlingen absoluut niet serieus neemt. Ik begrijp de leerlingen en hun woede wel. Eigenlijk vind ik dat eens goed naar ze geluisterd wordt. Als ik iets geleerd heb van de moderne jongeren, is dat ze heel goed kunnen argumenteren, beter dan al onze huidige 150 parlementariërs bij elkaar. Dan is er ergens heel veel hoop voor de toekomst.

Vloeken

Hoer en klootzak. Ouders van dove kinderen schijnen nogal moeite te hebben met scheldwoorden en vloeken in gebarentaal. Het verbaasde mij toen ik het vanmorgen in de krant las. Het initiatief van de Vereniging Ouders van Dove Kinderen Noord laat zien dat er grote behoefte aan is. Veel ouders zouden alleen alledaagse woorden kennen en daardoor de puberende dove niet begrijpen.
Ik zie het helemaal voor me. Een situatie van spanning waarbij de puber wild gebaart en de ouder er geen snars van begrijpt. Als je dan terug kunt vloeken, is natuurlijk ideaal.
Het verwondert mij dat de ouders de gebarentaal niet zo goed beheersen. Ik zou denken dat je de taal beter spreekt dan het alledaagse. Je wilt toch ook met je kind kunnen praten over diepere dingen dan het aangeven van de suiker of het dekken van de tafel?
De cursus leert de ouders de vloeken te gebaren en daarmee te verstaan. Of zouden de ouders graag terug kunnen vloeken en tieren naar hun oververhitte puber?

28 november 2007

Test

Met een clubje van acht mensen hebben we vandaag een website getest. Een bijzondere gewaarwording om een site waar je maanden mee bezig bent, echt gebruikt ziet worden.
De proefkonijnen vormden een gemêleerd publiek, waar de leeftijd varieerde van 13 tot 60 jaar. Aan de hand van zeven opdrachten moesten ze de site inhoudelijk en interactief testen. Ze konden de informatie heel snel vinden. De interactieve gedeelten waren wel een zwaardere beproeving voor de testers. Al met al doorliepen ze de website niet slecht.
Wat mij wel heel sterk opviel, was dat de ouderen (55+) op een heel andere manier internetten dan de jongeren (-20). De oudere oriënteert zich anders, dan ik gewend ben. Wanneer ze bijvoorbeeld willen inloggen, zoeken ze eerst een tekst op waarin uitleg volgt over inloggen. Ze lezen veel meer internet als een boek en veel minder interactief. Waarschijnlijk hadden de oudere deelnemers meer moeite met de interactiviteit van de website.
Het was mijn allereerste websitetest en heel leerzaam. Ik zou het iedere website-ontwikkelaar willen aanbevelen. Hoe sterk je ook inleeft in de websitegebruiker, hij gaat geheel zijn eigen gang en dat levert soms verrassende inzichten op.
Het eindresultaat voor mij was vandaag dat iedereen de informatie wel vindt, maar dat ze allemaal een eigen weg afleggen. Een goede zoekfunctie is onontbeerlijk, dat wel.

27 november 2007

Platen van Junghuhn

Even herleefden oude tijden dit weekend. Zaterdag bezocht ik David in Leiden en voelde ik even weer het enthousiasme opborrelen over Junghuhn (1809-1864). De grote natuuronderzoeker in Nederlands-Indische dienst, die prachtig geschreven heeft over de Javaanse natuur en vooral de vulkanen op het eiland.
Sinds kort is David bevangen van het Junghuhn-virus. Hij vond mij via het blog en we mailen sindsdien regelmatig over de beste man. David heeft onlangs de prachtige platenverzameling die bij het magnum opus Java hoort aangeschaft. Bij het driedelige werk in vier banden hoorde ook een boekje met elf platen. Op de platen staan natuurtaferelen afgebeeld. Het laat zien dat Junghuhn niet alleen goed kon schetsen in woorden, maar kon ook goed met de etspen overweg.
Een mooie koop zo zag ik zaterdag. De platen zien er nog puntgaaf uit, met een enkel roestplekje, maar de kleur is keurig bewaard gebleven in haar honderdvijftig jarig bestaan.
Wie een glimp van de platen wie zien, kan terecht op de Duitse Wikipedia bij het lemma Junghuhn. Daar is een even grote fan, heel fanatiek geweest om zijn geloof wereldkundig te maken.

26 november 2007

Bloembollen

Als de grond nog warm is, moeten ze eigenlijk de grond in. De bloembollen waren vandaag onderwerp van gesprek bij de lunch. 'Er zijn speciale apparaatjes voor, die zo een gat in de grond maken. Je laat de bol erin vallen, grond erover en klaar', vertelde een collega trefzeker.
Niemand had zijn bollen al in de grond liggen. Dat hoort ook zo. Bloembollen plant je altijd te laat. Soms is de krokustijd in volle gang en dan duw je de tulpenbollen in de grond.
Het was een oudjaarsavond, een jaar of twintig terug. We zaten met de buren en de buurman vroeg mijn vader: 'Jan, wat ben je van plan te gaan doen in het nieuwe jaar.' Mijn vader nipte van zijn glas en dacht diep na. 'Ik moet eigenlijk nog bloembollen planten', waarna de buurman in een bulderlach reageerde. 'Daar ben je dan wel op tijd mee.'

