30 november 2012

Uit de kleren

Kleren hangen in de bosjes bij het Den Uylpark

De herfst heeft de verkleedpartij uit de kleren gehaald. Bladeren hielden eerst de naaktheid van de broek, trui en shirt tegen. Nu hangen de kleren zichtbaar voor iedereen. De kale takken kunnen niks meer verhullen.

Het enige dat zich verhuld is het verhaal achter deze kleren. Ze hangen trefzeker aan de takken en hebben zich netjes verdeeld over de struiken in de bossage. Het moet er al wel een tijdje hangen, verraadt de rafelige kledij.

In de schemering wakkeren de kleren tot figuren. Dan bewegen armen in de mouwen en trilt het lijf in de gewaden. Een mooi gezicht hoe de kleren veranderen in fantomen. De fantasie gaat uit de kleren en rent het bosje uit.

Je zou er bijna een gedicht van maken.

29 november 2012

Deur - #WOT

image
Open deur

De deur staat altijd open, las hij. Dat is een open deur, dacht hij. De deur stond hoogstens op een kier. Dat deed de deur toe. Geen houden meer aan, want voor hem ging geen deur meer open. Daar was het gat van de deur. Hij voelde zich een deur. Niemand vindt het leuk het deurtje te krijgen.

Misschien was het ook zijn fout. Hij klopte niet aan de deur waar hij in wilde. Meestal bleef hij dralen. Elke andere kerel kreeg een voet tussen de deur. Voor hem viel de deur altijd voor zijn neus dicht. Hij vroeg vrienden om raad maar dat was aan een dovemans deur geklopt.

Zo stond hij voor een gesloten deur een dag later. Er staan nog genoeg deuren voor mij open, dacht hij. Hij hoopte op een zilveren hamer om ijzeren deuren te verbreken. Hij kon immers best een deurtje opengooien. Maar het ging zijn deur voorbij.

28 november 2012

Stille roltrap

roltrap

De trein stopt. Deuren gaan open. De reizigers stappen uit het treinstel. IN een mooie rij lopen ze het perron af. De sleur trekt in de richting van de roltrap. Maar de treden rollen niet. Ze houden zich stil. De eerste komt bij de trap, houdt de leuning vast en hoopt dat de trap zich in beweging zet. Het blijft stil.

De tweede komt aanlopen. Pakt vrijwel identiek de rubberen leuning vast. Ze verwacht dat de boel in beweging komt. Maar de trap blijft stokstijf staan. Net als de reizigers. Ze houden in eerste instantie stil bovenaan de trap. Als ze merken dat het geen zin heeft, stappen ze naar beneden.

De treden lijken anders te vallen als je van een stilstaande roltrap naar beneden loopt. Misschien minder hoog. Het voelt heel anders dan een normale trap. Ook verwacht je dat de trap zich ieder moment in beweging zet. Het gebeurt niet. Elke reiziger trekt dezelfde teleurstelling en begint maar zelf te stappen.

27 november 2012

Los nippeltje

image
Losse nippeltje aangedraaid

In het voorjaar kwam er een blikje tussen mijn voorwiel. Het lege blikje klemde tussen mijn voorwiel en het spatbord. En ik stond stil. Mijn fiets is niet de sterkste. Dit was teveel voor hem. Ik vreesde een reparatie, maar wist mijn fiets te redden.

Ik haalde het spatbord los en wrikte het blikje uit de gevangen houding. Ik kreeg de boel weer min of meer vast. De rest van de rit hoopte ik thuis te kunnen komen. Mijn fiets was van slag, maar reed me naar huis. Het gebeurde allemaal midden op de Hollandse brug. Het verkeer raasde langs mij heen.

Ik kwam thuis, maar sindsdien zit om de haverklap het spatbord voor los. Mijn fiets hoeft maar een beetje te trillen, of het spatbord schiet los. De voorlamp schudt dan woest heen en weer. En ik moet weer stoppen om mijn stalen ros weer in het gareel te krijgen.

