31 oktober 2009

Glijbaantje

Ik schoof een bomvolle kar voor mij uit met een klein meisje als hoogtepunt van de aankoop. De hele winkel had ik met een zwabberend wiel gelopen. Ik kreeg de wagen amper vooruit. 'O', had de kassier gezegd, waarna hij met een scanapparaatje bij het wiel ging zwabberen. 'Je hebt er wel niks aan, maar dat is voor de volgende klant.' Op mijn vraag waarvoor ik dan afgestraft was, reageerde hij niet.

We liepen de winkel uit, rolden de kleine helling af naar de fiets. Ik parkeerde het winkelwagentje wat verderop. Het liep al weg als ik het meisje eruit liet. Ik moest even achter het van mij weg rijdende karretje hollen en greep de stang.

De wagen was leeg en het meisje vroeg mij of ze van het glijbaantje mocht. 'Glijbaantje?' vroeg ik. Ze wees wat verderop aan de andere kant van de winkel, achter de winkelwagentjes. 'Ja, daar.' We liepen erheen. Het was een stenen helling bestemd voor mobielen van minder mobiele mensen. De rode straatstenen, waren enigszins glad. Ze ging op haar billen zitten, wipte zich op tot de helling begon en liet zich naar beneden glijden. Ze liep over het rechte stukje en zette haar tocht voort op het onderste gedeelte van de helling.

Ik dacht aan het verhaal van Jip en Janneke. Die gleden ook van een stenen helling af en eindigden met een gat in de broek. 'Kom, we gaan', zei ik. 'Anders krijg je er nog een gat van in je broek.'

30 oktober 2009

Kermis


De draaimolen draait rechtop
en zwaait de schoenen rond
meisjes gillen hun angsten hoog

Kleuren kletteren omhoog en zingen
mee op de diepe dreunen
van herrieschoppers en botsauto knallen

De kermis is te klein voor plezier
de beren wachten op het verlossende
schot dat ze bij hun jager brengt

Aan de andere kant kleurt de zon
mij gedag en speelt het avondrood
een zoete serenade voor mij alleen

29 oktober 2009

Spellen

Doris maakte een geluid dat ergens het meest leek op een hikkend lachje, als je kwaad wilde kon je er ook een geit of schaap in horen. Ik vroeg haar of een ander kind op school dat geluid ook maakte. 'Ja', zei ze, 'Rara doet dat ook.'

De naam Rara kwam me onbekend voor en ik vroeg hoe ze heette. 'Rara.' 'Rara?' 'Rrra Rrra', herhaalde ze. Waarna ze het voor me spelde: 's, p, k, l, o... Rara.'

De oplossing kwam gisteren, het meisje heet Lara.

27 oktober 2009

De walgvogel

De lezing die ik Mansfeld zal opvoeren, bevat een passage uit Wolkers' De walgvogel. Mijn Junghuhn-vriendin Renate Sternagel buigt zich nu over de tekst om er een begrijpelijk verhaal van te maken voor het Duitse gehoor. Bovendien is zij als Duitse veel beter op de hoogte van de wetmatigheden die lezingen in het Duits vragen. De eerste vraag die ik terugkreeg, ging over De walgvogel van Wolkers. 'Walg' is toch 'Ekel' schreef ze. Ik was even vergeten dat Duitsers Jan Wolkers minder goed kennen dan een Nederlands gehoor.

De walgvogel bij Jan Wolkers heeft niet zo direct van doen met de Dodo, die bekend staat als de Walgvogel. De dodo staat meer symbool voor de houding van de Nederlanders ten opzichte van de kolonie. De hoofdpersoon vertelt over de dodo's als zijn vriendje, de Indische Harry Sarno, een boek van hem leent:


Toen hij De Scheepsjongens van Bontekoe van me gelezen had en we het erover hadden hoe schandelijk het was dat die Hollandse zeelui al die dodo's of walgvogels met stokken hadden doodgeslagen om op te vreten, tot ze allemaal uitgeroeid en helemaal uitgestorven waren, zei hij dat zijn vader het helemaal niet goed had gevonden dat hij zo'n boek las want dat je op iedere bladzij kon lezen dat die Hollanders nergens eerbied voor hadden. (29)

Bij het naspeuren naar een Duitse vertaling van De walgvogel zag ik dat het boek helaas niet in het Duits is vertaald. Net zo min in het Engels of Oekraïns. Turks fruit is daarentegen veel populairder en klinkt ook even herkenbaar in de vertalingen: Turkisk konfekt (Zweden), Türkische Früchte, Turkish delight, Les délices de Turquie en Turska slast (Joegoslavië). Zelfs in het Fries kunnen de oortjes rood worden bij het lezen van Turks swiet. De walgvogel heeft enkel een Zweedse vertaling met als titel Dronten.

Ik zou er bijna voor gaan pleiten dat het werk van Wolkers meer bevat dan alleen Turks fruit. Wat mij betreft is De walgvogel een toppertje. Het eerste hoofdstuk getiteld 'Koloniale waren' behoort tot de mooiste hoofdstukken van de Nederlandse literatuur.

Overigens weten ook veel Nederlanders de herkomst van de titel van Wolkers roman niet. Zo vond ik het volgende in het boekverslag van ene 'Flesjewater' op scholieren.com:


Titelverklaring: Ik kon dit nergens op internet vinden. Ik denk dat misschien de ik-persoon van zichzelf walgt, dat hij iemand heeft vermoord. Al lijkt me dat wel erg voor de handliggend.

Links
Kijk voor de vertaallijstjes op: antiqbook.info en op nlpvf.nl

26 oktober 2009

Van de wereld verstoken

Afgeluisterd in de trein.

'Nee, ik we rijden net Utrecht binnen.'
...
'Het is nog geen zes uur hoor.'
...
'Wintertijd. De klok is van 't weekend een uur terug gezet. Zegt je dat niks?'
...
'Heb jij geen krant of televisie opengeslagen?'
...
'Ja, hilarisch. Die onthouden we.'