25 november 2007

Iets leuks

Ga je nog iets leuks doen van 't weekend? Deze vraag klinkt in menig kantoor op vrijdagmiddag, kort voor het vertrek. Soms betrap ik mijzelf erop dat ik het aan mijn collega's vraag.
Dat terwijl ik deze vraag eigenlijk zeer onzinnig vind. Claudia de Breij stelde vrijdagavond deze aan haar gastenpanel in haar nieuwe programma Thank God it's Friday. Een programma dat meer concept is dan programma.
Cabaretier Javier Guzman, schrijver Arthur Japin en Bastiaan Geleijnse (één van de bedenkers van Fokke en Sukke) zochten meningen over het ontslagrecht en de kastanjeboom in de achtertuin van het Achterhuis. Op de vraag van Claudia gaf Bastiaan Geleijnse het mooiste antwoord: 'Ik ga de witte was doen, dat wil ik al een hele tijd.' Het overschaduwde als een oude kastanjeboom het antwoord van Japin die bomen ging kappen in de achtertuin van zijn huisje in Frankrijk. Wat je leuk vindt.
De onzinnige behoefte om in het weekend iets leuks te gaan doen, veroorzaakt voor mij persoonlijk meer spanning dan ontspanning. Soms wil ik gewoon lekker op de bank hangen en verder niet nadenken over 'iets leuks'. Dat verdien ik wel na een week hard werken. Daarom heb ik vandaag een heerlijke dag niets doen gepland. Dat is mijn leuks.

24 november 2007

Geronseld voor de commercie

Literatuur en commercie. Een huwelijk tussen twee, die voortdurend op gespannen voet met elkaar leven. De naald van de meter zweeft voortdurend tussen de twee uitersten. Soms zoekt de naald meer de kant van de literatuur, andere keren slaat de naald door naar de commercie.
Een tijdje geleden zag ik Kluun met Susan Smit bij De wereld draait door zitten. Vergeeef het me, maar ik heb ze allebei nooit gelezen. Vergeefs vroeg ik om recensie-exemplaren bij hun uitgevers, maar nooit kreeg ik de kans om ze aan te prijzen voor de Zuid-Afrikaanse lezers van Litnet.
Susan zat er op haar mooist in een uitdagend rood jurkje en Kluun markette zijn nieuwste initiatief Nightwriters. Als een marktkoopman die zijn halfverrotte peren aanprijst als eetrijp, zo hield hij zijn idee in de lucht. Voorbij de duffe voorleesavondjes, maar een heuse show van schrijvers die een paar minuten krijgen om een stukje uit hun nieuwste roman voor te lezen.
Kluuns was trots dat hij A.F.Th. geritseld had voor zijn show. Dat uitgerekend deze schrijver zich zo liet paaien voor de commerciële show van Kluun. Het is mijn buurman, glunderde Kluun. Hij had iedere dag voor zijn deur gestaan en gebedeld of hij mee wilde doen. Pas in het café op het juiste uur zwichtte de literaire zwaarwicht.
Wat het verschil is tussen het voorlezen in de bibliotheek in Vrouwenklooster, of de show in schouwburg van Stadskanaal, is mij niet duidelijk. Kluun verpakt zijn lelijke woorden en alledaagse taal in een leuk papiertje en iedereen koopt het.
Dat is A.F.Th. niet gelukt. Zijn Schervengericht is eerder een schoendoos, dan een uitdagend jurkje. Zeker wanneer je zinnen leest als: 'Het kind bleef naar de vochtige speen happen, met voor zo'n kleine wurm heftige smakgeluiden. Nog niet verzadigd begon het schor te krijten.'Of: 'Ergens achter de prostaat verkruimelde zijn liefde tot kroepoek.'

23 november 2007

Er geen gat meer in zien

Dan kun je gelijk het gat in de vloer zien, zei Inge toen ik haar gisteren belde. Ze was na het uitlaten van Sientje door het gat van de kruipruimte gezakt. Er lag een plankje op uit de bouwperiode. Ze hoorde het al kraken toen ze Doris erop zette en daarna zelf een stap zette op het luik. Daarna stortte ze ruim een halve meter naar beneden.
Veel schrik en een heel zeer been, waar ze nog steeds last van heeft. Wat nu weer, ging er door me heen toen ik van de gebeurtenis hoorde. Ik dacht dat de benedenverdieping nu eindelijk af was. Nu was het zelfs het laatste onderdeel uit de bouwperiode kapot. Niets is beneden nog orgineel. Alles is door de vorige bewoners de vernieling in geholpen.
Toen ik thuis was en de ravage in het halletje zag, ben ik gelijk naar de bouwmarkt gereden voor een nieuw stuk hout. Ik kocht het dikste multiplex dat er was, liet het op maat laten zagen en boorde er thuis een gat in. Nu is het gat van de kruipruimte weer stevig afgedekt. Helaas moest Inge daarvoor wel in het gat vallen.

WEP5

Mijn leermeester van de WEP (staat voor WerkErvaringsPlek), Leo Enthoven ging gisteren met pensioen. Bij hem kwam ik om de paar maanden voor een twee weken durende cursussessie. Ik had een werkervaringsplek bij de Twentsche Courant Tubantia. Het cursuslokaal in Amersfoort vulde zich tijdens de cursusperiodes met de veertien WEP'pers die uit het hele land kwamen. Het hele Wegenergebied strekt zich uit over de hele breedte van Nederland van Twente, Noord-Brabant en Zeeland. We kwamen om ons te laven aan meesters als Siska Dresselhuys en Arjan Visser. Bovendien waren de lessen in Groningen regelmatig zeer leerzaam.
Dat ik veel van de cursusgevers vergeten ben, bleek gisteren. Ik trof helaas geen oud-weppers van mijn groep aan. Ik werd snel aangesproken door een man die enigszins eenzaam en wereldvreemd rondliep. 'Ben jij ook een oude cursist?' vroeg hij. Ik knikte. 'O, dan heb je mij op de cursus gehad. Ik gaf de middag over observatie.' Hij was van de politieacademie en gaf ons les in observeren. Een leerzame les waarvan ik veelvuldig gebruik maak, maar waarvan ik de cursusleider helaas vergeten was. Tot gisteren.