Het gebeurt altijd midden op een fietstocht. Als je ergens staat op een onmogelijk punt. Wanneer het verkeer langsraast en je geen enkele ruimte hebt om je fiets te repareren. Bovendien heb ik dan nooit het juiste gereedschap bij me. Dan klungel ik wat met mijn handen om het ding vast te krijgen. Tijdens de fietsvakantie heb ik ettelijke malen zo langs de weg gestaan.

Je hoort het al, ik ben niet zo enthousiast over mijn Giant. Het lijkt wel of nieuwe fietsen niet meer robuust en sterk zijn. Ze storten in als je er gewoon op fietst. Volgens de directeur van Giant moet een fiets 15 jaar meegaan. Volgens mij een mensenleven lang. Mijn fiets haalt dat niet. Net 4 jaar oud heb ik al een peperdure reparatie moeten plegen, nadat een spandraad in mijn achterwiel kwam.

Nu heb ik voordat ik ging fietsen snel gereedschap gehaald en het spatbord goed vastgezet. Ik hoopte dat het dit keer mijn fietstochtje ging halen. Ik pakte een paar steeksleutels en draaide de boel muurvast. Zo vast dat het tijdens de rit niet meer lostrilde. Wel hoorde ik allerlei geluiden van schurende onderdelen. Dat betekent niet veel goeds bij mijn fiets, maar dat zal ik binnenkort wel zien.

26 november 2012

Bladblazer (2)

Netjes opgeruimd door de storm

Je mag dan wel proberen de bladeren weg te blazen met een bladblazer, de beste blazer is de wind natuurlijk. De storm van gisteren heeft de bomen ontdaan van de laatste bladeren. Maar de wind liet het niet onder de bomen liggen.

Het pad achter het huis lag bezaaid met bladeren. Overal en nergens lagen ze. De storm heeft de boel weer netjes aan kant gewaaid. Zo is het pad weer helemaal vrij van bladeren. Alleen tegen de schutting ligt het netjes op een hoop. Waarom zou je het zelf opruimen als de natuur het zelf doet?

25 november 2012

Bladeren in bibliotheek Gerrit Komrij

image
Boeken van Gerrit Komrij worden volgende week geveild bij veilinghuis Bubb Kuyper

Volgende week wordt het eerste gedeelte van Komrij’s bibliotheek geveild bij veilinghuis Bubb Kuyper in Haarlem. Deze week waren de kijkdagen. Ik nam een kijkje op de laatste kijkdag. Deels uit nieuwsgierigheid, maar ook omdat ik graag een paar van zijn boeken wilde bekijken.

Het veilinghuis is sinds kort verhuisd naar het Kenaupark. Het is gevestigd in een imposante 19e eeuwse villa. Best een contrast met het vorige pand aan de Jansweg dat uit de 17e eeuw stamde. Het formaat van het nieuwe pand biedt genoeg ruimte om de hoeveelheid boeken bij een veiling kwijt te kunnen.

image
Boeken uit de verzameling van Gerrit Komrij

De boeken van Gerrit Komrij concentreerden zich op de 2 grote kamers op de begane grond. Liefst 1638 kavels zijn er op deze eerste veiling te koop. De catalogus belooft ‘highlights’ en een ‘first selection’. Ik heb hier en daar wat boeken bekeken. Wat een prachtige boekenverzameling had Komrij, concludeerde ik vrijwel meteen.

Een uitgebreide verzameling 19e eeuw, waarbij de typische Komrij-elementen aan bod komen. Veel erotica en scatologie. Tekenaars als Felicien Rops (kavels 1160 en 1161) en titels als Het goed regt van den beerput, met bewijzen verdedigd of Het verhaal van Flatusstein of hoe Liselotje haar eigen toilet bekwam. Veel van de boeken die Komrij citeert in de Kakafonie, Encyclopedie van de stront (2006) stonden gebroederlijk naast elkaar.

image
Zelfs het toilet kreeg Komrij’s ‘logo’

De kakkende heer gold eveneens als herkenningspunt voor de boeken van Komrij. Elk lotnummer had bovenin het vel de heer in drukkende houding staan. Ze gingen zelfs nog verder met het logo. Het toilet kreeg eveneens de afdruk mee. Ik vond het goed passen in het gedachtengoed. Komrij was niet voor niks Buitenlid van de Orde van de Bruine Boon.