Daarna tegen een vriendin, die naast haar staat.
'Kristel was dat. Ze zei dat wij nu eens een keer te laat waren. 'Ik sta op jullie te wachten; het is al kwart over zes', zei ze. Toen vertelde ik over de wintertijd. Nou dat had ze gemist. Die is echt van de wereld verstoken.'

Grijnzende wezens schijnen mij aan

Door het raam staren mij twee oranje wezens aan. Ze schijnen in een lichte grijns naar mij. Het zijn de uitgeholde pompoenen. Ook ik ontkom niet aan de modegril van Halloween. Tegelijkertijd geven de najaarsvruchten een vrolijke tint aan de herfst.

Zaterdag trof ik bij het hardlopen in Delden een pompoenenstalletje langs de weg. We zijn er gisteren op de terugweg naar huis langs gereden. Doris koos het kleinere model uit, wij haalden de grote jongen eruit. Het zijn zware jongens, die een plekje kregen achter mijn stoel in de auto. Daarnaast koos Inge nog een dozijn kleinere kalebassen.

Het uitbenen van de pompoenen

Thuisgekomen moest de boel worden uitgehold. De houdbaarheid van die uitgebeende gevallen schijnt een week of twee te zijn. Nadat al het vruchtvlees eruit was gehaald, volgde het creatieve proces dat Inge samen met Doris tot een heel aardig resultaat wist te brengen.
De angstaanjagende wezens in het daglicht aanschouwd
Doris bij de uitgeholde pompoenen, vlak voor zonsondergang

Hoe mooi ziet het er niet uit in het donker.

25 oktober 2009

Evolutietheorie in stripvorm

Ik heb het niet zo op romans in stripvorm. Natuurlijk prijs ik tekenaars als Dick Matena voor hun prachtige werk. Ze maken boeken voor een heel andere doelgroep bereikbaar. Persoonlijk heb ik niet zoveel op met het literaire verhaal in een rij tekeningen.

Ondanks deze scepsis, nam ik afgelopen donderdag uit de bibliotheek toch de stripvorm van Charles Darwins Over het ontstaan van soorten mee. Het boek is kortgeleden verschenen bij uitgeverij Atlas en de bibliotheek heeft het natuurlijk snel in huis gehaald vanwege de enorme populariteit die Darwin momenteel geniet. De televisieserie van de VPRO waarbij de reis van de Beagle wordt overgedaan, is op dit moment een rage waar ik wekelijks aan meedoe.

Bij het schrijven van mijn lezing over Junghuhn, die ik over drie weken in Mansfeld hoop te geven, vormde het stripverhaal een welkome afleiding. De strip is getekend door Nicolle Rager Fuller, met tekst van Michael Keller. De vertaling is van Gerrit Jan Zwier.

De strip legt het boek On the Origin of Species in de context van zijn tijd en van zijn maker. Het begint met verwijzingen naar de reis met de Beagle en de persoonlijke confrontatie van Charles Darwin met zijn ideeën over het ontstaan van soorten. Daarna volgt de haast waarmee het boek uiteindelijk verschijnt onder druk van Alfred Russel Wallace die dezelfde bevindingen doet op Borneo en Malakka en de Maleise archipel.

Het boek zelf levert een helder beeld van de theorie van Darwin. Wel betreur ik dat soms moderne data worden gebruikt, zoals de verspreiding van vliegenvangers in Noord-Amerika waarbij gegevens uit 2007 worden aangehaald. Deze moderne data vertroebelen de concrete bevindingen van Darwin. Gelukkig worden sommige aannames van Darwin in een voetnoot verduidelijkt. De plaatsing in de tijd en de revolutionaire opvattingen van Darwin komen heel sterk naar voren in het aantrekkelijke verhaal.

Een tip voor iedereen die snel een beeld wil krijgen van Darwins evolutietheorie.

23 oktober 2009

Kind van zijn tijd

Ik stond met hem in de Oude kerk. We keken naar het orgel dat daar zo monumentaal stond, alsof het zo altijd al stond. De punten van het rugwerk wezen als twee eigenwijze wijsvingers in de richting van de preekstoel. En de welvingen van de middentorens leken bolle wangen die de muziek wel even de kerk in zouden blazen. Alsof het hele instrument met zijn schoonheid een tong uitstak naar de gemeente, terwijl iedereen er met zijn rug naar zit.

'Is dit nu je magnum opus?' vroeg ik hem. Hij droeg hetzelfde ringbaardje als weleer. De jaren hadden het grijzer gemaakt, maar de blik was onveranderd gebleven. Ik zag hem weer met dat kleine leren tasje in de hand binnenkomen. We waren veel te vroeg voor de middagdienst, er was nauwelijks iemand. Daar ging hij en hij passeerde de pilaar buitenom. De kortste weg was hem niet lang genoeg. Het kwam ook door de luxestoel voor mevrouw, die daar als een koninginnezetel de weg aan de binnenkant van de pilaar versperde.

Dan volgde het wachten op de beroemde tien minuten, als de klokken uitgeluid waren en de mensenmassa langzaam naar binnen stroomde. Hij leunde dan tegen de hoofdwerkkas aan en keek hoe de kerk zich vulde. Hoe de drukke mieren hun plekje vonden. De tijd schoof vooruit en dan mocht hij spelen. De kerk vervulde zich van een preek die zijn weerga niet kende. Hoe ouder ik werd, hoe nijpender de situatie en hoe meer donder en bliksem van boven klonk.

Ik keek hem nu weer aan en zag hoe vereerd hij zich voelde voor mijn compliment. Er zijn weinig mensen die ver voor hun dertigste zo'n kunstwerk afleveren, maar snel won zijn bescheidenheid het. 'Nou, magnum opus. Magnum opus is wel een groot woord. Nu 35 jaar later moet ik concluderen dat ik het nu allemaal anders zou doen. Zo vind ik het raar dat we toen niet het hele instrument uit de Rotterdamse Wilhelminakerk hebben overgenomen. Nu is een groot deel van het pijpwerk daar vandaan, maar de rest is allemaal verdwenen.'