22 november 2007

KB vernietigt moedwillig cultuur

Kapitaalvernietiging, dat is het krankzinnige idee van Hans Jansen, de directeur Research en Development van de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. Beide termen die het domein van zijn directie vormen, doet hij geen eer aan met het oneerbare voorstel dat hij vandaag in NRC Next doet.
Niemand raadpleegt de stapels boeken in de bibliotheek, maar doet dit vanuit zijn luie stoel via internet. Daarom wil Hans Jansen zijn boeken digitaliseren en op deze manier ontsluiten voor een groot publiek.
Niets aan de hand tot zover, alleen maar lof . Maar dan maakt hij een cruciale denkfout. Het is duur de boeken in te scannen, redeneert hij. Iemand moet met de hand de pagina's omslaan en zo het boek bladzijde voor bladzijde in enen en nullen veranderen. Dat is een kostprijs van dertig tot honderdvijftig euro per boek.
Het kan veel goedkoper, vindt hij. Waarom verknippen we het boek niet en leggen het zo op het kopieerapparaat voor de scanbeurt. Zo gepiept, het apparaat vreet keurig het stapeltje bladzijde voor bladzijde op. Je offert zo één boek op voor het goede doel.
Misschien lijkt zijn idee goedkoop, maar dat is schijn. De vernietiging van een boek kost namelijk veel meer geld dan die honderdvijftig euro die het inscannen kost. Wanneer je de marktwaarde van veel van deze unieke boeken bekijkt, dan overstijgt dit heel vaak dit hoge bedrag. Wanneer ik zie wat antiquariaten voor deze bijzondere boeken vragen, dan staat die tweeduizend euro werkelijk in geen enkele relatie met de honderd euro die Hans Jansen bespaart.
Bovendien is een moedwillige vernietigng onacceptabel. Onze voorouders hebben kosten noch moeite gespaard om die boeken voor ons te bewaren, en dan gaan wij ze moedwillig om zeep helpen? Een daad die ons nageslacht ons nooit vergeeft. Het risico wanneer van een boek één exemplaar in een Nederlandse bibliotheek ligt, is veel te groot. Wanneer er brand uitbreekt, zijn de unieke exemplaren verloren. Een oorlog zit in een klein hoekje, dus bewuste vernietiging van de cultuurdragers is gelijk aan barbaarisme.
Daarom roep ik alle bibliofielen en liefhebbers van het boek op om massaal naar de Koninklijke Bibliotheek te gaan, Hans Jansen uit zijn goedbetaalde zetel te zetten en naar het kopieerapparaat te lopen met een boek onder de arm. Het exemplaar is in een uurtje helemaal digitaal. Ik weet zeker dat dit een veel goedkopere manier is om het boek van zijn ondergang te redden.
Het rekensommetje dat hij zelf aan het einde van het artikel maakt, is volledig uit de lucht gegrepen. Waarom is een miljard euro teveel? De Betuwelijn heeft veel meer gekost en daar is veel minder bij gebaat. Bovendien is het de vraag of het kopieerapparaat technisch in staat is al het oude, halfvermolmde papier goed te verwerken tot een digitaal product. De mensenhand zal er altijd bij nodig blijven. Anders kost het je nog veel meer boeken.
Hoezo directeur Research en Development? Hans Jansen is hoofd van de afdeling zelfvernietiging. Hoe kan ik zo snel mogelijk de boeken om zeep helpen die mijn voorouders zo liefdevol en zorgvuldig voor het nageslacht hebben bewaard. Deze man is geen boekenliefhebber, maar een boekenhater, met zeer oncreatieve ideeën. Wat hij bij de KB doet, is mij een raadsel.

21 november 2007

Reclame webwinkel

Creativiteit als reclamemiddel. Een reclamebureau heeft een leuke animatie ontwikkeld om de webwinkel van de HEMA aan te prijzen. Het winkelketen is wel erg laat met de webwinkel. Voorheen kon de taart besteld worden via internet, maar heus online winkelen in een virtueel winkelwagentje kon niet. De taart moest je gewoon in de werkelijkheid ophalen bij de dichtsbijzijnste winkel.
Overigens is de HEMA-site een goed voorbeeld van de moderne webtechnologie, waarbij tags en veelgekozen artikelen opgelicht worden als bij een blog. De vormgeving komt overigens sterk overeen met de uitstraling van de winkel. Of de HEMA met de webwinkel nog op tijd is, zal de tijd leren.
Zelfs het Kruidvat was veel eerder met een webwinkel. Het ziet er misschien iets minder gelikt uit, maar de site wordt wel druk bezocht. Veel artikelen kunnen zelfs alleen maar via internet worden besteld, zoals de cd's. Blijkbaar is het dit winkelketen goed gelukt om de kopers van de winkel naar de virtuele winkel te lokken. Al werkt de site trager dan de webwinkel van de HEMA. Ook ontbreekt het leuke filmpje.

20 november 2007

Kastanjeboom

De boom die alles zag, hij is ziek en niet zo'n beetje ook. De ontsteltenis waarmee het omhakken van de zieke kastanje bij Anne Franks Achterhuis gepaard gaat, verbaast mij een beetje. Het is maar een boom en een hele oude. Veel dingen zijn vergankelijk en kunnen voor eeuwig bewaard blijven.
De strijd die gestreden wordt, is een strijd tegen het schuldgevoel. Wat als na tien jaar blijkt, dat we die boom hadden kunnen redden. Alsof oude kastanje de echte schuld rond verraad en uitroeiing van mensen weg kan halen. Ik geloof daar niet in.
Bonifatius was ervan overtuigd een heilige boom om te hakken. Of de gemeente Amsterdam eenzelfde strijd tegen het collectieve schuldgevoel moet strijden, is de vraag. Geloof en heiligheid gaan hand in hand samen. Daarom is de angst voor het collectieve schuldgevoel waarschijnlijk leidend.
De houding van nu tegen bepaalde bevolkingsgroepen en geloofsovertuigingen is minstens even beangstigend als de ideeën in de hoofden van mensen in de Tweede Wereldoorlog. Daar kan geen kastanjeboom tegen op.
Ik voer liever een strijd voor de gelijkwaardigheid van mensen dan voor een symbool als de kastanjeboom. Zonder de boom is het dagboek nog altijd een meesterwerk over verdrukking, onderdrukking en onderduiken. Sterker nog: ik beweer dat zelfs zonder ooit het Achterhuis te hebben gezien, de dagboeken even krachtig aankomen. Daar is echt geen kastanjeboom of huis voor nodig.
De boom die alles zag, was het thema van de tentoonstelling in het Armandomuseum. Tot de brand kwam en alles verwoestte. De ondergang van een boom, is ook verdrietig, maar zeker niet het einde van de wereld. Sterker nog: de plant van een nazaat van de boom in de achtertuin van het achterhuis, zou symbolisch even sterk zijn. Nooit weer een boom die de verschrikkelijke dingen van de mensheid ziet, maar een boom die ons kansen geeft ons van de goede kant te laten zien.