Hij had buitengewoon veel aandacht voor dit onderwerp. Niet alleen in zijn essays en poezie, maar ook in zijn bibliotheek. Zelfs de afdeling theologie kon zich er niet aan onttrekken met Gargons De Zalig-sprekinge over Besnijdenisse en Voorhuid, ofte Opening van den XXXII. Psalm uit 1700.

image
Ex libris van Gerrit Komrij

Ik was erg onder de indruk van het zeer bescheiden ‘Ex Libris’ in de boeken. Het stond vrijwel altijd op een minuscuul zegeltje, linksonderin aan de binnenkant van het kaft. Bijna onzichtbaar. De bezitter liet bescheiden zijn kostbare bezit achter in het boek. Hoe passievoller de liefde voor een boek uitdrukken.

Ik ben heel benieuwd wat de veiling volgende week doet. In elk geval krijgen de boeken een nieuwe, levende eigenaar. De bladzijden zullen weer geroerd worden. Hopelijk met dezelfde liefde en passie als de vorige eigenaar deed.

24 november 2012

Koraalimprovisatie - het vervolg

Improviseren op koororgel Oudewater
Improvisatieles op het koororgel van Oudewater

Aan het eind van de terugkomdag van de cursus Koraalimprovisatie stelde organist Gerben Mourik om in het najaar weer een cursus te organiseren. Zodoende kreeg ik in augustus de uitnodiging om mee te doen met een vervolgcursus. Enthousiast geworden van de vorige bijeenkomsten, gaf ik me daarvoor meteen op.

Vandaag en gisteren was de cursus. Ik doe het momenteel rustig aan, maar dit wilde ik mij niet onthouden. Zodoende bracht ik gisteren en vandaag door in een steenkoude kerk. De Sint Michaelskerk van Oudewater, thuisbasis van organist Gerben Mourik, was de ruimte waar de cursus gegeven werd.

Veel dingen vorig jaar nieuw waren, zijn verder uitgediept. Zo kwam het opzetten van een fuga voorbij. Net als de Engelse stijl (fanfare) van de terugkomdag. Daarnaast gaf Gerben Mourik erg veel nieuwe elementen, als de trio a la Krebs, het opzetten van een canon, een koraalbewerking in de stijl van Mendelsohn en het spelen van een passacaglia.

Gerben Mourik koororgel Oudewater
De meester speelt een trio over psalm 95 voor

Mooie voorzetten om weer lekker mee aan de slag te gaan. De basis van dit alles vormt het harmoniseren. Ik heb weer veel geleerd aan de hand van de improvisatiemethode van Arie J. Keijzer. De toonladders die ik de afgelopen maanden geoefend had, waren een goede basis. Ik merkte dat het ook het harmoniseren in algemene zin ten goede komt.

Misschien komt mijn droom – het prachtig harmoniseren van een stevige psalm – ooit uit.

23 november 2012

Merel in november

image

Het verkeer raast over de rotonde. Het stoplicht springt op rood. De auto’s moeten de fietsers voor laten gaan bij de afslag. Een ongeduldige automobilist grijpt met zijn kleine auto de binnenkant van de rotonde. Half over het asfalt, half over het tegelwerk neemt hij de binnenbocht.

De lucht is grijs. Geen straaltje van de zon bereikt de aarde. Somber grijpt de herfst om zich heen. Hier mag niet teveel vrolijkheid doordringen. Het verkeer heeft zijn koplampen ontbrand. De auto’s schieten hun licht voor zich uit. Het schijnt op alles en iedereen.

Boven al het geraas hoor ik ineens de fluit van een merel. Ik speur omhoog. Geen boom of ander stukje groen kan hem een schuilplaats bieden. Dan zie ik hem zitten. Bovenop de lantaarnpaal die de rotonde moet verlichten. Trots staat hij daar en zingt zijn najaarslied.

