31 juli 2017

Klik-klak heupjes - Saartjes hernia (3)

Inge neemt de woensdag weer contact op met drs. Dorit Aharon. We kunnen de donderdag ergens anders terecht: in Huizen bij dierenkliniek De Haardstede. Hier werkt een dierenarts die begin jaar haar diploma orthomanuele dierengeneeskunde heeft gehaald bij drs. Dorit Aharon. Klinkt als een goed alternatief. Omdat Saartje nog steeds niet heeft geplast, maakt Inge een afspraak met de dierenarts in Almere om te horen hoe je de blaas kunt legen door massage.

De afspraak is nog niet gemaakt of Saartje plast. Wat later nog een keer een grote plas in de bench en als ik ’s middags even een uurtje thuis ben, nog een keer in de tuin. Geen verlamming van onderen dus. Daarom belt Inge de dierenarts in Almere maar af. Er is verder geen aanvullend onderzoek of een prik nodig. Ook volgens de dierenarts niet. We gaan immers de volgende dag naar Huizen.

Donderdag gaat het weer een stukje beter en Saartje probeert ook onder de volgende afspraak te komen. Ze weet namelijk ’s middags weer een paar stapjes te zetten op haar achterpootjes. Nog wat later wandelt ze door de achtertuin alsof er niks aan de hand is. Het gaat alleen wel heel wankelend. De achterpoten zwalken alle kanten op.

Daarom gaan we wel naar de dierenarts in Huizen. We kunnen terecht bij Dr Frederique Bavelaar. Ze laat Saartje een rondje om de behandeltafel lopen voor de analyse. Ze zwalkt nog altijd. Daarna is de behandeling op de behandeltafel. Ze loopt de ruggenwervels na, en duwt ze in de goede vorm. En daarna de boodschap: 2 weken volledige benchrust en daarna kijken we verder. Nog een leuke ontdekking: Saartje heeft ‘klik-klak’-heupjes. Iets om in de gaten te houden. Blijven de achterpoten lekker in conditie, dan is er niks aan de hand.

De eerste vooruitzichten zijn positief. Het zou weleens helemaal goed kunnen komen met Saar. Al blijft het wel een teckel. Ze heeft regelmatig kuren. Dan drinkt ze niet en wil ze niet plassen in de tuin. Terwijl het zo belangrijk is om ontstekingen te voorkomen. Maar ja, het is en blijft een teckel. Dat hebben we ook gehoord bij de dierenarts in Huizen. We kunnen er nog om lachen en hopelijk blijven we er lang om lachen. Om onze eigenwijze teckel Saartje.

Lees verder: Benchrust

30 juli 2017

Orthomanuele dierenarts - Saartjes hernia (2)

We zijn het niet gewend. Met onze hondjes is er eigenlijk nooit iets. Nu ligt er eentje gevloerd en komt ze niet meer vooruit. We maken ons zorgen. Het is net 8 uur geweest en Inge gaat op onderzoek uit. Dé autoriteit als het om teckels en hernia’s gaat, is drs. Dorit Aharon uit Noorden. Zij is orthomanuele dierenarts en weet alles van ruggen, wervels en gewrichten. Ze heeft een methode ontwikkeld om hernia’s bij dieren succesvol te verhelpen. Zonder opereren.

Het nadeel van zo’n autoriteit is dat er bij zulke artsen altijd een wachtlijst is. Iets na 9 uur belt Inge haar op. We horen dat we pas over een week terecht kunnen op dinsdag. We komen op de wachtlijst. Mocht er eerder een plekje vrij zijn, dan kunnen we eerder terecht. Zo zitten we extra in spanning. Mogelijk valt de schade mee. Poepen is gelukt, het wachten is op de plas.

Ik vertrek naar Oosterhout. Inge heeft gelukkig vakantie en is zodoende bij Saartje. Geluk bij een ongeluk. Al kom je dan niet echt aan uitrusten toe. Het probleem: Saartje wil niet plassen. Bovendien willen ze woensdag heel graag naar de tentoonstelling van Harry Potter in Utrecht. Wat moeten ze?

Een bijzondere dag. Hij glijdt voorbij. ’s Avonds weinig verbetering. Op Facebook is een discussie losgebarsten. Onmiddellijk naar de dierenarts met de hond. Heb je geen vervoer? Neem een taxi. Wat maken die paar tientjes uit op de totale kosten. Het lijkt wel alsof geld dan meer iets uitmaakt. Als je hond ziek is, moet je rennen, hollen en vliegen.

Natuurlijk zijn we bezorgd. Zeker ook omdat ze de hele dag niet geplast heeft. Zou ze toch meer verlamd zijn dan we dachten? De zwaarste gradatie van de hernia. Ze drinkt ook niet. Eten gaat zoals altijd, maar het broodnodige vocht, dat neemt ze niet. Nog even de nacht afwachten. We hopen maar het beste.

Lees verder: Klik-klak heupjes

29 juli 2017

Saartjes hernia

Teckels en hernia’s. We hebben er nooit mee te maken gekregen. Tot dinsdag.

Het is dinsdagochtend. Een drukke dag wordt het vandaag. Snel de honden uitlaten, brood klaarmaken en de boel opstarten. Over een paar uur word ik in Oosterhout verwacht. Ik kom in het halletje. De honden krabbelen al tegen de bench. Ze slapen ’s nachts altijd in de bench. Schoenen aan. Dan doe ik het poortje open.

Teuntje stormt naar buiten, maar Saartje blijft enthousiast in de ingang staan. Ze komt er niet uit. Ik ga wat beter bekijken. Teun bemoeit zich er ook mee. Ik weet niet wat er aan de hand is, trek haar eruit en dan zie ik het. Haar hele achterlijf blijft op de grond liggen. Alleen op de voorpoten kan ze staan. Ze is verlamd van achteren.

Ik schrik me rot. Ga naar de trap en roep Inge. Ze is al wakker, ging nog wat liggen lezen in bed. Ze snelt naar beneden. Wat is er aan de hand! ‘Ja, hernia’, zegt ze bijna droog. Alles ligt helemaal stil. Wat moeten we doen? We weten even allebei geen raad. Eerst maar Teun uitlaten, dan probeert Inge om Saartje even in de tuin te laten plassen.