19 november 2007

Ontbehang-kater

Wat kan een behangstomer een ellende bezorgen. De zolderkamer is nu helemaal behangvrij, het ruikt er naar lijmresten en nat papier. Over niet al te lange tijd ruikt het hier straks muf van de boeken en dwarrelt het stof naar beneden als je een boek pakt. Een bibliotheek heb ik al, nu nog een heuse ruimte.
Omdat mijn baas mij vanmorgen op tijd verwachtte, mocht Inge het stoomapparaat terug brengen. Ze vonden bij de bouwmarkt dat er teveel behangresten op zat: vijf euro boete. Dat terwijl ik het ding vrijdag boordevol resten meenam, op tijd.
Bovendien kreeg Inge het commentaar dat het apparaat voor 12.00 uur gebracht moest worden, terwijl het 12.10 uur was. De inlevertijd stond echter niet op de bon vermeld. Gedoe, gedoe, manager erbij, maar die boete hoefden we gelukkig niet te betalen.
Behang afstomen is niet het enige dat niet leuk is. Het terugbrengen van zo'n apparaat is minstens zo erg.

VOC-mentaliteit

Het is een schande dat het woord VOC-mentaliteit zoveel aandacht krijgt. Als je ziet hoe vaak de uitdrukking al geciteerd is sinds de algemene beschouwingen van vorig jaar. De verkeerde woorden van de premier, waarbij hij gevoelsmatig meer refereerde naar slavernij en onderdrukking dan naar handelsgeest.
Ik moest er aan denken toen ik hoorde dat de premier niet ingaat op de uitnodiging naar de première te gaan van de nieuwe film Scheepsjongens van Bontekoe. Als iets refereert naar de ruwe bolster, blanke pit mentaliteit, dan is het wel die films. De scheepvaartboeken van K. Norel die onze premier met rode oortjes las in zijn jongensdagen, zijn er niks bij.
Dat je veel leert van het nieuws, illustreert deze week wel. Vorige week werd een scheepswrak uit de zeventiende eeuw op honderd meter diepte in de Oostzee gevonden. Een uniek scheepswrak, schrijven de media. Er werd een blik deskundigen opengetrokken en wat schetste mijn verbazing. De Amsterdamse grachtenpandjes aan de Herengracht zijn helemaal niet gebouwd op slavernij en onderdrukking. Ze staan er van het winstgeld op de graanhandel uit ondermeer Zweden.
Dat hetzelfde nieuws leert dat de huizenprijzen aan diezelfde gracht net zo hoog zijn als in 1736, laat ik verder buiten beschouwing. Dat zou alleen maar doen vermoeden dat we juist zonder VOC-mentaliteit beter af zijn.

18 november 2007

Orgelcultuur

De orgelcultuur staat bovenaan de canon van de klassieke muziek voor Nederlanders. Met bijna 27 procent kozen de luisteraars van radio 4 hiervoor uit een lijst van vijftig onderwerpen die een plaatsje in de canon konden krijgen.
Ik las het artikel vanmorgen in NRC. Het internetartikel toont dat de redactie de keuze niet helemaal begrepen heeft door te kiezen voor een foto van een draaiorgel bij het artikel.
Overigens twijfel ik sterk aan het nut van dergelijke internetenquêtes. Luisteraars konden hun favoriet mailen naar radio 4. Een heldere definitie van het begrip 'cultuur' ontbreekt op de site van radio 4 waar de oorspronkelijke oproep nog te vinden is. Het behoorde tot een radioprogramma waarbij iedere week een aspect werd behandeld.
Hoe verhoudt zich iets als het Koninklijk Concertgebouworkest als Nederlandse cultuur met de twee andere gegadigden Bernard Haitink en Willem Mengelberg? Deze aantallen bij elkaar opgeteld zouden het orkest mogelijk een eerste plaats hebben bezorgd.
Kortom, een non-bericht. Ingegeven door een groep mailers die opgeroepen is door orgeldespoten om een mailtje richting radio 4 te sturen. Of het daarmee het orgel in het daglicht stelt dat het verdient, betwijfel ik ernstig.
Doe mij dan Wibi Soerjadi, waarvoor de lobby mislukt is. De liefhebbers van deze cultuur schreven hun berichten vergeefs in de reacties onder de oproep van radio 4. Hij haalde zelfs niet de lijst die de deskundigen opgesteld hadden.

17 november 2007

Odessa Star

De onderwereld en de bovenwereld lopen steeds vloeiender in elkaar over. Dat was het gesprek gisteravond bij Nova. Kamerleden Fred Teeven (VVD) en Sybrand van Haersma Buma (CDA) bogen zich samen met Bram Moszkowicz en Rudy Stroink van TCN properties over het probleem.
De vastgoed verwordt meer en meer tot een grote witwasserette en nette burgers veranderen in zware jongens. Het beeld van een wereld in verval is hiermee goed geschetst. Zeker als politici incidenten tot trends verheffen.
De discussie over de onderwereld en de bovenwereld doet mij denken aan de roman van Herman Koch, Odessa Star. Het boek is uit 2003 en actueler dan ooit. De roman laat namelijk de vermenging van de onderwereld met de bovenwereld zien.
De weg van een crimineel gaat eigenlijk heel geleidelijk, zonder dat je het door hebt ben je een crimineel en dan schiet iemand je ineens dood. Behalve deze ernst is de roman vooral grappig, maar dat heb ik al eerder opgeschreven.
Nog een leuke bijkomstigheid: Odessa Star wordt verfilmd.