Het pijpwerk uit de Rotterdamse Wilhelminakerk van de bouwer Steenkuyl (1900) was een unieke kans om een bijzonder instrument te behouden. Het kwam in 1974 terecht in het orgel van de Oude kerk in Veenendaal. De kast, de windladen, de complete techniek en mechaniek werden nieuw gebouwd door de Enschedese bouwer Vierdag. Van de 21 stemmen zijn 17 afkomstig uit Rotterdam. Het orgel van de Wilhelminakerk was in die tijd erg beroemd vanwege de concerten die Feike Asma op het orgel gaf. Veenendaal kreeg in 1974 de kans het orgel over te nemen. Wel kreeg het nieuwe instrument een dispositie die wat meer aansloot bij zijn tijd, de neobarok. Al moet ik eerlijk zeggen dat de uitwerking op z'n zachtst gezegd zeer verrassend is. Het instrument doet helemaal niet modern en neobarok aan. Ik geef de schuld hiervan altijd aan het pijpwerk. Maar Rotterdammers onder elkaar komen altijd voor elkaar op.

'Zo is het natuurlijk best vreemd dat we toen de oude kast van het voormalige Dekker-orgel gewoon in mootjes hebben gehakt. Het is in de open haard beland. Dat zouden we nu niet meer zo doen. De kast van het Dekker-orgel kwam uit een Duitse catalogus en zag er helemaal niet onaardig uit.' Ik onderbrak hem. 'Dus ook dit orgel is een kind van zijn tijd.' 'Ook dit orgel is een kind van zijn tijd', bevestigde hij. Ik trok alles door. 'Uiteindelijk zijn we allemaal kinderen van onze tijd. Wat we nu doen verwerpen onze nakomelingen over dertig jaar ook. En zo gaat het door.' Ik vond ook dat het eindeloze ge-historiseer van nu over een halve eeuw misschien ook wel meewarig aangekeken wordt. Dat was hij niet met me eens. 'Als ik bijvoorbeeld zie wat ze allemaal uit het instrument in Alkmaar aan kennis hebben opgedaan. Die kennis hadden we dertig jaar geleden niet.'

De ontmoeting met het orgel van de Oude kerk heeft me wel iets nieuws geleerd. Zo vraag ik mij af waarom bijvoorbeeld alleen al in Rotterdam alles van het begin van de twintigste eeuw in de jaren '60 en '70 zo genadeloos slachtoffer is geworden van de sloophamer: de Koninginnekerk, de Nieuwe Zuiderkerk en de Wilhelminakerk. Stuk voor stuk prachtige godshuizen die er allemaal niet meer zijn. De schuld werd toen gegeven aan de ontkerkelijking, maar dat is meer een aanleiding dan een oorzaak. Ik denk namelijk dat de kerkgebouwen de notabelen en kerkvoogden niet goed uitkwam. Duur in onderhoud, moeilijk te verwarmen. Nee, ze kozen liever voor de moderne bouw. Die lelijke bouw, die wat mij betreft direct gesloopt mag worden.

En als je denkt dat er alleen in de jaren '70 gesloopt werd. Ruim vijf jaar geleden moest de Almelose Egbertus dicht, een gebouw uit de jaren '20. Het moest plaatsmaken voor nieuwbouw die nog geen 300 meter verder verrees. Zonde, want al zou er een archief in komen, het gebouw staat nog altijd leeg. De tand des tijds slaat toe en er gebeurt niks. Het wachten is tot de koepel instort en de kerk afgebroken kan worden.

Bekijk de dispositie van de Oude kerk >>

22 oktober 2009

Leve de oude leraar

Oude mensen zijn vervelend. Dat is de algemene tendens in onze maatschappij. Daarom proberen we ons zo jong mogelijk voor te doen. Hoe ouder iemand wordt, hoe meer hij de ouderdom probeert te camoufleren.

Het artikel van leraar en publicist Ton van Haperen in de NRC Next van vanmorgen volgt deze opvatting exact. De leraar moet op zijn zestigste ophouden met lesgeven, want de kloof tussen leerling en leraar wordt te groot. Kanonnenvoer is een bejaarde leraar volgens Van Haperen. Een marteling voor de kinderen.

Onzin zijn dergelijke opvattingen natuurlijk. Een leraar moet zeker inlevingsvermogen hebben en verstand hebben hoe een kind informatie tot zich neemt. Natuurlijk heb ik ook angstige beelden op het netvlies van de cynische leraar die al 35 jaar voor de klas staat. De leraar die het al jaren zo doet en weigert zijn les aan te passen. Deze koppigheid heeft naar mijn oordeel niks met ouderdom te maken maar met luiheid.

Ton van Haperen zou eens goed om zich heen moeten kijken. De bewondering die sommige jongeren voor ouderen hebben. Ik zat een tijdje in de trein waarbij een hoogbejaarde vrouw aan een jongere vertelde dat ze angstig was voor stilstaande treinen. Het was op de dag dat de trein niet wegreed uit Utrecht. De angst had te maken met een aanval van Engelse vliegtuigen op een trein die ergens in een weiland stilstond. De jongen luisterde met ontzag en heel veel respect.

Levenservaring is zo belangrijk om in de les te voegen. Hoe ouder de leermeester hoe beter. De echte docent doet dit met respect voor de leerling en biedt hem alles in hapklare porties, soms net ietsje meer waardoor de leerling wordt uitgedaagd.

Waarschijnlijk is Ton van Haperen alleen opgegroeid met cynische oude mannetjes. Maar ik zou sommige bejaarde leraren die mij veel wijsheid hebben bijgebracht, voor geen goud hebben willen missen.