Als ik Teun vastmaak aan de riem, wil Saartje ook mee. Nee, dat gaat niet. Gewoontedieren. Ik vlieg naar buiten met Teun. Ook zij moet wennen aan de veranderde situatie. Ze trekt beduidend minder dan wanneer ik de 2 honden samen uitlaat. Ze is het niet gewend.

Bij terugkomst is er geen verbetering. Saartje moet maar in de bench gaan liggen. Ik til haar voorzichtig op. Ze moet poepen. Die gaat er vlak naast de bench uit, waarna ik haar in de kamerbench leg. Zo kan ze rustig liggen. Wat nu? We overleggen. Wat te doen bij een hernia. Als het een hernia is. Het kan ook iets ergers zijn.

Lees verder: Orthomanuele dierenarts

28 juli 2017

Rode donders - #fietsvakantie

We beginnen het zat te worden. De sluis zijn we overgestoken, onderaan de Knardijk. De lange rit over de dijk is indrukwekkend geweest. We kennen grote gedeeltes, maar nu hebben we hem helemaal afgereden.

Het laatste stukje: onder de Oostvaardersplassen door. De wilgenbossen hebben nog steeds iets van die Mangrovebossen die we een jaar eerder hier aantroffen na de zomerstorm. Nog een klein stuk. We pauzeren heel kort en zetten de voeten weer op de trappers.

Het wordt al aardig laat. Wat wel mooi is van de laatste etappe naar huis is dat je thuis je tent niet meer hoeft op te zetten. Je komt aan, pakt uit, maar kan daarna ook heerlijk op de bank neerploffen.

De lucht begint wel wat donkerder te worden. Het is hier mooi groen. Aan een kant van het fietspad staat een hoog hek waar we blijkbaar alleen maar doorheen mogen kijken. Al zie je meer als je erover heen kijkt. We hebben er aardig de sokken in.

Aan omrijden hebben we wat minder behoefte. We fietsen over de brede weg naar Almere. Geen gedoe om door het bos te fietsen over de kronkelige weg. Maar gewoon evenwijdig aan het kanaal, de vaart die dwars door Almere en Flevoland gaat.

Als we Almere Buiten in rijden, nemen we even pauze. Even op het bankje zitten uitpuffen. We laten ons vallen en genieten van het uitzicht. Onderwijl eten we een krentenbol. De bollen uit Raalte herinneren nog even aan de plaats waar we een dag eerder doorheen reden.

Hoe ver en hoe dichtbij het tegelijk is. Hoe anders het voelt dan wanneer je de afstand per auto aflegt. Op de fiets heb je het idee dat je op eigen kracht reist. Zonder hulp. Jij beïnvloedt je eigen reis.

We rijden langs de Rode Donders. Ik moet daar altijd terugdenken aan onze eerste fietsvakantie. De heenreis waar we over een hoge hobbel reden en waar Doris’ fietstas eraf vloog. Stoppen en de tassen beter verankeren. Blij dat het zo goed afliep. Sinds die tijd maak ik de tas altijd extra vast aan de bagagedrager als ik hem sluit.

De rit langs het spoor valt lastig. Het halve Spoorbaanpad ligt open. Er worden geluidsschermen aangelegd tegen het geluid van de voorbijrijdende treinen. In mijn ogen onzin. Een landend vliegtuig maakt net zoveel geluid als een voorbijrijdende trein. Het is een algemene hetze tegen de geluiden waar mensen niks mee hebben. De trein is er 1 van.

25 juli 2017

Orgelspelen in Noordwijk

Afgelopen zondag mocht ik het orgel spelen van de Buurtkerk in Noordwijk. Op zondagmiddag is de kerk in de zomermaanden open voor langslopende toeristen. Ze kunnen even rustig zitten en luisteren naar de muziek. Een momentje mediteren of een kaarsje opsteken.

Ik speelde enkele werken van Sweelinck, Pachelbel en Bach op het orgel van Sanders uit 1951. Het is een mooi instrument. Vooral de fluiten en de Quintadeen klinken heel spannend. Het zou mij niet verbazen als hier nog pijpwerk uit het oorspronkelijke orgel van Van Petegem zit.

Ik mocht 2 uur met muziek vullen en heb alle tijd die ik kreeg, benut. Geen seconde zonder muziek dus. Veel gevarieerde werken waarbij ik klassieke muziek afwisselde met modernere werken van Bert Matter (psalm 23 en psalm 139) en improvisaties. Ik heb echt genoten.

De Roerfluit van het bovenwerk weet heel mooie gevoelens op te roepen. Heel integer. Net als de Quintadeen, met een subtiele klank. Ik ben er gek op en heb hem volgens mij overdadig gebruikt vandaag. De combinatie met de Prestant is wat minder, besef ik achteraf.

Een feest om op dit instrument te mogen spelen. Misschien denk je er niet meteen aan, maar ik heb genoten. Ik hoop dat ik er deze zomer nog een keertje terecht kan.

De mooiste toegift is natuurlijk dat Doris ’s avonds het jeugdjournaal heeft gehaald met haar duik in de zee.

24 juli 2017

Ontsnapt - Merelkroost (2)

Op de gok hijs ik het diertje in de richting van het nest, open met mijn vingers het groen en laat het daar ergens vallen. Het jonge vogeltje dwarrelt weer naar beneden, half fladderend. Dat is niet de bedoeling.

Ik zoek het diertje weer, het zit ergens in de buxushaag. Weer geritsel. Het beestje belandt op het voetpad en ik kan het weer opscheppen. Ik geef het aan Inge en ga een krukje halen om er beter bij te kunnen. Het vogeltje laat een poepje in Inges hand vallen.

Ik klim op het krukje en neem het diertje weer over. Daar zit het nest duidelijk. Ik kan er nu goed bij. Het vogeltje breng ik naar de voorheen veilige plek. Er zit nog een jong. Ik kan niet zien of het dier nog leeft of dat de kat deze heeft vermoord. Bah, wat zijn katten toch een rotbeesten. Ze vermoorden mijn vrienden.

Daar laat ik ze achter. Het wordt donker. Gaan ze de nacht halen. De gillende ouders kalmeren, maar ze gaan niet meer naar het nest. Dat is geen goede ontwikkeling. Ik hoor het gekrijs van de ouders nog in mijn oren tuten.