16 november 2007

Lul de B

Behangen is een heus woord, maar van het proces van behang krabben en de muur weer ontbloten van het papieren laagje, daar is geen naam voor. Het vraagt minstens zoveel tijd om het behang eraf te halen, maar er is geen tijd een nieuw woord voor dit proces te verzinnen.
Na het maken van het muurtje, is het ont-behangen aan de beurt dit weekend. Het stoomapparaat ligt al op zolder geduldig te wachten om de muren te bevochtigen. In dit huis heb ik al aardig wat ervaring opgedaan met het afkrabben van behang, maar het werk blijft verschrikkelijk. Trucjes zijn er niet voor.
Waarom het altijd een Lul de behanger is, terwijl het ont-behangen minstens zo erg is. Soms wens ik dat de taal eerlijker zou zijn.

15 november 2007

Red de mensheid, help een medemens

Hij stond stil op het kruispunt, voor de weg terwijl hij alle ruimte had. Voortdurend passeerden auto's en fietsers, maar niemand leek hem te zien. Ik had hem veel eerder al zien langsrijden voor ik de winkel binnen ging. De boodschappen waren gedaan en ik zag hem daar staan terwijl hij makkelijk naar de overkant kon.
Ik besefte pas op het vluchteilandje dat de man mij eerder passeerde. Daarom keek ik nog een keer om naar hem en vroeg of het wel met hem ging. Hij schudde het hoofd en was wat verward. Zijn wagentje stond stil en ik vroeg me af wat het precieze probleem was. Hij kokhalsde en mompelde dat zijn karretje het niet deed. 'Wat kan ik voor u doen?' vroeg ik hem. 'Kunt u de politie bellen?' Dat 0900-nummer schoot mij niet te binnen en ik vroeg een passerende mevrouw wat ik moest doen. 'Gewoon 112 bellen', riep ze en reed alweer verder met haar haast.
Ik belde en een ambulance en politiewagen stonden na een minuut of vijf bij ons. Toen dromde het volk samen. 'Wat is er gebeurd', vroeg een groep jongeren, uit op een verzetje. Passerende auto's keken naar ons en niet meer naar het verkeer dat voor hen reed. Kortom, toen was opeens iedereen er wel. Ik heb de man de ambulance in geholpen en de kar van de man naar de overkant van de weg mee gesleept.
'Bedankt meneer', mompelde de man schor, terwijl hij een bakje in de hand hield om eventuele kots op te vangen. Help een medemens en red zo de mensheid, ging door mij heen. Daar had ik graag die twintig minuten van mijn leven voor over.

Computercrash

Het verloren gaan van informatie, boeit mij. Ik schrijf niet voor niks over branden van musea en bibiotheken. De harde schijf die totaal waardeloos is geworden. Daarom weer een gedachte die in me opkomt over dit onderwerp.
De roman De valse dageraad van Jan van Aken vertelt het verhaal van de monnik Hroswith. Hij krijgt van keizer Otto de opdracht om een keizerlijke bibliotheek op te richten. Hij maakt van elk boek een kopie, die wordt bewaard in een spiegelbibliotheek.
Jan van Aken heeft mij eens verklapt dat hij dat idee had uit de ICT-technologie. In de begintijd van internet werd dezelfde data op meerdere plaatsen opgeslagen, zodat het niet verloren zou gaan. Dat beide bibliotheken aan het eind van het verhaal verwoest worden, spreekt bijna voor zich.

Rubbertje tussen de kiezen

Binnen een week twee keer naar de tandarts. Ik lag er vanmiddag weer en voelde hoe mijn kleine kies werd afgesleten en gereedgemaakt voor een heuse kroon. De bekroning is over twee weken, eerst moet ik nog de kleur aanmeten bij het laboratorium in Baarn.
Vorige week voelde ik mijn kaakspieren bijzonder stijf worden toen ik mijn mond een half uur moest openhouden in de wijdste stand. Tandartsen willen altijd dat je je mond verder open doet, dan je kunt. Ik heb al niet zo'n grote mond, dus het voelt zo vervelend. Behalve een gevecht met de pijn, strijd ik ook om mijn mond ver genoeg open te houden.
Daarom vroeg ik of er niet iets is om je mond open te houden. Het is een heuse uitkomst: een klein groen rubbertje dat tussen de kiezen aan de andere kant van de kaak wordt geklemd. Een last valt van je af. Vraag er dus naar als je bij je tandarts voor een wat langere behandeling zit. Het scheelt echt.

14 november 2007

Sollicitatiebrief voor sollicitatiebrief

Naast de beroepssollicitant bestaat er sinds kort iets als de sollicitatiebrievenschrijver. Beiden schrijven veel sollicitatiebrieven. De eerste uit noodzaak omdat hij graag een baan wil en daarvoor brieven moet schrijven. De tweede is een nieuw beroep in het Nederlandse beroepenveld, waar geld mee te verdienen valt.

Een raar idee dat deze schrijvers brieven schrijven in opdracht, op basis van een motivatie naar woorden zoeken en zo proberen de sollicitant een gesprek binnen te laten halen. Niets persoonlijkers dan de sollicitatiebrief. 'Je houdt vanzelfsprekend rekening met wie de sollicitant is', zei een schrijver van het internetbureau dat in opdracht van het UWV van Groningen brieven schrijft voor langdurig werklozen. 'Als het een wat lager niveau is, schrijf ik wat kortere zinnen. Is het niveau wat hoger, dan zijn de zinnen wat ingewikkelder.'