21 oktober 2009

LinkedIn en het gevaar

De bedreigingen van LinkedIn. In een artikel op Computable wordt gesuggereerd dat kostbare bedrijfsinformatie makkelijk kan weglekken via LinkedIn. Het is een artikel dat geschreven is op basis van een lezing op een beveiligingsconferentie van RSA in Londen.

De voorbeelden die worden geschreven vragen wel een verregaande vorm van research. Als verschillende managers binnen een bedrijf vriendschappen sluiten met andere managers van een ander bedrijf, dan zou een overname van het bedrijf niet lang meer op zich laten wachten.

Een beetje ver gezocht en het vraagt ook flink wat research. Je moet op z'n minst enkele managers binnen een bedrijf als LinkedIn-vriend hebben. Dan denk ik dat een aankomende overname met zulke innige contacten ook op andere manieren tot je kan komen.

Op een beveiligingsconferentie wordt gepraat over risico's. De risico's die geschetst worden zijn risico's, maar hoe groot zijn die risico's? Een veel groter gevaar is het stelen van iemands account en daar dan mee vandoor gaan. Het is niet alleen een groter gevaar, de gevolgen voor iemand persoonlijk zijn nauwelijks te overzien.

De opkomst en groei van de sociale media zal dit soort criminaliteit explosief doen toenemen. Je ziet bijvoorbeeld hoe makkelijk sommige idioten de identiteit van een bekende Nederlander aannemen. Is de Paul de Leeuw die twittert wel echt Paul de Leeuw. Of de Gerrit Komrij die in het Duits allerlei dingen aanprijst, wel de echte?

Dat is een veel groter risico, waar je jezelf niet goed genoeg voor kunt beveiligen. Uitsluiten lukt nooit, een noodscenario in de kast kan nooit kwaad.

20 oktober 2009

Op de bon

Kwart voor zeven, de duisternis slokt de fietser zonder licht op. Alleen het trappen verraadt zijn komst. De stilte slaat om zich heen. Het station Muziekwijk wacht aan het eind van het fietspad.

Dan versperren twee agenten zijn pad. 'Halt, politie. U rijdt zonder licht. Daarvoor krijgt u een bekeuring.' Dat had hij op dit vroege tijdstip niet verwacht. Het licht doet het niet, daarom brandt het niet. 'Heeft u uw legitimatiebewijs bij u?' Hij laat zijn NS-abonnement zien. 'Uw rijbewijs of zo?' Hij speurt naar zijn rijbewijs en vindt het pasje achter het treinabonnement.

Hij vraagt of hij de fiets alvast mag wegzetten, want hij wil de trein halen en laat zijn rijbewijs bij hem achter. Als hij terugkomt, zegt de agent: 'Ik kan u nog veel vertellen over hoe u uw verlichting moet voeren, maar u bent daarin denk ik niet geïnteresseerd.' De trein lijkt in aantocht, toch vraagt hij naar de bekende weg. 'Mag ik ook van die losse lampjes bevestigen?' 'Ja, voor vier euro bij de ANWB-winkel.' Ondertussen passeren twee fietsers zonder licht.

Het gele papiertje vertegenwoordigt een waarde van 35 euro voor rijden zonder licht. Bij het merk fiets staat een streepje en bij de kleur staat de onlogische combinatie 'grijs/bruin', gezien in de duisternis, want het is een groene fiets. Een waarschuwing kon er niet vanaf.

19 oktober 2009

De dag van de kapotte bovenleidingen

De omroeper riep de onheilstijding dat de treinen naar Rotterdam en Den Haag niet reden in verband met een stuk getrokken bovenleiding.

Ik liep alweer wat verder op de weg van perron 19 naar perron 4 en hoorde een nieuw bericht toen ik al een behoorlijk eindje liep op mijn bestemming. De treinen naar Amersfoort ondergingen ook vertragingen vanwege een kapotte bovenleiding.

Kortom, de dag van de kapotte bovenleidingen.

Googles boekwinkeltje

De misser van internet is dat altijd alles gratis aangeboden is. De rekening voor deze actie wordt nog altijd betaald. Voor uitgevers is het moeilijk een verdienmodel te koppelen aan de activiteiten op internet.

Nu probeert iedereen het goed te maken met het e-book. De e-reader is een opmars begonnen waar al direct een prijskaartje aan hangt. Zelfs Google, die sterk is geworden met het gratis vinden en toegankelijk maken van informatie, gaat een eigen boekwinkeltje beginnen in electronische boeken.

Ik vind de kracht van internet dat de informatie gratis en makkelijk toegankelijk is. Zeker als het gaat om boeken waar het kopijrecht al lang van vervlogen is. Zo kan ik zonder problemen de Geschiedenis des vaderlands downloaden op Google books en bij het DBNL. Wat mij betreft mag dit wel zo blijven. Het zou helemaal geweldig zijn deze boeken op een e-reader op te slaan en zo een echt oud boek electronisch open te slaan.

Persoonlijk geloof ik ook niet dat persé voor informatie op internet betaald moet worden. Het vraagt om andere vormen van verdienmodellen, waarbij adverteerders en gebruikers elkaar veel gerichter zullen treffen. Hier hoeft de onafhankelijkheid helemaal niet voor in het geding te komen.

Helaas bezitten maar weinig uitgevers die creativiteit. Ze blijven geloven in het papier. Iets dat ze uiteindelijk zal nekken...

18 oktober 2009

Gevallen

Na de val is het de tijd voor de reconstructie. Ze was cake'jes aan het bakken en stond op het stoeltje. Ze boog iets voorover om in de bak met cakemix te kijken. En toen viel ze.

'Ik wilde alleen in de bak kijken', riep ze door haar tranen heen. Het hielp niet, want ze lag daarna op de grond. Ik zette het krukje voor haar klaar, zodat ze iets steviger stond en zonder vallen in de bak kon kijken.