De volgende morgen bij het wandelen met de honden staan de oudermerels druk aan het rondvliegen. In de bek hebben ze wormpjes vast. Zou het toch lukken? Ik zie ze niet naar het nest vliegen. Ze zoeken wel. Met zachte kluukjes roepen ze naar hun kroost. Geen beweging.

Ik moet weer weg. Als er ’s avonds weer een kat zit te loeren naar het nest, ben ik onverbiddelijk. Ik gooi een flinke plens water in de richting van het beest. Eigen schuld, dikke bult. Maar geen bedrijvigheid meer rond het nest. Toch meen ik duidelijk te horen dat ze het jong roepen. Zou het toch de nacht gehaald hebben?

Als ik de volgende avond kijk uit het slaapkamerraam, zie duidelijk het nest liggen in het groen. Zonder jongen. Zouden ze het gehaald hebben? Ik heb geen idee. Al hoor ik vandaag wel heel vaak ekster, kauwtjes en gillende merels. Zou het jonge vogeltje de volgende levensgevaarlijke levensfase zijn ingegaan?

Op onderzoek naar het nest, vind ik er nog een ei in. Het nest verlaten, het ei is niet uitgekomen. Ik verbaas mij over de bouwkunst van de merels om zo’n mooi nest op te bouwen. Spijtig dat ze verdwenen zijn.

23 juli 2017

Merelkroost

Heerlijk luisteren naar muziek op een zomeravond. Ik hoor van alles er doorheen tetteren buiten, maar kijk niet. De muzikale beweging telt. Ik geniet en laat me niet afleiden.

Pas laat dringt tot me door wat er eigenlijk gebeurt. De merels voor het huis vliegen gillend rond. Dan valt er opeens een kat uit de klimop naast het huis. Het gegil verergert. Geen houden meer aan.

Ik gooi mijn koptelefoon af en ren naar de voordeur. Als ik buiten sta, zie ik een jonge merel over het pad fladderen. Het diertje poogt op te stijgen, maar voor het goed en wel in beweging is, trekt de grond aan hem.

Wat moet ik doen? Ik roep Inge erbij. Het diertje zit in de bosjes voor het huis. Ik trek aan een tak en het jonge vogeltje schiet alweer weg. Fladderend zonder op te stijgen vindt het een plekje op het fietspad.

Fietsen rijden om het zielige hoopje merel. Het diertje zit helemaal stil op het asfalt. Inge is er nu ook. ‘Pak hem maar op’, zegt ze. Ik durf het niet. ‘Je kunt hem gewoon opscheppen.’ Dan glijden mijn handen onder en over het vogeltje en scheppen het omhoog.

Het snaveltje opent zich in de veronderstelling dat het iets te eten krijgt. Ik heb niks. ‘Nu moeten we het terugstoppen in het nest.’ Ik ga terug naar de klimop. Waar zit in vredesnaam dat nest. Ik kijk door het groen en zie iets zitten. Hoog en net binnen mijn bereik. Of zit het toch iets verder weg?

Lees morgen het vervolg: Ontsnapt

21 juli 2017

Knardijk - #fietsvakantie

Zoals ik 2 jaar geleden al schreef: wil je Flevoland voelen, ruiken en proeven, fiets dan over de Knardijk. De binnendijk gaat dwars door de jongste provincie heen van Zuid naar Noord.

Kaarsrecht is hij. De afwisseling zit hem in de beleving. Je fietst het mooiste bovenop de dijk, maar gelukkig mag je soms ook aan 1 kant fietsen. Bos en weiland wisselen elkaar af. Soms doorkruist een weg de dijk.

Zo fietsen we door een gloednieuw tunneltje dat onder de weg naar Zeewolde gaat. In de verte zie je het industrieterrein van Zeewolde al liggen. De rest van het dorp blijft je bespaard.

De schapen zorgen voor de afwisseling. Het Knarbos met het fraaie binnenhaventje – tenminste het oogt zo – waar nu een mooie boomgaard is. Verderop de bossen en andere natuurgebieden. Zorgvuldig gepland en geplant. De ruimte is enorm. En jij daar bovenop. Op die Knardijk.

Het zicht van het kunstwerk dat je ook vanaf de doorsnijdende A6 ziet. Het is de volstrekte rust. De oogstende machines en vooral het zien van de roofvogels, jagend en de andere natuur op dit nieuwe land.

Zelfs al hebben we er vaker gefietst, de Knardijk zorgt altijd voor een nieuwe beleving, een nieuw loflied en een nieuwe blog.

18 juli 2017

Improvisaties van Bert Matter

De cd ‘Bert Matter improviseert’ die voor Bert Matters 80e verjaardag is verschenen, bevat een flink aantal toppers. Dat geldt bijvoorbeeld voor de improvisatie in Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk in Dordrecht. De opening met de ronde prestanten van Kam. Het motief zet de hele improvisatie prachtig door. Op geen manier te vergelijken met de improvisatie uit 1996 op de eerste cd van het orgel in Zutphen na restauratie waar hij op hetzelfde lied improviseert.

Op de nieuwe improvisatiecd heeft het protestantse Marialied een heel andere lading. De 2-stemmige opening is eenvoudig en tegelijk monumentaal, zoals alleen Bert Matter kan. Als het pedaal inzet, treedt de beweging in het stuk. Het stuk mondt zo uit in een heuse lofzang, de Lofzang van Maria. Het Dordtse orgel wordt hierbij ten volle benut. Vervolgens eindigt het weer in de verstilde sfeer waarmee het begon.

Vrouwenstemmen

De vorm waarbij Bert Matter met 5 vrouwenstemmen improviseert, heeft hij vaker beproefd. Voor televisie speelde hij in de jaren ’80 een improvisatie op ‘O Geest, die onze Trooster zijt’, LvdK 310, vers 3. Hij doet dit op het orgel in Zwolle. Op de nieuwe improvisatiecd geeft hij een improvisatie op exact hetzelfde lied. Ik vreesde een kopie van de prachtige impressie die hij op televisie toont.

Die vrees is onterecht. Hij speelt op het König-orgel in Nijmegen een overtuigende variant, waarbij voor het einde heel mooi verstild is als het orgel stopt en de vrouwen doorzingen. Het geeft iets van de ruimtelijke werking mee van deze manier om te improviseren. Wat een overweldigende improvisatie is dat.