Benieuwd wat hij voor een sollicitatiebrief geschreven heeft voor zichzelf toen hij voor zijn baan als sollicitatiebrievenschrijver solliciteerde. Of zou hij meerdere versies hebben opgestuurd?
De sollicitatiebrief maakt sowieso een ontwikkeling door. Zo was het een jaar of vijftien not done om je brief te typen. De handgeschreven sollicitatiebrief is nu een teken van armoede en oubolligheid, je bent dan duidelijk niet van deze tijd. Dat de brief nu ook al niet meer zelf getypt wordt is een schande. Hoe lang duurt het nog voor op het sollicitatiegesprek afgezanten verschijnen. 'Ik kom namens die en die. Hij is echt heel goed hoor, maar hij kan niet zo goed praten.'

Ik heb op het kort-mbo mijn leerlingen leren sollicitatiebrieven schrijven. De niveau 3-leerlingen hadden er veel moeite mee maar het leverde verrassende teksten op. Ze brachten mij soms tot ontroering in de wijze waarop ze hun kwaliteiten beschreven. De kracht van deze brieven zat in de persoonlijke taal, die ik probeerde te stimuleren.

Pro juve tute kalender

Een mooie sketch van Van Kooten en De Bie schoot mij laatst ineens door het hoofd. Een deur verschijnt in beeld, de deur gaat open. Een man met een baard waar Griet Titulaer beroemd mee is geworden. Het meest snorloze gezicht van Nederland, doet de deur dus open. Voor de deur staat een man met de haren gladgestreken naar achteren en niet helemaal betrouwbaar.
Hij heeft een 'pro juve tute kalender' in de aanbieding, waarop foto's staan van een of ander jubileum (uitgesproken met een heuse 'eu') van 'heure meujesteut de veurstin keuningin beuatrix met heur prins cleus'.
Ik herinnerde mij het ineens toen het ging over betrouwbaarheid, vertrouwen en eerlijkheid. De prachtige van Harry van Klingelen, want zo heette het typetje van Van Kooten en De Bie. Vertegenwoordigde een totaal ander type 'betrouwbaar' mens als Jacobse en Van Es. Harry van Klingelen was het type met de encyclopedie die je op de mouw spelt dat je het ding van duizenden guldens gratis krijgt voor evenveel duizend gulden.
Vanavond keek ik De wereld draait door en zag het duo Owen Schumacher en Paul Groot. Ze zijn ook meer typetjes gaan doen en minder imitaties. Daarin scoren ze niet slecht. De yuppen bijvoorbeeld, vind ik een goed voorbeeld van zo'n sketch.
Het verschil tussen een typetje en een imitatie is dat het typetje meer beklijft. Het typetje laat namelijk een mens zien die iedereen onmiddellijk herkent. De typetjes blijven dan als voorbeeld dienen voor een bepaald type mens. Deze mensen zijn minder sterk aangezet als de types, maar bezitten erg veel elementen van de types.
Wat mij laatst verwonderde over Van Kooten en De Bie is de grote actualiteit in hun programma. Ze waren en zijn hierin onnavolgbaar. Koefnoen drijft teveel op sketches die los staan van de actualiteit. Ze missen hierdoor veel van de politiek kritische lading die Van Kooten en De Bie wel hadden.
Het duo Van Kooten en De Bie bediende zich overigens van een apart soort humor, waar niet iedereen begrip voor en mee had. Zo voelde ik me wel laatst een ouwelul toen ik Harry van Klingelen op de werkvloer imiteerde (dit was een imitatie van een typetje). Niemand herkende iets en ze hielden ineens allemaal niet zo van Van Kooten en De Bie.

13 november 2007

Ik

Het leren spreken van de taal, is onbewust gebeurd. Leren denken en leren spreken, vallen samen en de herinnering bedient zich ook van taal. Daarom is het als ouder heel bijzonder om bij de taalverwerving van je kind te zijn.
Vanavond vielen de tranen mij in de ogen toen ik Doris voor het eerst 'ik' hoorde zeggen. Haar vingertje tikte tegen haar borst en ze herhaalde het een paar keer. We stonden voor het raam en keken tegen het spiegelbeeld, de duisternis in. Ze keek vooruit, wees met haar vinger naar mij en zei: 'ik, papa', waarna het vingertje naar haarzelf ging: 'ik, baby'.
Later ging de vinger weer terug naar zichzelf en zei ze 'ik'. Ze wees naar mij en zei 'jij'. Ze keek weer naar zichzelf in de spiegeling van de avond en noemde zich 'Tjits' (zo noemt ze zichzelf).
Het lijkt wel of het denken in subject (ik) en object (jij) is begonnen.

Broodje aap

Broodje aap, of waar gebeurd? Vandaag bij Eén Vandaag ging het over jongeren en internet. Er is een enquête gehouden onder jongeren. Ze willen bescherming bij hun online handelen. Een mooie gedachte dat ze zelf bewust zijn van de gevaren die via internet gebeuren.
Het item eindigde met een anekdote. Iemand die de leerlingen van een school voorlichtte over de gevaren van internet, vertelde het volgende verhaal: een jongen van 18 jaar vond via het internet een vrouw van 49. Het klikte. De chats en mails waren mooi en heel lief. De jongen vond de liefde van zijn leven. Hij sprak met haar af op het strand en zag haar op de rug. Daar stond ze, de vrouw van zijn dromen, de vrouw waar hij zijn hele leven al naar zocht. Ze draaide zich om en hij keek recht in de ogen van zijn moeder.
Een typisch voorbeeld van een broodje aap verhaal. Hij staat zelfs in de volksverhalenbank van het Meertens instituut, in een lichte variant. Overigens is de databank een must voor elke journalist om broodje aap verhalen uit de krant te houden, zoals die afgelopen zomer bij NRC voorkwamen.
Overigens is het saaie journalistiek, die presentatie van onderzoeken. Het komt hoofdzakelijk neer op het opsommen van cijfertjes die iedereen weer vergeet. De meest interessante groep mensen is de groep mensen die 'het niet weet.' Ik vraag me altijd af wie dat nu op die stellige vragen antwoordt.
Dat liefde en internet heel goed samen kunnen gaan, bewijzen wij wel. Ik heb Inge ook ontmoet via internet en daar is iets heel moois uit voortgekomen. De liefde van je leven vinden en internet, gaan best samen. Niets broodje aaps aan.