17 oktober 2009

Aarbeienjam

De laatste pot aardbeienjam naderde afgelopen week de bodem. Het was voor mij het signaal om het vandaag op de zaterdagmarkt nog eens te proberen. Samen met Doris toog ik na een overvolle Lidl even snel de markt over.

Geen kraam had nog aardbeien, soms een enkel bakje, waarboven een peperdure prijs hing. De kraam waar ik afgelopen zomer drie kilo aardbeien weghaalde beloofde evenmin wat te worden. We sloten keurig aan in de rij, waar geen Nederlands gesproken werd, maar waar wel gevochten werd om een zakje komkommers of courgettes.

Geen aardbeien, maar in één van mijn ooghoeken zag ik twee zakjes met aardbeien op een leeg pallet liggen. Ik stiefelde in de richting van de jongeman die in de weer was met het stapelen van doosjes. 'Wat moet je hebben voor zo'n zakje aardbeien?' vroeg ik hem. 'Eén euro?' 'Oké, verkocht en met dat andere zakje twee euro?' Hij knikte en ik betaalde hem, volgde hem met de zakjes om het wisselgeld gelijk mee te kunnen nemen.

Nu ruikt het hele huis naar de aardbeien die Inge omgevormd heeft tot jam. De potjes staan nog op de kop, maar als Inge ze omdraait geven ze zo'n mooie 'plop'. Het blik van het dekseltje trekt samen, doordat het vacuüm trekt.

Morgen een ontbijtje met echte aardbeienjam...

15 oktober 2009

Unvollendete

Paul Witteman spreekt over onvoltooide werken van componisten in De wereld draait door. Hij vindt dat als een kunstenaar vraagt om werk te vernietigen, dat dit dan ook moet gebeuren. Tegelijkertijd is hij er zich ook bewust van dat dit in de praktijk niet gebeurt. Je kunt niet het werk van een kunstenaar vernietigen.

De bekendste kunstenaar van wie enkel een paar verhalen zouden zijn overgebleven is Franz Kafka. Hij droeg zijn vriend op om zijn werken na zijn dood te vernietigen. Gelukkig sloeg deze vriend de vraag in de wind en kunnen wij nu allemaal de meest ontroerende brieven aan een vader lezen.

Ik hoor in de wens van een kunstenaar om het werk te vernietigen meer de vraag om het werk te koesteren en misschien zelfs uit te geven. Anders gooi je het zelf gelijk in de prullenbak.

DSB, de blaren en het grenzeloze optimisme

Dat de kredietcrisis nog altijd niet voorbij is, laat de val van de bank van Scheringa zien. Klanten beëindigden vorige week massaal hun spaarrekening na het opruiende advies van Pieter Lakeman om de bank daarmee failliet te krijgen. Het is beter voor ons allemaal, zei hij erbij.

Nu de boel werkelijk op instorten staat, lijkt het of niemand hier iets mee opschiet. Zelfs Lakeman biedt zijn excuses aan. Het eindeloze uitstel vertoont het gedrag van een stervende. Hij slaat nog wild om zich heen, maar weet dat de dood hem straks de nek omdraait. De hoop waarmee Scheringa zijn levenswerk probeert te redden, is bewonderingswaardig en laat zijn doorzettingsvermogen en grenzeloze optimisme zien. De bereidheid van anderen om hem te redden, ontbreekt echter. Daar is geen enkel optimisme tegen opgewassen.

De blaren van de bank vormen ook de blaren van de andere banken. Niemand wil extra blaren, bovendien is Scheringa een lekkere zondebok die de eigen praktijken uit de publieke belangstelling houdt. Want die publieke belangstelling is heel krachtig. Dat laat deze hete DSB-week wel zien.

12 oktober 2009

Kroegtijger

In de strijd tegen de PVV stelde Jeltje van Nieuwenhoven zich kandidaat als lijsttrekker in Den Haag. Daarvoor moest ze vijftig handtekeningen hebben van PvdA-leden in de Hofstad.

Jeltje kreeg de hulp van het Haagse raadslid Koen Baart. Voor hem deed het er blijkbaar allemaal niet zo toe, aangezien hij de handtekeningen in de kroeg had laten liggen. Zo win je de oorlog wel.

Dus als een Haagse kroegtijger ze nog tegenkomt, ga dan gelijk langs de handtekeningverstrekkers. Vertel ze allemaal hoogstpersoonlijk dat dit gewoon in de kroeg lag.

11 oktober 2009

Veenendaal en orgels

Een hele dag in Veenendaal en een hele dag orgels. Een combinatie die ik enigszins ontwend was, maar een leuke dag, boordevol herinneringen en gedachten aan het verleden. Verder was het bijzonder om van kerk naar kerk te gaan met zeventig mensen, het leeuwendeel was man en de zestig gepasseerd.

Jeugdherinneringen
Kortom, de eerste orgeldag in Veenendaal was een succces. Veenendaal is de plaats waar ik opgegroeid ben en tot nog toe de langste tijd van mijn leven (van 1977 tot 1996) heb doorgebracht. Het was niet de gelukkigste tijd, maar zoals dat hoort te gaan, liggen haat en liefde; afkeer, weerzin en begeerte allemaal dichter bij elkaar dan je zou willen.

Misschien kwamen de jeugdherinneringen en de verrassing het beste samen in het concert van Gerben Budding in de Oude kerk. Het Vierdag-orgel is zonder meer tot het mooiste orgel van Veenendaal. Ik denk ook omdat het meerendeel van het pijpwerk uit mijn geboortestad Rotterdam komt.

Adventkerk
Geteisterd door files, dichte benzinepomps en afgesloten wegen, lukte het mij om precies op tijd de eerste kerk aan te doen, de Adventkerk. Dit is de gereformeerde gemeente-kerk die is voortgekomen uit een afsplitsing van de moederkerk aan de Fluiterstraat. De gemoederen in de kerk in de Fluiterstraat waren dusdanig opgelopen, dat de politie het gepeupel uit elkaar moest halen. Daarna scheidde de predikant zich met zijn volgelingen en zij kregen ook nog eens de kerk toegewezen. De anderen bouwden daarop een nieuws godshuis. Deze kerk was in de jaren '90 veel te klein geworden en op dezelfde plaats verrees een nieuwe tempel met dezelfde naam: de Adventkerk.