Geen gunstig moment om een loflied te zingen, maar ik bespeur in de zang het verlangen naar het voorjaar. Hij zingt door. De hoge tonen dringen zacht maar duidelijk door al het geraas van het verkeer heen. De merel zingt zijn lied. Een lied van verlangen en hoop. En ik hoor wat hij zingt: het komt allemaal goed. Maar nog even geduld.

22 november 2012

Onafhankelijk #wot

image
Onafhankelijk of arbeider?

Onafhankelijk zie ik als het vrij zijn in doen en handelen. Of we zo onafhankelijk zijn als we weleens menen, betwijfel ik. We kleven aan deze aardbodem met heel ons hebben en houden. Een huis dat gebouwd lijkt op een hypotheek in plaats van een fundament. Een liefde waar je niet zonder kunt. Kinderen die hoe ouder ze worden, hoe afhankelijker van je lijken te worden. Het bankboekje dat altijd leger raakt.

De vaste (financiele) grond is voor mij de baan die ik heb. Als je die dan ook nog eens dreigt te verliezen, dan is het zwaar. Het voorspelbare wordt onvoorspelbaar. Het gemak van het leven, verandert in onzekerheid. Zo verdwijnt een fundament in de rompslomp.

Je kunt het zekerheid noemen. Mij ontbreekt eigenlijk de zekerheid sinds ik begon te werken in 2002. Geen vast contract en elk jaar weer die spanning waarin je maar moet hopen dat je nog een jaar respijt krijgt. Aan het einde van de 3 jaar is daar dan de beslissing. De economische situatie of een ander gebrek wordt er dan bijgehaald.

In 2005 ging het slecht met de krant – geen vast contract. In 2007 veranderde een afdeling – geen vast contract. In 2009 stopte de titel bij de uitgever – geen vast contract. In 2010 hing het van een opdracht af – geen vast contract. En nu hangt er weer een reorganisatie boven het hoofd – geen vast contract. Over mijn functioneren ging en gaat het niet.

Elke keer die spanning. Een huis, een gezin, een leven. Het draait er niet eens om of je functioneert. Het draait alleen om het contract. Tijdelijk kun je ruilen met tijdelijk. Een vast contract boezemt veel organisaties angst in. Iedereen blijft zitten waar hij zit. Alleen mensen met een tijdelijk contract wisselen van baan. Tijdelijk.

Daarom word ik altijd verdrietig van persberichten die spreken over ongedwongen ontslagen. Zelfs vakbonden lijken dit doel na te streven. Ze zijn er trots op dat alle mensen met een vast contract kunnen blijven. Dat tijdelijke contracten niet verlengd worden, zien ze als winst.

Iemand met een tijdelijk contract dat niet verlengd wordt, komt blijkbaar ‘ongedwongen’ zonder werk te zitten. Managers zeggen dan in een gesprek met een spijtig gezicht dat het nu eenmaal zo is. Een feit. Ik ben er afhankelijk van. De managers beschikken zelf over een vast contract.

Onafhankelijk thuiszitten omdat je werkeloos bent. Ik zie dat niet zo. Ik zie het vooral als een belasting. Werkeloos zijn wordt gezien als ‘profiteren’ door het grootste deel van Nederland. Het grootste deel dat al jaren naar hetzelfde werk gaat omdat het een vast contract heeft.

Daarom probeer ik mijn gedachten los te maken van het contract. Zo probeer ik onafhankelijk in het leven te staan. Mij heeft niemand. Ik ben niet in een contract te vangen. Leve de vrijheid. Soms lukt dat en dan voel ik me even onafhankelijk.

21 november 2012

Maurice Ravel, Boudewijn Buch en George Gershwin

Op 23 november is het 10 jaar geleden dat Boudewijn Buch stierf. Getriggerd door een tweet bekeek ik vandaag een fragment van Pauw & Witteman. Het ging over Boudewijn Buch. Ze waren in gesprek met de biograaf Eva Rovers. Ze werkt een jaar aan de biografie en denkt nog een jaar of 3 nodig te hebben. Daarnaast waren ze in gesprek met bewonderaar Diederik van Vleuten.