12 november 2007

Smijtegeld

Wat een onheilstijding lees ik op de blog van Irma. Haar laptop is gecrashed. Ik ben wel benieuwd op welke computer zee deze onheilstijding heeft getikt.
Dan komt gelijk het back-up probleem om de hoek kijken, want ze heeft geen back-up gemaakt van haar harde schijf. Nu dreigen veel en belangrijke documenten verloren te zijn gegaan. Een ramp natuurlijk, zeker voor een prediker als Irma. Al haar preken staan op haar laptop. Het boek met de verzamelde preken zal voor altijd uitblijven.
Er is één redding: het trouwe gemeentelid, dat de preken uitschrijft bij het uit(s)preken en vervolgens in een handzaam boekje propt. Zo zijn de preken van Bernardus Smijtegeld bijvoorbeeld aan ons overgeleverd.
Eerlijk gezegd hoop ik voor Irma meer op de computernerds en dat zij de bestanden weten te redden.

Schoen

Ze is er flink mee bezig geweest en het resultaat mag er zijn: Inge heeft een prachtige reuzenschoen genaaid. Een gevaarte waaraan 'grote schoenen'-maker Wessels een puntje kan zuigen. Met een lengtemaat van 52 centimeter overtreft hij zelfs de schoenmaat 69 voor Matthew McGrory.
Inge heeft de kleurrijke stofjes die ze nog over had van al haar naaiactiviteiten bij elkaar verzameld en aan elkaar genaaid. Een heuse lapjesschoen is het resultaat. Aan creatief talent ontbreekt het Inge niet. Een schoen om trots op te zijn.
De reuzenschoen is voor peuterspeelzaal Pierewiet waar Doris heen gaat. Straks als Sinterklaas in het land is, gaan daar de cadeautjes in. Het is natuurlijk een geheimpje, dus ik verklap niet wat Sint voor een cadeau geeft.
Blijft bij mij wel de grote vraag: welke schoenmaat is die 52 centimeter lange schoen?

11 november 2007

De ironie van de ironie

Maak je nu een grapje, of meen je het? De ironist zweeft tussen waarheid en grap. Niemand begrijpt hem, of neemt hem serieus en als hij eens serieus is, ziet iedereen het als een ironische bedoeling.
Arnon Grunberg laat zich niet meer zien bij een prijsuitreiking. Het prijzengeld kan wat hem betreft naar een goed doel. De zeehondjes verdienen meer aandacht dan hij. Het is zijn reactie op de woordenwisseling die hij met medegenomineerde en winnaar van de AKO-literatuurprijs A.F.Th. van der Heijden.
Van der Heijden vond het niet eerlijk dat Grunberg met hem, een medegenomineerde de vloer aanveegde. Het past niet om bij een wedstrijd elkaar voor verrotte vis uit te maken, was zijn opvatting. Toen Grunberg er zijn zoon bij haalde, steigerde A.F.Th. helemaal. Met zo iemand wilde hij niet in dezelfde ruimte zitten.
Het was allemaal ironie, zegt Grunberg nu in De Morgen. 'Had ik maar geschreven dat Wolkers en Mulisch dienen te worden doodgeknuppeld in een concentratiekamp zoals Reve deed in de jaren tachtig. Want dat is ironie.' Nederland is sinds 2001 zo ziek geworden, dat ze de ironie voor ernst aanziet. Daarom zal Grunberg zich aanpassen en niet meer verschijnen bij een prijsje.
Voor mij liet de polemiek zien dat schrijvers elkaar alleen nog maar voor verrotte vis kunnen uitmaken. Terwijl de hele wereld brandt, miereneukt hij op de komma over de stijl van een collega. Welk doel hij hiermee dient, weet ik niet, maar het laat eerder zien dat schrijvers het liefst duiken in een bad irrelevantie.
Overigens moedig ik de beslissing van Grunberg aan om weg te blijven bij evenementen. Schrijvers zijn geen sterren die op televisie moeten verschijnen. De echte ster blinkt in hun boeken. Schrijvers kunnen het sowieso beter bij schrijven laten. Hun mediaoptredens vallen vrijwel altijd tegen. Ze maken van de schrijver een mens, terwijl hij eigenlijk gewoon een schrijver moet zijn, die boeken maakt. De boeken vormen een eigen wereld, waarin een schrijver van vlees en bloed vooral niet past.

Twee wordt één

Hij staat. Het gipswandje waar de hap uit was en die van twee kamers, één maakte, scheidt de twee ruimtes weer. Een heel werk met schroeven en zagen. Een heel gepas en gemeet. Mijn MTS-opleiding bouwkunde borrelde omhoog.
Het resultaat mag er zijn. De muur is redelijk stevig en staat muurvast tussen de metalen profielen die eertijds zo bruut uit elkaar getrokken zijn. Of de muur ook boekenplanken kan dragen, durf ik niet te zeggen. Ik ga dat ook niet experimenteren. Ik zet gewoon een rijtje eenvoudige en goedkope kasten tegen de muur.
Zoals bij elke klus, moest ik weer afreizen naar de doe-het-zelf-winkel. Gamma en Praxis drijven op deze klandizie: de doe-het-zelver die ontdekt dat hij iets mist. Gewapend met twee gipsplaten en een zakje gipsplaatschroeven kwam ik weer thuis. Droog en wel. Dat was gezien het wisselvallige weer, goed gemikt.