In de Adventkerk staat een orgel van alure. De bouwer Steendam uit Roodeschool heeft daar in 1999 een instrument gezet met 29 registers en daarmee het grootste orgel van Veenendaal. De demonstratie die organist Gert Jan Schipper neerzette, liet een orgel horen dat volgens de kerkvoogd graviteit en poëzie tegelijk uitstraalde. Ik vond dat het instrument vooral loskwam bij het laatste stuk, de psalmbewerking. Het hele concert voelde ik mij een indringer, een ongelovige die alleen voor de muziek komt.

Het Steendam-orgel in de Adventkerk
Petrakerk
De tweede kerk, de Petrakerk, bevat een Verschueren-orgel. Organist en organisator van de orgeldag, Bert Wisgerhof is daar sinds dit jaar organist. Hij liet een instrument horen dat ondanks de rechtlijnigheid in klank, veel variaties toelaat in registratie en literatuurkeuze. Ik verbaasde mij over de klankcombinaties met de tongwerken, waar ik vanuit mijn eigen speelervaring en die van anderen, mijn twijfels had. Wisgerhof liet een orgel horen dat veel in zich heeft.

Het Verschueren-orgel van de Petrakerk wordt door Bert Wisgerhof bespeeld
Salvatorkerk
Wisgerhof vertelde in de katholieke kerk, de Salvatorkerk, over zijn jeugdherinneringen aan het instrument. Bij mij doemden ook herinnering uit een iets minder ver verleden op. De tijd dat ik les had bij Jan van Laar en op dit instrument leerde orgelspelen en vooral leerde luisteren. Het concert van Erik van der Heijden, in het dagelijks leven MS Office consultant/trainer, liet mij dit ook horen. Hoe mooi Bach op dit 130 jaar oude orgel klinkt. Wel miste ik muziek van bijvoorbeeld Cesar Franck of Louis Vierne, die hier ook zo ontzettend goed klinken. De serene stilte die over de mensen viel, toonde mij weer hoe deze ruimte en dit instrument je helemaal in een sfeer en stemming brengen van bezinning. Ik schreef bij dit concert in mijn schriftje: 'rustgevend, ook bezinnend. Ja, bezinning dat is het woord hiervoor.'

Het enige historische orgel van Veenendaal staat in de Salvatorkerk en is van Gradussen
Voor het concert leggen toehoorders het orgel van de Salvatorkerk vast op beeld
Oude kerk
In de Oude kerk op de markt, de oude Salvatorkerk, zoals Bert Wisgerhof bij zijn inleiding terecht opmerkte, was het echt tijd voor de jeugdherinnering. De herinnering aan een tijd waarin Wisgerhof zelf in mijn herinnering een rol speelt. De oud-organist van deze kerk herinnerde zich ook veel, 'Maar laat ik daar hier maar van af zien', zei hij. Het instrument kwam helemaal los in het spel van de jonge organist Gerben Budding. Hij heeft zijn roots in Veenendaal. Sinds september is hij de vaste bespeler van het Witte-orgel in Gorinchem.

Het Vierdag-orgel van de Oude kerk in Veenendaal
De speeltafel van het Vierdag-orgel doet enigszins ouderwets aan
Rugwerk van het Oude kerk-orgel in Veenendaal, het instrument is geïnspireerd op een instrument dat van 1866 tot 1922 in deze kerk heeft gestaan
In de Oude kerk openbaarde zich een instrument dat in schoonheid, kracht en energie niet onderdoet van grote historische voorbeelden. Het bezit een klankrijkdom dat je in Veenendaal wegdroomt. Het doet denken aan historische instrumenten zoals waarschijnlijk tussen 1866 (300 jaar na de bouw van de kerk) en 1922 daar zelf heeft gestaan in de Oude kerk: een instrument in Noord-Nederlandse stijl. Het is echter een orgel uit 1974, met pijpwerk van Steenkuijl uit het orgel van de Wilhelminakerk in Rotterdam. De lage stemmen, het middengedeelte in het klankspectrum en de heldere boventonen, alles lijkt in zo'n mooi evenwicht. Het programma van de organist met Buxtehude, Bach en Mendelssohn vulde dit prima aan. Vooral het trio op het koraal 'Allein Gott in der Höh sei Ehr', liet fluiten horen, waarvan de hoge uithalen vanuit het houten spitsgewelf naar beneden dwarrelden en en de oren streelden.

Westerkerk
Het laatste concert van Ad Verhage in de Veense Westerkerk demonstreerde de jongste aanwas in het orgelbezit van het Valleidorp. Het is een instrument dat zich moeilijk laat vergelijken. Het is gebouwd door de Sloveense orgelbouwer Skarbl en in maart van dit jaar opgeleverd. Het instrument bezit heldere mixturen, zangrijke prestanten en lyrische fluiten. Ook de tongwerken tonen een orgel dat veel mogelijkheden voor variatie biedt. Wel vond ik het evenwicht tussen de hoge tonen en de lage tonen ongelijkmatig verdeeld. Bovendien resoneerde de kas flink mee bij de onderste vijf tonen van de Bourdon 16'. Het middengedeelte in het klankspectrum was niet goed vertegenwoordigd. Hierin onderscheidde het instrument zich op een negatieve manier van bijvoorbeeld het Steendam-orgel in de Adventkerk. Het instrument van de Westerkerk is zeker een verademing ten opzichte van het eerdere electronicum dat daar stond en waar ik vooral veel ondierbare jeugdherinneringen aan koester, compleet met de trage zang van de Westerkerkers.