Psalm 121

Dat geldt ook zeker voor de improvisatie op psalm 121. Ik was erbij, het was een concert samen met Albert de Klerk. Volgens mij het laatste openbare concert van de Haarlemse organist. Hij stierf niet veel later. De improvisaties van Bert Matter waren die avond in september minstens zo overtuigend.

Dat gold ook voor psalm 121 die de cd heeft gehaald. Hij weet hierin een koraalbegeleiding zo in zijn improvisatie in te bedden, dat het er helemaal onderdeel van wordt. De improvisatie is een avontuur waarin je wordt meegenomen bij het luisteren. Voor mij met de Lofzang van Maria en de minimal improvisatie in Nijmegen een absoluut hoogtepunt van de cd.

Noord-Duitse koraalfantasie

De afsluitende improvisatie van de cd, een klassiekere variant in de stijl van een Noord-Duitse koraalfantasie, is een waardige afsluiting. Bert Matter is in deze improvisatie niet zo vormvast als bijvoorbeeld Jan Jongepier dat wel was, maar hij geeft de koraalfantasie weer nieuwe dimensies. Daarbij ben ik ook onder de indruk hoe hij het Arnhemse Strumphler-orgel helemaal in een Noord-Duitse sfeer weet te krijgen.

De echomotieven werkt Bert Matter heel origineel en treffend uit. Daarbij speelt hij niet alleen met motieven, maar vooral met de spanning. Hij houdt je vast als luisteraar. Een effect dat alleen grote improvisatoren bij je weten op te roepen. Dat haal ik vooral uit lange improvisaties waarbij iemand als Jan Jongepier je ook bij de kladden grijpt. Bert Matter doet dit in deze slotimprovisatie in Arnhem ook.

Prachtige aanwinst

Daarmee is de improvisatiecd een prachtige aanwinst in de cd’s die de laatste jaren verschijnen. Het luisteren naar deze cd maakt je ook weemoedig. De huidige improvisatiepraktijk haalt het niet bij deze improvisator. Het vernieuwde en buiten de voor de hand liggende keuzes spelen. Tijden zijn veranderd. Het historiseren heeft zijn hoogtepunt bereikt. Maar in de lawine aan stijlimprovisaties verlang je naar improvisatoren als Bert Matter en Jan Jongepier.

Van zijn leerlingen zie ik het verstilde en originele vooral terug in Toon Hagen. Hij weet in zijn kerkmuzikale improvisatiepraktijk in Zwolle je ook te raken. Ook hij zoekt voortdurend naar vernieuwing en verliest zichzelf in het zoeken naar perfectie. Iedere keer net ietsje mooier en beter dan de vorige keer. Maar hoe anders weer dan Bert Matter. Niet voor niets wordt zijn werk internationaal heel vaak uitgevoerd, zoals in Den Haag-Loosduinen door Olivier Latry.

Wat van Bert Matters improvisaties rest zijn de opnames waarvan deze cd een prachtig inkijkje geeft en vooral de herinnering. De eerste heerlijk om naar te luisteren en de tweede onvergetelijk…

Bestel de cd voor € 14,95

17 juli 2017

Cd met onbekende improvisaties

Na het horen van Bert Matter bij de presentatie van zijn gerestaureerde orgel in 1996, kreeg ik niet snel genoeg van hem. Het wakkerde mijn bewondering voor hem nog meer aan Verschillende improvisatieconcerten woonde ik bij zoals in Alkmaar en Zutphen. Zo woonde ik in 2000 een heel bijzonder concert in Leiden bij waarbij Vocaal Ensemble Ceramon muziek uit de Moderne devotie zong, afgewisseld door improvisaties van Bert Matter.

In een steeds donkerder wordende Leidse Pieterskerk presenteerde de mystiek zich. Prachtige verstilde improvisaties op de buitengewoon inspirerende liederen. Het gaf de avond iets heel bijzonders. Het Hagerbeerorgel transformeerde van een klassiek Hollands kerkorgel in een modern instrument. De middentoonstemming versterkte het effect alleen maar. Er waren niet zoveel toehoorders. Het gaf de avond iets heel bijzonders. Ik zal het nooit meer vergeten.

Nieuwe cd met improvisaties

Op het verjaardagsfeestje van Bert Matter op 29 april, werd het beloofd: een nieuwe cd met zijn improvisaties van de jaren ’70 tot en met ’90. Ik verwachtte een selectie uit het archief van Jean van Cleef. Het was even wachten tot de cd uitkwam en het bleek om radio-opnames te gaan. Allemaal radio-opnames die ik niet kende van KRO en EO.

En wat voor een improvisaties! Overweldigend. De eerste 3 improvisaties op gregoriaanse liederen zijn voor de restauratie opgenomen, aan het begin van de jaren ’80. De periode dat de minimal net was geïntroduceerd in de orgelmuziek door Jan Welmers.

Oude en doffe klank

De improvisaties laten het instrument heel treffend horen, in de opening de oude en doffe klank van de prestant. Je krijgt het idee dat je een viool hoort spelen. Het klinkt heel authentiek en je beleeft het moment dat de muziek wordt gemaakt. Het gevoel dat je bij iets bijzonders aanwezig bent.

De 2e improvisatie op het Offertorium: ‘Reges Tharis’ krijgt een mooie lading door de springende fluiten en het tongwerk als zangstem. De akkoorden die uiteindelijk in de begeleiding komen te liggen zijn uitermate herkenbaar en vallen helemaal in het Matter-idioom. De laatste noot, waarbij fluit en tongwerk letterlijk tegen elkaar aanschuren is buitengewoon mooi. Een effect dat het uitschakelen van de tremulant creëert.

Dat gevoel heb ik persoonlijk wat minder met de Valerius-liederen. Improvisaties helemaal in de stijl van Bert Matter, maar de liederen spreken mij wat minder aan. Niet dat het niet mooi is om naar te luisteren. Bert Matter weet ook hier zijn Zutphense Baederorgel volledig tot zijn recht te laten komen. Het zijn hier echter de Valerius-liederen die mij een beetje afleiden.