10 november 2007

Onherstelbare hersteld

Hier brandt ons cultureel verleden, wisten de toeschouwers toen de Hertogin Anna Amalia Bibliotheek in 2004 verbrandde. Ongetwijfeld overtrof hen dezelfde machteloosheid als het publiek ruim twee weken terug bij de brand van het Armando-museum in Amersfoort.
Het zag er ook verschrikkelijk uit, de meters hoge vlammen die uit het monument kwamen. Bovendien verbrandde daar zo'n 50.000 boeken uit de zeventiende en achttiende eeuw. Weliswaar was het veel drukwerk, waarvan meerdere exemplaren waren. Helaas vielen handschriften van Goethe en Schiller ook ten prooi aan de vlammen. Veel is gedocumenteerd, maar het verlies van een origineel is een heel groot drama. Bij de brand zwierf het geschreven woord in asdeeltjes door de stad.
Wat een vreugde toen ik vanmorgen in NRC de bibliotheek weer hersteld is. De Rococozaal is in oude luister hersteld, maar het voelt niet echt oud. De ruimte is kil, 'het is een jas die nog niet lekker zit', schrijft de correspondent.
Een gebouw kun je herstellen, boeken en handschriften niet. De duizenden boeken en handschriften die beschadigd zijn, zullen nog jarenlang onbereikbaar zijn, misschien komen ze wel nooit meer terug. De Lutherbijbel uit 1534 is uit de vlammen gered. Dat is dan weer goed nieuws tussen de rampspoed.
Die branden van musea, kerken, monumentale gebouwen en bibliotheken zijn meestal geen branden die mensenlevens kosten, maar het zijn branden die verschrikkelijk pijn doen.

Doe-het-zelven

Het geraamte staat voor het gipswandje op zolder. Een heel aardige oogst, zeker voor de drukke dag vandaag. Ik probeer de twee kamers weer te herstellen op de bovenste verdieping. Vanmorgen begon ik bijtijds. Tussendoor moest ik met Inge en Doris naar de kapper.
Doris wordt al een hele meid. Ze mocht al in de kinderstoel zitten, in plaats van op schoot zoals de vorige keer. Het mooie weer nodigde me uit ook nog een rondje te lopen na de knipbeurt. Natuurlijk ontdek je tijdens het werk dat je allerlei dingen mist. Schroefjes, moertjes en zaagjes voor in de decoupeerzaag, ik moest het halen.
Toch staat nu het hele raamwerk. Morgen schroef ik de platen ertegen en als het helemaal mee zit, staat aan het eind van de dag de muur weer overeind. Ik hoop dat het lukt, dat zou heel mooi zijn.

09 november 2007

Het kantoor

Drie kantoren in één week. Het kantoor is in als lokatie voor een reclamespot op televisie. Ik zag een spot van Ohra, Monsterboard en Roosvicee. Allemaal op kantoor. Niet allemaal even logisch, want wat heeft Roosvicee nu met een kantoor te maken. Flauwe spelletjes rond het voltappen van waterflesjes, terwijl Roosvicee natuurlijk veel lekkerder is.

Het is natuurlijk de plek waar de grootste doelgroep te vinden is. Bovendien spreekt het een groot publiek aan, want wie is er niet eens op kantoor geweest. De spotjes stelen allemaal de draak met het kantoor en zullen inspelen op de onderbuikgevoelens van de kantoormedewerker. Kantoor is niet leuk, dat vindt iedereen en toch werkt iedereen er. Is dat ons ongeluk? De spotjes spelen met deze frustratie en maken van de kantoormedewerker een nog sterker karikatuur.

Het hoogtepunt van het kantoor op televisie is Crediteuren, debiteuren van Jiskefet. De Mount Everest van dit hooggebergte was de uitzending met Sinterklaas. 'Ook onder het randje Edgar.'

Op mijn vorige werk moest ik veel aan de Jiskefet-serie denken tijdens werktijd. Mijn collega daar kon smakelijk vertellen over zijn vorige werk. 'Ik had daar een chef die precies leek op die gast van The Office. Zelfs in uiterlijk', zei hij eens. 'Het was zijn lievelingsserie en ik begreep daar echt niks van. Hij vond vooral die hoofdpersoon zo goed. Kijk je nooit eens goed, dacht ik dan.' Ik heb mij nooit aangesproken gevoeld, ondanks mijn sik.

08 november 2007

Een Stradivarius uit 1667

Zojuist zat Andre Rieu bij De wereld draait door. Krankzinnig succes boekt die man en vanuit die verwondering ben ik even naar Wikipedia gekropen. Daar las ik dat hij die walsen speelt op een Stradivarius uit 1667.
Dat hij zo'n commercieel succes heeft, dankt hij aan een heus gevoel voor de werking van de wals op het publiek. Tenminste hij wilde dat bij De wereld draait door doen geloven. 'Mijn vader was dirigent. Dan gaf hij een concert en zat ik als klein jongetje tussen het publiek. De hele avond was dan Beethoven en zo gespeeld en tot slot gaf hij als toegift een wals. Ik merkte dat het publiek dan deinde en de hele sfeer veranderde.'
Vanuit die constatering is hij aan de slag gegaan. Nu toont hij zich als een heuse dijenkletser, die de walsmuziek bijna banaal presenteert. Weekt hij het oergevoel van de mens los, of hebben al deze mensen gewoon geen gevoel voor muziek.
Als ik denk aan de werking van muziek, dan denk ik vooral aan de voorspeelavonden op de muziekschool. Die eindigden steevast met de BigBand. De ernst van de avond, verwisselde met het geluid van trompetten en drums. Hier lag meer het gevoel van schaamte en ergernis die door de gereformeerde koppen trok, dan een heus gevoel van het publiek.
Overigens gaf Rieu aan niet naar China te willen. Hij wilde dat mensen in alle vrijheid naar zijn optredens kunnen. China was daarvoor te communistisch. Vreemd dat zo'n publiekstrekker en populist dat vindt. Heeft hij toch iets charmants.