Skrabl-orgel in de Westerkerk van Veenendaal
Speeltafel van het jongste orgel van Veenendaal
Bert Wisgerhof en Ad Verhage die de dag organiseerden, hebben gisteren laten zien dat Veenendaal veel orgels bezit en ook veel mooie orgels. Dat terwijl het dorp pas in 1866 haar eerste orgel kreeg in de Oude kerk en dat was nog een tweedehandsje ook. De armoede ging en gaat in Veenendaal altijd hand in hand met de geestelijke rijkdom. Al heeft de armoede vooral de laatste jaren plaatsgemaakt voor krenterigheid. Een orgel mag, maar het mag niet te duur zijn. Of zoals een oud-Veens spreekwoord zegt: ze willen een kwartje voor een dubbeltje.

09 oktober 2009

Hollen papa

Ik rende de moeder met kinderwagen voorbij. Ze werden overschaduwd door de bomen langs het pad. Het kind zat rechtop en droeg een roze jasje. Pienter keken haar blauwe ogen de wereld in en de blonde haren waren een beetje vochtig van de regen.

Ze keek in mijn richting. Een vinger wees haar ogen achterna. 'Kijk hollen.' 'Ja', bevestigde de moeder de gewaarwording. Ze liep dapper verder achter de rollende wagen. 'Ja, hollen.' 'Papa', riep ze. 'Papa hollen.' De moeder hoorde de zin niet uit schaamte dat ik voor de vader werd uitgemaakt. 'Papa hollen', herhaalde het mondje onder de blonde haren. 'Ja, hollen', herhaalde de moeder.

Ze wist blijkbaar niet dat de vader van haar dochter ook holde en dat het meisje dat wilde zeggen. Ze bleef echter even onverzettelijk als haar moeder. 'Papa hollen... Papa hollen...' Ik liep de hoek om en zag ze even later achter het gebouw vandaan komen. Ik kon de conversatie tussen moeder en dochter niet volgen. Ergens had ik nog altijd het idee dat de twee tegen elkaar streden.

08 oktober 2009

Spiegelbeeld zonder geluid

De muziek schalt uit tussen zijn oren en de koptelefoon. Hij staat dromerig naar zijn spiegelbeeld te turen in de ruiten van het treinstel. Om hem heen heeft hij een lege ruimte gemaakt door zijn herrie. Het is nog ochtend en hij kijkt naar zichzelf, maar het geluid wordt niet gespiegeld.

Gelukkig duurt zijn aanwezigheid niet lang, een halte verder moet hij er al uit. Hij staart naar de knopjes om de deur open te maken en drukt op het blauwe dat links zit. De muziek dreunt onverminderd voort, de elektrische gitaren klinken boven alles uit. Hardrock, hoor ik er overduidelijk in, maar ik mis het middenkader van geluiden om de herrie te duiden.

De deur blijft dicht, hij drukt nogmaals op de blauwe knop, maar de deur blijft tjokdicht. Ik zwaai naar hem, maar hij ziet het niet. Ik zwaai nogmaals, de bewegingen in het spiegelbeeld moeten hem wakkerschudden. Ik gebaar naar de rechterkant, waar het gele knopje op zit. Je moet daar op drukken fluister ik, maar ik doe alsof ik schreeuw. Hij wordt wakker en drukt op de knop.

De deur gaat open en hij verdwijnt de duistere ochtend in. Het geluid sterft langzaam weg. Over zijn schouder hangt een witte tas met zwarte spikkels op weg naar de school die achter het station ligt.

07 oktober 2009

Rupsje Nooitgenoeg

Het Jip-en-Janneke-tasje was gisteren bij de oppas blijven liggen. Met dikke tranen vertelde Doris gisteravond dat ze het tasje vergeten was. Vanmorgen bracht ik haar naar school en kreeg ik het vergeten tasje mee van de oppas waar we vlak langslopen als we naar school gaan.

In het tasje zat Rupsje Nooitgenoeg, de figuur van het gelijknamige kinderboekje uit 1969. Het tasje was een uitleentasje dat elk kind van de klas mag meenemen naar huis en de volgende dag weer terugbrengt. Het rupsje wilde gisteren mee met Doris, stond in het schriftje.

In het schriftje kunnen de ouders de ervaringen met het verhaal opschrijven. Wanneer en waar het voorgelezen is, wie het voorlas en wie het verhaal hoorden. In het schriftje stond vandaag uitvoerig het verhaal dat het was blijven liggen bij de oppas en hoe jammer we dat allemaal vonden.

Vanavond mocht Rupsje Nooitgenoeg bij Doris in bed slapen. Voordat hij ging slapen, at hij een hap uit papa's trui.

In zijn bloemlezing De Nederlandse kinderliteratuur in 100 en enige verhalen, schrijft kinderverhaallezer Abdelkader Benali over zijn eerste leeservaring. Het gaat om, geloof het of niet, over Rupsje Nooitgenoeg: 'Mijn eerste meesterwerk was Rupsje Nooitgenoeg, dat ging over een rupsje dat zich pagina na pagina door van alles en nog wat heen eet, zodat hij een vlinder kan worden.'

06 oktober 2009

Overvolle trein

Een vreemde gewaarwording. De trein van half zes vanuit Utrecht naar Almere lijkt iedere dag drukker te worden. Zit ik nog in alle rust in het boemeltje van Houten naar Utrecht, in de trein naar Almere moet ik vechten om een plekje.

Gisteren stopte de overvolle trein een paar honderd meter van Utrecht. 'Er is aan de noodrem getrokken', concludeerde de conducteur door de intercom. 'We zoeken het lek', vertelde de machinist wat later. 'Misbruik wordt gestraft', dacht ik.

Het was niet de noodrem, maar een storing merkten we toen we wegreden en een paar honderd meter verderop weer stilstonden. Het stoppen, rijden, stoppen en langzaam rijden leverde een vertraging op van een halfuur.

Vervelend allemaal. En toch was de trein weer bommetjevol vanavond.