Bestel de cd voor € 14,95

Lees morgen het vervolg van deze cd-bespreking: Improvisaties van Bert Matter

16 juli 2017

Bert Matter, de improvisator

Ik weet nog goed dat ik de eerste compositie van Bert Matter hoorde. Het was bij een radioconcert van Margreet C. de Jong. Ze speelde de Partita over Gezang 148 ‘Wie schön leuchtet der Morgenstern’. Vooral de variatie met de ritmische baslijn en ingetogen uitkomende stem is mij bijgebleven. Ik had nooit zoiets gehoord. Simpel van eenvoud, maar het raakt je.

Ik kende Bert Matter wel. Hij vertolkte de muziek van Bach buitengewoon goed. In de jaren ’80 draaide mijn vader thuis zijn uitvoering van de 18 koralen grijs. 2 casettebandjes opgenomen door Jean van Cleef. Een live opname in de Walburgis lang voor de restauratie. Ik heb ze later overgenomen en op cd gebrand. Na de restauratie voerde Bert Matter ze nog eens uit op het Baderorgel. Baeder was veranderd in Bader en meer dan dat: het instrument had een betoverende en poëtische klank gekregen.

Improvisatiekunstenaar Bert Matter

Later maakte ik kennis met de improvisatiekunst van Bert Matter. Eigenlijk heel laat pas. Ik had in die tijd les van een leerling van Bert Matter, Jan van Laar. Ik reisde heel Nederland door en ging alle kerken langs. Albert de Klerk, Louis Toebosch, Bram Beekman en Leo van Doeselaar. Ik miste de Zutphense organist omdat zijn orgel gerestaureerd werd. Pas bij de ingebruikname in 1996 mocht ik bij de officiële overdracht van het orgel op vrijdagmiddag zijn.

Daar demonstreerde Bert Matter zijn orgel aan de hand van psalm 116. Een mix van klassieke met moderne improvisatie. Zoals hij de Prestant 16 voet van het pedaal demonstreerde in een 2-stemmige improvisatie. Ik vergeet het niet snel meer. De kalmte van zijn spel en vooral de afwisseling in alle variaties. Elke variatie een nieuwe belevenis. En wat voor een orgel natuurlijk! ’s Avonds maakte ik kennis met zijn begeleidingskunst. Ik kwam thuis met cassettebandjes met zijn improvisaties en psalmbegeleiding. Wat raakte ik geïnspireerd.

Middeleeuwse gezangen

In die periode kocht ik elke nieuwe cd die er in die tijd van zijn orgel verscheen. De 18 koralen van Bach verschenen op een prachtige dubbelcd, maar ook cd’s met zijn improvisaties op Gregoriaanse liederen en middeleeuwse gezangen uit de IJsselstreek. De laatste overigens opgenomen op zijn orgel kort voor de restauratie. Het is de laatste cd van het orgel voor de restauratie.

Dat geldt niet voor zijn improvisaties op liederen van Hildegard von Bingen. Wat een inspirerende gezangen zijn dat. De improvisaties van Bert Matter zijn dat minstens ook zo. De improvisaties op de psalmencd zijn overweldigend. Psalm 100 en psalm 2. Zo mooi heb ik ze nooit gehoord. De begeleiding van psalm 23 is eveneens de indrukwekkendste die ik ken. Hoe de prestant donker en mystiek boven de zingende gemeente zweeft.

Lees morgen mijn vervolgbijdrage over de nieuwe cd van Bert Matter die onlangs verschenen is: Cd met onbekende improvisaties

15 juli 2017

Welke boeken mee op vakantie? - #50books

Nee, ik ga nog niet met vakantie. Het grootste deel van de vakantie blijf ik ook thuis, dus het is maar de vraag welke boeken ik meeneem als het zover is. Waarschijnlijk wordt het fietsen rond het IJsselmeer. Ik werk nog een paar weken, dus ik heb geen idee waar ik zit in de stapel nog te lezen boeken.

Soms krijg ik van een uitgever een mooi boek toegestuurd. Deze week dubbel geluk. Ik heb Umami van Laia Jufresa op mijn plankje staan. En van Bill Bryson het reisboek waar vorig jaar iedereen over sprak: De weg naar Little Dribbling, Een reis door Groot-Brittannië.

Dat zijn boeken die ik over 2 weken misschien al uit heb. Als ze nog niet gelezen zijn, dan gaan ze zeker mee. De kans dat het Bill Bryson wordt, is wel heel erg groot. Maar anders, dan wordt het een ander boek. Mijn dwarsligger van de Goddelijke komedie in elk geval. Het is bijna een bijbel voor mij aan het worden. Ik ga er in slakkentempo doorheen.

En verder spookt de laatste tijd het idee door mijn hoofd om weer eens ‘de broers’ van Dostojevski te gaan proberen. Maar de kans is ook groot dat het gewoon een lekkere klassieker wordt. Op mijn lijstje om te lezen, staat ook een pil van Umberto Eco, De slinger van Foucault. Wie weet. Je zult er hier in elk geval meer over lezen…

#50books

De leesvraag #50books is een initiatief van Peter in 2013. Martha nam het in 2014 over en in 2015 ging Peter zelf weer verder. In 2016 nam ik de honneurs waar. Dit jaar neemt Martha het weer over. Vanaf de eerste vraag doe ik regelmatig mee. Naar overzicht van alle vragen.

14 juli 2017

Biezenburcht - #fietsvakantie

Als je zoveel indrukwekkends gezien hebt bij de zandverstuiving, dan valt de rit langs Harderwijk tegen. Het begint bij de brug over de A28. Het verkeer raast onder je door. Het vraagt een aardige klim. Bij het afdalen moet je weer heel snel remmen omdat je moet oversteken.

Dan de tunnel door op weg naar Flevoland. Het laatste deel van de reis, maar wel bijna de helft van het totaal aantal kilometers dat we afleggen. Ook niet het mooiste stukje Harderwijk. Je kunt je dan niet voorstellen hoe indrukwekkend deze stad was voor bezoekers varend vanaf de Zuiderzee.

Komend vanaf de dijk naderen we het Fort, de Biezenburcht. Het ligt op de grens van de Knardijk en de Zeewolderdijk aan. De Knardijk maakt hier de buiging en wordt een binnendijk.