Diederik van Vleuten heeft samen met pianist Jaap Stork een voorstelling gemaakt over Maurice Ravel. De openingstune van het programma De wereld van Boudewijn Buch is een fragment uit Ravels Pianoconcert in D.

Dit pianoconcert is ook bekend als het Pianoconcert voor de linkerhand. Ravel schreef het voor de pianist Paul Wittgenstein. Deze pianist was zijn rechterarm verloren in de Eerste Wereldoorlog en vroeg Ravel een pianoconcert voor hem te schrijven.

Geinspireerd door deze uitzending beluisterde ik weer eens het Pianoconcert in D van Maurice Ravel. Een prachtstuk. Dynamisch en met invloeden van ondermeer jazz. Ravel schreef het na reis naar Amerika. Het gaf zijn muziek een inspirerende impuls. Zo componeerde hij ook zijn beroemde Bolero in deze tijd.

In hoeverre Boudewijn Buch een bewonderaar was van Ravel, kan ik niet beoordelen. Hij zal waarschijnlijk getriggerd zijn door het boeiende verhaal eromheen. Jeugdvriend Paul Westgeest maakte samen met Boudewijn Buch in 1974 een reis naar Ravels geboorteplaats Cibourne. Westgeest doet van deze reis op een Vespa verslag in Cibourne Revisited, Een reisverslag.

De muziek van Maurice Ravel is heel inspirerend. Zeker ook voor organisten. Je komt dan terecht in de wereld van Gershwin, Alain en Poulenc. De vroege muziek van de laatste componist heeft veel verwantschap met de muziek van Ravel, al maakte hij deel uit van een ander gezelschap.

De organist Geert Bierling heeft een interessante cd gemaakt met muziek uit de jaren ’20. Naast de bekende Bolero (bewerkt voor orgel door Bierling), speelt hij werken van Gershwin, Vierne, Widor en Alain. De cd kreeg de veelzeggende titel: An American in Paris. Bierling refereert met zijn cd-titel naar het beroemde muziekstuk van Gershwin uit 1928, het jaar waarin hij kennismaakte met Ravel in New York.

20 november 2012

Bladblazer

image

Het gezoem klinkt al als ik het park inloop. Het is het geluid van de bladblazer. Door de pijp heen blaast de lucht vooruit en stuwt alle bladeren die er liggen naar voren. Er is nog niks te zien, maar ik zie het al voor me. Het geluid zegt genoeg.

Ik zie ze als ik het hoekje kom. De mannen dragen de motor op de rug. De brandstoftank bovenop toont de hoeveelheid brandstof die er nog in zit. De motor zoemt en blaast lucht door de pijp die de mannen vasthouden.

Het fietspad is al vrij van bladeren. Het zandpad dat ik altijd bewandel is helemaal ontdaan van de herfstbladeren. De grond is weer zichtbaar en de gladde stukken steen verderop zijn allemaal weer te zien.

De ruimers waaien het blad allemaal mooi op. Het blaast over het veld. De gele, rode en bruine grondbedekking maakt weer plaats voor het groene gras. De herfst wordt uit de bladeren geblazen.

De bomen trekken zich weinig aan van de opruimwoede. Terwijl ik over het zandpad loop, regent het bladeren. Ze dwarrelen met een sliepuit naar de schoonmakers. Het lijkt of ze willen zeggen: blaas maar een eind weg, maar wij blijven toch wel vallen hoor.

19 november 2012

Maaslijn

lunchen in de trein

De treinkaartjes lagen als sinds begin september in de la. Ik wilde dit najaar namelijk dolgraag gebruik maken van een rondrit per spoor door Nederland voor 17 euro p.p. Door persoonlijke omstandigheden lukt dit voornemen niet, maar gisteren kwamen Doris en ik al heel aardig in de buurt: we reden tot aan Venlo.

De werkzaamheden zorgden ervoor dat het een weekend eerder niet lukte. Afgelopen weekend reden er eveneens minder treinen omdat bij Schiphol aan het spoor gewerkt werd. Voor ons pakte dat juist gunstig uit. De intercity’s van Schiphol naar Eindhoven en Nijmegen hadden hun begin- en eindpunt op Almere Centrum.