05 oktober 2009

Leren van de Ikea-catalogus

Ik word elk jaar weer heel blij van de nieuwe Ikea-catalogus. Afgelopen maand viel hij bij mij op de deurmat. Het is een gebeurtenis waarop ik mij elk jaar verheug. De catalogus van het woonwarenhuis verschijnt wereldwijd in een oplage die groter is dan het aantal bijbels in deze wereld.

Labelen in blogger

Ik word sinds vrijdag afgestrafd door Google. Elk artikel dat ik voor mijn blog schrijf, bevat een keur aan trefwoorden. Google's blogger noemt dit labels. Vaak neem ik de titel over en zoek ik labels binnen mijn blog. Zo kunnen bezoekers snel meerdere artikelen verzamelen over hetzelfde onderwerp.

Nu straft Google mij voor mijn zorgvuldige labelwerk. Bij het opslaan van mijn artikel over de ervaringen bij Mycom in Almere, vertelde Google's blogger mij dat ik het bericht niet mocht opslaan. Nader onderzoek wees uit dat ik teveel labels had. 'Je mag er maximaal 2.000 in je blog hebben en maximaal 10 per bericht'. Ik haalde een tiental labels weg. Het baatte niet, de melding bleef in mijn scherm staan.

Labels zorgen voor veel traffic naar de website. Ze versterken de zoekwoorden die mensen in Google intikken. Dat levert soms verrassend resultaat op. Tik je bijvoorbeeld 'abdeikerk echternach' in dan kom je op mijn blog uit. Dat is vooral te danken aan de labels die ik eraan gehangen heb.

Een vluchtig onderzoek leerde mij dat mijn blog momenteel 2.272 labels bevat, verdeeld over 796 artikelen . De 2.000 zijn dus al geruime tijd overschreden. Ook zie ik regelmatig artikelen staan die meer dan 10 labels bevatten. Ik vind het vreemd dat Google opeens zo streng optreedt tegen deze labelgroei. Zeker, zorgvuldig beheer van de labels is heel belangrijk, maar enthousiast labelen hoeft toch niet opeens zo bruut te worden afgestrafd?

04 oktober 2009

Aalscholvers

Hij dreef op de golven, liet zich omhoog hijsen en dook op het hoogste punt het water in. De donkere luchten dreven mijn kant op vanuit het IJmeer. Achter de dijk zag ik dat de regen viel in het centrum van Almere Stad, om de hoge kantoortoren in aanbouw heen.

Ik tuurde over de golven en speurde naar de aalscholver. Hij kwam niet meer omhoog. De golven klotsten over hem heen en sloegen in druppels uiteen op het moment dat ze basaltblokken raakten. Ik holde verder in de gedachte dat het dier daar ergens onder water op jacht was naar het één of ander.

Ik was al bijna de hoek van de dijk om toen hij opeens opdook. Er glom iets in zijn bek, het spartelde met nog maar één kant naar buiten. Het laatste stukje hapte zijn snavel zo snel naar binnen dat ik niet kon zien of het de kop of de staart van de vis was.

Daar worden die vissers zo boos om. Volgens hen vissen de aalscholvers het IJsselmeer leeg. Ze vergeten dat deze vogels geen supersonische navigatie hebben om de vissenscholen te bepalen. Zij duiken het water in om eerlijk een visje op te happen.

Wat verderop zag ik een andere aalscholver het water induiken. Hij bleef lang weg en kwam zonder prooi omhoog. Het gaat dus ook weleens mis. Ze verzamelden zich wat later en een formatie in de vorm van een V vloog over het IJsselmeer van mij weg. Op weg naar warmere oorden.

03 oktober 2009

Opnemen

Het opschonen van de harde schijf van onze dvd-recorder levert veel confrontaties op met de tijdelijkheid van media. De tijd maakt van de prioriteiten van weleer overbodigheden en balast. Waarom hebben we dat opgenomen? Eindeloze reeksen Pauw en Witteman omdat in de weken ervoor iets interessants was. Een serie waarvan we de eerste aflevering al niks aan vonden, maar waarvan de instellingen niet gewijzigd zijn.

Al die ruimte om te bewaren zorgt ervoor dat je niks ziet, maar alles bewaart. Het kan interessant zijn voor de toekomst. Misschien, later. Als ik niks te doen heb. dan kunnen we nog naar die film kijken. Er is altijd wat te doen en als je een keer niks te doen hebt, wil je niet naar die film kijken.

Zo ben je lekker bezig met het vergaren, verzamelen en bewaren van dingen. Een nuttige activiteit. Er is nu weer ruimte iets nieuws op te nemen. Dat je nooit kijkt, maar wel hebt.

02 oktober 2009

Trust me

In de computerwinkel vanmiddag voor een webcam. Er stonden heel veel van die dingen in het schap, hoofdzakelijk van de merken Trust en Logitech. De prijs van de Trust lag beduidend lager dan de Logitech.

Ik vroeg de verkoper wat het verschil was tussen de twee. 'Van de Logitech kun je meer op aan', zei hij. Daar wilde ik wel opheldering over. 'Dat je er langer mee doet en dat hij betrouwbaarder is. Je hebt er minder storingen mee.'

'Wat bedoel je ermee, stoort die ander dan?' 'Ja, er is een kans op. En met die doe je minder lang', hij wees naar de Trust die blijkbaar niet zo betrouwbaar zou zijn als de naam deed geloven. 'Dus die is onbetrouwbaar en je doet er minder lang mee.' 'Sommige mensen gaan er nogal wild mee om', meende hij. 'En als ik er nu voorzichtig mee ben?' Ik voelde boosheid opwellen. Hij rekende mij tot een groep mensen die niet zuinig is op zijn spullen.

'Ach, doe die Logitech maar', zei ik snel en wees naar de middenklasser in de prijs. Met geluid. Ik overhandigde het geld en ging maar snel weg. Advies zoeken kon ik beter ergens anders.