Tot Zuidelijk Flevoland erbij kwam in 1968 was de Knardijk helemaal een buitendijk. Tegen de dijk aan ligt het natuurgebied Harderbroek. Hier vliegen eindeloos veel meeuwen en visdieven. De laatste is bijna niet te onderscheiden van de meeuw, alleen aan de ranke vleugels zie ik het verschil met de kokmeeuw.

Hier is het uitzicht heel mooi. Je kijkt zo in de richting van Harderwijk zoals de schippers eeuwenlang de stad zagen liggen vanaf de binnenzee. Nu rijden de auto’s je in hoge snelheid tegemoet vanaf de dijk. Het blijft een vreemd idee.

We kijken nog een keer naar beneden waar de snackbar gehuisvest is, eten aan de kant van de Knardijk nog een krentenbol en gaan dan over de mooiste dijk van Flevoland omhoog naar de Oostvaardersplassen.

Fietsvakantie 2016

In augustus 2016 maakten Doris en ik een mooie fietstocht door Nederland met als bestemming: Twente. Elke week op vrijdag schrijf ik een stukje over deze bijzondere fietsrit.

11 juli 2017

De wegen van de wereld

Dit reisboek staat aan de wieg van het moderne reisverhaal. Dat verklapt de achterflap van Nicolas Bouviers reisboek De wegen van de wereld.

10 juli 2017

De benen van Petrovski

De schrijfster Lisa Weeda bezoekt in De benen van Petrovski het land van haar grootmoeder: Oekraïne.

Ze kent het land uit de verhalen van haar grootmoeder en gaat de plekken uit de verhalen langs. Hier hoort ze meer over haar oma en maakt kennis met een land waar een groot deel van haar familie woont.

Ze doorloopt het land als ze het paleis bezoekt. Ze wordt rondgeleid door Vova. Elke ruimte staat symbool voor een deel van dit bijzondere land in Europa. Tegelijkertijd ontdekt ze het verdriet van dit land. Het verlies van de Krim aan Rusland is niet het enige.

De reis door het verlaten paleis vormt een mooie leidraad door het boek. De verhalen van haar familie, die ze ook kent via haar oma, maar nu van de andere kant. De grote armoede die er heerst en het gewapende conflict waaronder het land lijdt.

De verhalen van vluchtelingen verdreven uit Loegansk en Donetsk. Zoals George en Julia:

‘Met leningen van onze ouders hadden we een appartement gekocht dichtbij het centrum van Donetsk. Helemaal ingericht als een huis uit Skandinavië. Licht en open, maar toen de granaten zo’n tweehonderd meter van onze flat begonnen in te slaan, besloten we toch te vertrekken.’ (65)

Alleen de magnetron hebben ze meegenomen. Nu hoopt het jonge stel op een goede opleiding en baan waarmee ze later overal naartoe kunnen reizen. Als de ik-verteller aan haar tante vraagt of ze nog eens mag langskomen in Stanitsa Loegansk, krijgt ze als antwoord: ‘nu niet’.

Alles is kapotgeschoten, de gaten in de muren van het huis zouden de ik-verteller verontrusten. Daarmee heeft Lisa Weeda met De benen van Petrovski een boek geschreven dat het verdrietige verhaal van de Oekraïne vertelt. Verdrietig, met een heel beperkte hoop voor de toekomst.

Lisa Weeda: De benen van Petrovski. Nijmegen: De wintertuin, 2016. ISBN: 978-90-79571-41-3. Prijs: € 10. 70 pagina’s.Bestel

09 juli 2017

Ian McEwans Amsterdam

Een titel die wel aanspreekt: Amsterdam. Een roman de naam van de Nederlandse hoofdstad geven. Dat is lef hebben.

Dat het een Engelstalige roman is, maakt het alleen maar mooier. Net als dat bijvoorbeeld Pieter Steinz het boek van McEwan aanprijzen en de link legt met onze hoofdstad.

Dat terwijl de stad maar een marginale rol speelt in de roman. Het verhaal opent mooi in het crematorium bij de uitvaart van Molly. Het is de gezamenlijke liefde van de 2 mannen die een rol spelen in dit boek. Ze delen de liefde voor Molly en zijn daarmee trouw aan elkaar.

Die trouw wordt ernstig op de proef gesteld als Vernon Halliday een ontdekking doet en daarmee hun oude vriendin verraadt. Hij ontdekt pikante foto’s van politicus Garmony. Niet helemaal fair en de componist Clive Liney is het er absoluut mee oneens. Hij wil niet over de rug van de overleden Molly iets doen om er zelf beter van te worden.

Het is de grote druk van de Engelse krant waarvoor Vernon Halliday zwicht. Hij heeft nieuws, maar uiteindelijk heeft hij er vooral zichzelf mee en hij stelt er een vriendschap mee op de proef. Ze denken er allebei anders over en Vernon weet zijn vriend Clive niet te overtuigen. Wat voor een bezwaar heeft hij nou echt?

Wellicht was zijn vraag retorisch. Clive deed een paar stappen naar zijn vriend toe en gaf antwoord. ‘Vanwege Molly. Wij mogen Garmony niet, maar zij mocht hem wel. Hij vertrouwde haar en zij heeft zijn vertrouwen geëerbiedigd. Het was iets persoonlijks tussen hen. Dit zijn haar foto’s, die hebben niet te maken met mij of jou of jouw lezers. Ze had het vreselijk gevonden wat je doet. Eerlijk gezegd verraad je haar.’ (89)

Toch is het verhaal er niet mee afgelopen. Het draait uiteindelijk uit op de verbintenis die de 2 mannen kort na de crematie van hun vriendin sluiten. Het blijkt meer te zijn dan zomaar een afspraak. Heel mooi verweeft de verteller dit gegeven in het verhaal. Ik het ervan genoten. En dan zit er toch meer Amsterdam in dan je aan het begin vermoedt.

Ian McEwan: Amsterdam. Roman. Vertaald door Rien Verhoef. Amsterdam: De Harmonie, [1998]. ISBN: 90 417 0202 4. 204 pagina’s. Rainbow pocketboeken. Niet meer verkrijgbaar.