Zo konden we de heenreis blijven zitten tot aan Eindhoven en namen daar de trein naar Venlo. De enige trein die reed, was een stoptrein. De uitgelopen werkzaamheden bij Helmond zorgden daarvoor. Maar dat deerde niet.

Vanaf Venlo namen we gelijk de trein naar Nijmegen. Deze spoorlijn heet de Maaslijn of Heilige lijn. De Nederlandse Spoorwegen heeft sinds 2006 het vervoer overgedragen aan Veolia. Ik was even bang dat dit roet in het eten zou gooien. Gelukkig ontdekte ik bij het checken van het kaartje op internet, dat de kaart ook geldig is bij deze vervoerder.

Ik wilde heel graag over de Maaslijn rijden. Het is een van de mooiste spoorlijnen van Nederland. Eenmaal eerder reed ik over deze bijzondere lijn. Als puber reed ik er met mijn tienertoerende neefjes. Ik herinnerde mij een prachtige spoorlijn met veel bos en bijzondere vergezichten.

De spoorlijn ligt inderdaad in een prachtig gebied en doorkruist een aantal keer mooie bossen en natuurgebieden. Na het verdwijnen van de lijn van Nijmegen naar Kleef en de kruising met de spoorlijn van Boxtel naar Wesel, verdween ook het belang van de Maaslijn. Nu is de lijn een regionale zijlijn, maar met 18.000 reizigers per dag wel de drukste regionale spoorlijn.

Dat merkte ik gisteren ook. Elk station nam het aantal reizigers toe. Ze kwamen naar binnen met fietsen en grote koffers. Met een kind mee, ontdekten we al snel dat dit treinstel bijzonder praktisch is ingericht. De stoelen kunnen overal worden opgeklapt. Wel zo vriendelijk voor reizigers. In de buurt van Nijmegen zagen we hardlopers de Zevenheuvelenloop hollen.

In Nijmegen stond de intercity naar Almere Centrum al klaar. Het was heerlijk. De regen van de ochtend had plaatsgemaakt voor een heerlijk zonnetje. We deden nog een spelletje voor onderweg. En genoten nog eens extra van het landschap, het meegenomen snoep en de zonnestralen.

18 november 2012

Reeresten

De poelier op de markt had weer een bijzonderheid voor mij: de resten van een heuse ree. Zo liep ik naar huis met 3,5 kilo aan ribben, schouder en stukjes mergpijp. De enorme zak met gebeente moest natuurlijk thuis verwerkt worden voor de vriezer. Als altijd is de vriezer te klein voor dit soort aangelegenheden.

De honden kregen een stuk rib en hebben het heerlijk opgekloven. Dan valt op hoe verschillend de twee het opeten. Saartje haalt er eerst al het vlees vanaf en nekt dan de ribben een voor een. Teuntje hanteert de ruwe methode. Zij eet het van boven naar beneden. Het boeit niet of dat eerst vlees of eerst bot is.

Nadat ze de rib hadden verorberd, bleven de dames teckel in de keuken hangen tot ik de kippenbotten en overblijfselen van de ree had verwerkt. Het ruikt behoorlijk sterk dat wild. Daardoor duurde het even voordat ik het goed kon verwerken. Nu zit de vriezer weer bomvol met vlees. De lade voor de honden is te klein voor zo’n stuk ree.

17 november 2012

Pepernoten of kruidnoten

zelfgemaakte kruidnoten

Nu Sinterklaas weer in het land is, mogen ze weer: de pepernoten en de kruidnoten. Inge vond een recept voor ouderwetse pepernoten op internet. Daarna het bereiden en op het moment dat de Goedheiligman voet aan Roermondse wal zette, aten wij de pepernoten. Ze kwamen net uit de oven en waren nog heerlijk warm.

Ik weet dat kruidnoten en pepernoten dikwijls door elkaar worden gehaald. Een vorm van strooigoedtaalverloedering. Dat het bij een recept ook kon, wist ik niet. Ze hebben de vorm van een kruidnoot, maar ze hebben in de smaak erg veel weg van de echte pepernoten. Qua hardheid dobberen ze tussen de pepernoot en de kruidnoot in.