08 juli 2017

Stad van goud

Ze is gemaakt in de nacht dat de muur viel. De hoofdpersoon Claire in Tjeerd Posthuma’s roman Stad van goud woont in een Vinexwijk. Alles is er goed geregeld. De boompjes zijn mooi afgeknot, in het onderste gedeelte van de stam groeien geen takken. Het staat volgens Claire symbool voor het alles tot in de puntjes geregeld willen hebben. Of er in die wijken ook ruimte is voor geluk, lijkt niemand te willen weten.

Claire draagt een geheim bij zich. Ze vertelt het verhaal vanaf het moment dat het gezin in de nieuwbouwwijk trekt. Eigenlijk al vanaf de geboorte van Claire. Ze weet niet beter, maar ze heeft zichtbaar last van al het nieuwe. De snelweg, de leegte en het zand. Het probleem: het wil niet beklijven, het vernieuwt voortdurend. Eenzelfde stroom die je in de roman terugleest in de stijl. En overal: zand. Zand dat niet blijft liggen, maar steeds verwaait.

Elke keer als een van ons thuis kwam trokken we een spoor van zand door het huis. Kwam dat niet ook gewoon naar binnen waaien? Nee. Zeker kwam dat niet gewoon naar binnen waaaien. Nieuwbouw, hè, mijn vader zei altijd dat zij daar in de stad maar in die scheve, tochtige, gehorige monumenten moesten gaan wonen waar je geen schroef in mag draaien, dan namen wij wel dit huis dat recht staat, goedkoop is in het onderhoud en luchtdicht. Wij hadden geen tochtkieren. Wij hadden nieuwbouw. (21)

De V&D die aan de rand van de wijk gepland is, wordt gebouwd alsof het een heus bouwpakket van IKEA is. De verteller voert dit gebouw steeds aan. Het blijft namelijk leeg. Het vormt de enige constante in de roman. In het lege pand komt geen winkel. De nabijgelegen Shoping Plaza is gevuld, maar een groot warenhuis komt niet in het lege gebouw dat geen bestemming krijgt.

Het lijkt een beetje op de personages in de roman. Zeker, Claire draagt een geheim met zich mee. Het is het verhaal over haar jongere broertje Orville. Een verhaal van een gezin in een nieuwbouwwijk die uit elkaar groeit. Getemd en gedreven door de drugs. Het geeft niet de rust of de droom, maar brengt onrust en verwarring.

Daarmee is Stad van goud een mooi verhaal over nieuwbouw, toekomstverwachting en de realiteit die anders uitpakt. Veel is te plannen, maar het gedrag van mensen niet. Dat laat Tjeerd Posthuma wel zien in zijn debuutroman. De kijk op de nieuwbouw waarin de voortdurende verandering speelt, net als de speurtocht van de personages in een rusteloze samenleving.

Tjeerd Posthuma: Een stad van goud. Roman. [Amsterdam:] Thomas Rap, 2016. ISBN: 978 94 004 0612 4. Prijs: € 17,99. 192 pagina’s.Bestel

07 juli 2017

Zandverstuiving - #fietsvakantie

Dan ben je de laatste beukenbossen door van de Veluwe. We zien het bordje naar Harderwijk en ik vraag welke weg we zullen nemen. Als we hier afslaan zullen we langs de zandverstuiving fietsen. Het is ietsje om, maar ook heel erg mooi, beloof ik.

Wat een beleving als je uit de bossen de zandverstuiving in fietst. Van de schaduwrijke bomen rij je ineens in de overdadige ruimte. De zachtglooiende heuvels geven het landschap iets geheimzinnigs.

De Sahara in het klein. Voetsporen in de vorm van kuiltjes en ribbeltjes van de wind in het zand. Het fietspad is overwaaid door het zand. We moeten uitkijken in de afdaling en bij het stijgen dreigen we vast te lopen.

Op een zandheuveltje zit een stelletje. Het is een ouder echtpaar. Ze zitten er knus alsof ze net verliefd zijn. En kijken de verte in tegen de rand met naaldbomen. Wij slingeren achter elkaar door het bijzondere landschap. Ik krijg er geen genoeg van.

Als we verderop de kans krijgen om de uitkijktoren te beklimmen, dan doen we dat. Dit is veel te mooi om te laten schieten. Al is toch weer anders als je bovenaan staat. Het gevoel van zojuist toen we er doorheen fietsten, is er niet meer.

Dan te bedenken dat een groot deel van de Veluwe ruim 100 jaar geleden zo’n verstuiving was. In het Nationaal Park verderop is bijvoorbeeld bij Kootwijk ook een deel van de verstuiving nog te zien. Al oogt het zand hier zoveel lichter dan daar. Misschien is het de droogte of het felle licht van de zomer. Het oogt anders, indrukwekkender.

Fietsvakantie 2016

In augustus 2016 maakten Doris en ik een mooie fietstocht door Nederland met als bestemming: Twente. Elke week op vrijdag schrijf ik een stukje over deze bijzondere fietsrit.

04 juli 2017

Liefde voor Portugal

Het opvallendste aspect in de nieuwe roman Een Portugese droom van Marieke Woudstra is de enorme liefde voor Portugal die uit het boek spreekt. Ze weet heel treffende en in lyrische beschrijvingen te vertellen over het land waar ze zo van houdt.

Bijvoorbeeld als hoofdpersoon Marjolein door de straten van Lissabon loopt. Ze weet de stad prachtig te typeren, in combinatie met een stukje weemoed naar de tijd waarin de stad praktisch ongerept was.

Ze gaat op zoek naar het appartement dat ze een jaar huurde. Alles is nog hetzelfde: zelfs de papegaai op de vensterbank van de buren zit er nog.

Vijftig meter verderop gaan we zitten in het cafeetje waar ik vroeger vaak koffie dronk en een broodje nam, een sandes, met kaas en zoute boter.
Het zaakje is nog niets veranderd. De eigenaar staat in de deuropening om te zien wat er op straat gebeurt. Hij zet flesjes Água das Pedras voor ons neer en zijn vrouw smeert broodjes kaas die ze via een doorgeefluik vanuit de keuken op de bar zet. (232)

Dan draait de eigenaar zich plotseling om naar Marjolein. Zijn vrouw heeft haar herkent en samen halen ze herinneringen op. Ook in Lissabon is de moderne mens aan de overwinnende, overwoekerende kant. Alles verandert. Bart heeft snel genoeg van, zodat de lezer veel herinneringen naar dit verleden bespaart blijft.