Maar ze zijn heerlijk. Zeker als ze net uit de oven komen.

16 november 2012

Venetie en gedichten

In de nieuwe dichtbundel De tijd vliegt, maar de dagen gaan te traag van Jean Pierre Rawie heeft hij een cyclus over Venetie opgenomen. De 5 gedichten kregen de titel ‘Naherfst in Venetie’. Ze behandelen de vertrouwde thema’s van dood en verval. Het zeewater overstroomt de stad, de toerist loopt wiebelend over de vlonders en uiteraard het dodeneiland San Michele.

Piazetta San Marco met uitzicht op de twee zuilen

Dat kan ik beter, dacht ik en ik schreef zelf een cyclus gedichten over Venetie. Voor een bundel in de toekomst. Of voor de liefhebber. Uit mijn herinnering schreef ik de gedichten. In het achterhoofd zat mijn eigen bezoek aan Venetie in januari 2001. Ik liep door de stad als een toerist, maar voelde mij een dichter. Alle beelden sloeg ik op in mijn hoofd. Geen fototoestel mee, alleen maar de ogen en pen en papier.

Gondel bij Frari-kerk in Venetie

Ik zocht de beelden weer op, die ik anderhalf jaar eerder maakte bij mijn eerste bezoek aan Venetie. Veel gebouwen en smalle steegjes. Vervuld van Thomas Manns Der Tod in Venedig en de film die Visconti van de novelle maakte. Ik zocht de steegjes en pleintjes op. Speurde naar de ervaring van het verhaal. Het lukte aardig. Al scheen de zon veel te fel en warm voor verval.

Koepels van San Marco basiliek in Venetie

De beroemdst en veruit beste gedichtencyclus over Venetie schreef Gerrit Komrij. In zijn biografie schrijft Onno Blom dat Gerrit Komrij helemaal verrukt terugkeerde uit Venetie. Hij bezocht de stad in 1973 met Charles. Het leverde een prachtige cyclus gedichten op: De stenen van Venetie. De cyclus is opgenomen in de bundel Fabeldieren uit 1975.

San Giorgio Maggiore, gezien vanaf de kade bij de Piazzetta San Marco

Komrij vermengt 2 elementen van de Italiaanse stad met elkaar in deze gedichten. Dat zijn carnaval met verval. Het brengt mooie associaties met zich mee. De stad als niet in te nemen vesting, een labyrint dat elke steeg weer een nieuwe beerput laat uitkomen. En het spel met de poezie zelf, zoals de regel

(Stil toch, bedaar: het is maar poezie,
Het is maar dichterlijk.)

Een regel die het gedicht verandert in een maskerade waarachter het lyrisch ik zich verschuilt. Over de stad die ‘boven spot verheven’ is, ‘Maar zelf een rarekiek en toverzaal.’ Dichtregels die niet te overtreffen zijn. Zeker niet door mij en helemaal niet door Jean Pierre Rawie.

15 november 2012

Stilte - de laatste #WOT

#wot stilte

Zou de stilte het slotakkoord zijn? @metkcom schreef vanmiddag op haar blog dat de #WOT van vandaag de laatste is. Uitgerekend deze 46e en laatste #WOT krijgt het onderwerp *stilte*. Stilte betekent veel. Zeker als je in een huis met slechthorenden woont. De televisie staat luid, er wordt luid en duidelijk gepraat en ze hebben niet altijd in de gaten dat hun stilte helemaal niet stil is.

Het geluid van de koelkast die aanslaat, het gezoem van een computer of het voorbij rijden van een scooter. Een fietsbel die klinkt, een auto die toetert of een kind dat jengelt. Overal zit geluid. Zelfs in de wachtkamer waar ik vanmorgen zat, klonk op de achtergrond een radio. Stilte maakt mensen blijkbaar een beetje bang, want het is moeilijk te vinden. Zelfs in het winkelcentrum klinkt achtergrondmuziek.