Het is wel mooi hoe de verteller steeds de lijn van het verhaal weer strak trekt als ze het verhaal even heeft laten vieren. Zoals een vliegeraar aan het touw trekt als de vlieger van richting verandert. Zo trekt de verteller het verhaal weer heel mooi in de juiste richting.

Marieke Woudstra: Een Portugese droom. Amsterdam: Boekerij, 2017. ISBN: 978 90 225 7589 5. Prijs: € 15. 252 pagina’s.Bestel

03 juli 2017

Enthousiasme

De olijvenstrop en de dronken Portugees die aanspraak maakt op hun land, zijn mooie draadjes in de roman Een Portugese droom die de spanning mooi levend houden. Want de rest van het verhaal verloopt best wel gladjes. De 2 dochters hebben leuke mannen aan de haak geslagen en komen helpen met de olijfoogst.

In haar enthousiasme wil dochter Mirthe zelfs blijven. Ook haar vriend ziet er veel heil in.

‘Het lijkt me heerlijk om die stomme etage op te zeggen, die veel te duur is voor ons. Eigenlijk werken we alleen zoveel en zo hard om de huur te kunnen betalen.’
Mirthe klink impulsief maar ook realistisch. Ze besluit met: ‘En dan die heerlijk lange zomers, lekker in de zon liggen.’ (92)

Als Marjolein het een paar dagen later nog eens vraagt, ziet Mirthe het toch niet zitten om hier in de eenzaamheid te gaan wonen. Toch een grote stap van het dure appartement in Amsterdam naar het Portugese platteland. Zo blijft de provincie verstoken van verse aanwinst en veroveren de ouderen het platteland meer en meer.

Marjolein maakt kennis met de vele kruiden die Portugal rijk is en begint een nieuwe lijn voor de vele biologische winkels die Nederland rijp is. Een welkome aanwinst voor de tegenvallende olijvenoogst. Net als dat Marjolein de kans krijgt om een eigen lunchroom in het dorp te beginnen.

Allemaal mogelijkheden die de Nederlandse aangrijpt. Samen met Bart, een gelukkig leven in Portugal. Ik begin het zelf te overwegen. Maar eerst moet ik nog mijn eigen Tiny House uit de grond stampen. Wie weet over een paar jaar. Als ik net zo oud ben als Marjolein en Bart.

Marieke Woudstra: Een Portugese droom. Amsterdam: Boekerij, 2017. ISBN: 978 90 225 7589 5. Prijs: € 15. 252 pagina’s.Bestel

02 juli 2017

Een Portugese droom

Ik heb Marieke Woudstra ontmoet bij de blogevent van uitgeverij Meulenhoff 3 jaar geleden. Dat was vlak voor de uitgave van haar debuutroman Thuis in Portugal. Het was de tijd dat ik kennismaakte met het idee van zelfvoorzienend en hoe je je eigen boontjes zou moeten kunnen doppen.

De roman Thuis in Portugal sprak mij erg aan. Bij het lezen kon ik mij niet losmaken van de vergelijking die ik al maakte in de tuin bij Meulenhoff. Het houdt het midden tussen het televisieprogramma Ik vertrek en een spannende roman over Portugal.

Hoe anders als het werk van iemand als Gerrit Komrij. Net zo bezeten van Portugal, maar meer waarnemend. Komrij weet als geen ander de mensen te typeren en alledaagse situaties tot in het absurde te trekken in de schetsen van zijn dorp Vila Pouca. Bij Marieke Woudstra is het verhaal een echt verhaal, waar zelfs een spannend element in zit.

Draait haar debuut nog vooral om het op gang brengen van een leven in Portugal met hulp van haar nieuwe liefde en haar 2 dochters. In de 2e roman Een Portugese droom voert Marieke Woudstra weer dezelfde personages op: Bart en Marjolein die leven van de opbrengst van hun eigen grond. Ze maken zich helemaal los van de moderne, jachtige manier van leven in Nederland. Ze kiezen voor de rust en de weelde van het platteland.

Ik had genoeg van mijn baan in de zorg, de stress, de drukte van de stad, de kou en de regen. Toen ik mijn nieuwe liefde ontmoette, besloten we al snel samen een totaal ander leven te beginnen. Mijn droom van een duurzaam leven op het Portugese platteland kwam uit. We gingen onze eigen biologische olijfolie maken en hoopten dat we daarvan rond konden komen. (13)

Natuurlijk zit hier een groot deel idealisering in. Ook de verteller in Marieke Woudstra’s roman is zich daarvan bewust. Het verhaal heeft daarom gelukkig wat spannende elementen. De olijvenoogst loopt bijvoorbeeld gevaar als het eerder begint te regenen en de olijfvlieg grip krijgt op de vruchten. Het bezorgt het Nederlandse echtpaar een grote financiële strop. Ook meldt zich een dronken Portugees op hun land. Hij zegt dat de grond van hem is en ze maar moeten bewijzen dat het land van hen is.

Marieke Woudstra: Een Portugese droom. Amsterdam: Boekerij, 2017. ISBN: 978 90 225 7589 5. Prijs: € 15. 252 pagina’s.Bestel

01 juli 2017

Dichter op de IJssel

Mijn gedicht ‘De oversteek’ is opgenomen in de gedichtenbundel Dichter op de IJssel. 26 dichters zingen een loflied in deze bundel over de rivier de IJssel. Het is een dichtbundel die het literaire antwoord is op de IJsselbiënnale 2017 die vorige week is geopend.

Bij de IJsselbiënnale staan in de steden langs de IJssel mooie kunstwerken opgesteld langs de rivier. Ze leggen de verbinding tussen het landschap en de rivier. Het thema is dit jaar klimaatverandering. Daarom is een dichtwedstrijd uitgeschreven waaraan ik heb meegedaan. Het resultaat: mijn gedicht ‘De oversteek’ is opgenomen in de bundel.

De dichtbundel is verkrijgbaar in de lokale boekhandels van de IJsselsteden waar de biënnale gehouden wordt. Daarnaast zal hij zeker ook te koop zijn bij 1 van de poëzievoordrachten de komende maanden.

Meer informatie op: dichteropdeijssel.nl