Alleen het rustgevende getik van mijn wekker, daar kan mijn lief niet tegen. Ze zag het ding in mijn Leidse studentenkamer staan en was resoluut. ‘Dat ding gaat weg. Anders slaap ik niet.’ Hij mocht staan in de kast, weggestopt tussen 2 truien. Zo hoorde ze hem tenminste niet.

Ik kan heerlijk op de tikkende wekker slapen. Zeker als je veel geluiden om je heen hoort, kan het helpen als rustgevend tegengeluid. Bij mij wel. Wat voor mij rustgevend is, is voor haar zenuwslopend. Vandaar dat het ding op mijn kamer staat. Het getik wordt daar weer overstemd door het getik op het toetsenbord.

De laatste tik van de #WOT heeft nu geklonken want @metkcom doet het niet meer. Wel jammer. Al heb ik maar aan een paar #WOT’s meegedaan, het gaf mij altijd wel plezier de bijdragen van anderen te lezen en zelf te associeren rond het onderwerp. Want ik was niet op het verhaal van de tikkende wekker gekomen, al schrijvend over *stilte*.

Dank je Karin voor de inspirerende 46 #WOT’s die je uitschreef. En jammer dat je stopt.

14 november 2012

Makkelijk klimmen

ophijsen in klimtoestel

Ik vind het knap zegt een moeder als ze Doris omhoog ziet klimmen langs de rails van het klimtoestel. ‘Ach’, zegt een vader. Er kllinkt bluf in zijn stem. ‘Het is simpel. Je komt zo omhoog.’ ‘Nou, mij lukt dat niet hoor’, antwoordt de moeder. ‘Simpel’, bluft de vader nog eens. ‘Nou, laat dan eens zien’, reageert de moeder.

Hij wil zich niet laten kennen en loopt naar het toestel toe. Onverschrokken en dapper. Simpel, even omhoog klimmen. Hij legt zijn handen op de rails. Ze staan wel heel dicht bij elkaar, zegt hij. Het eerste excuus. Dan schuift hij door tot hij niet meer kan staan.

Hij probeert zich omhoog te hijsen, maar nog voor zijn voeten van de vloer zijn, laat hij los. ‘Het is veel te glad’, zegt hij. De vrouw weet wel beter. ‘Zie je, jij kunt het ook niet’, zegt ze. Haar stem klinkt plagerig en ik ben onwijs trots op zo’n dochter.

13 november 2012

Duizend kilo bladeren op een hoop

In een herfstliedje stelt het lyrisch ik een vraag: herfst, herfst wat heb je te koop? Als antwoordt krijgt hij: duizend kilo bladeren op een hoop. Ik kon me tot voor kort niet zoveel voorstelen bij duizend kilo bladeren. Het was vooral veel, dat besefte ik.

Laatst op een fietstocht passeerde ik een recyclingbedrijf. Ze hergebruiken grond en maken compost. Bovenop een enorme berg bladeren stond een grote machine. De zware rupsbanden rolden over de opeengehoopte bladeren. Met de grijper, greep de kraan wat bladeren omhoog en verplaatste het naar een ander gedeelte van de bladerberg.

De hoeveelheid bladeren die daar lag, overtrof vele malen de duizend kilo. De machinist reed zijn kraan naar de andere kant van de berg. De bladeren zakten een klein stukje in. Diep in de berg zouden de bladeren broeien tot compost. In de berg compost naast de bladerberg dampte het al. De typische geur van rijpende compost kwam omhoog.

Zo ligt daar een heel bos aan bladeren te wachten tot het in vruchtbare grond verandert.

12 november 2012

Ginkgo in herfst

De Ginkgo in de herfst. Het vult elk najaar de achtertuin in een prachtig gele tint. Alleen lijkt het dit jaar niet zo te lukken. De bladeren blijven ergens steken tussen groen en geel. Dan vallen ze al uit de boom. In de kruin blijven de kleinste blaadjes het langste zitten. Ze sieren als een puntige piek op de kerstboom.

De Ginkgo begint ook meer en meer vorm te krijgen. Het afgelopen jaar is de boom hard gegroeid. Vooral in de hoogte. Of dat een mooi gezicht is, kun je betwijfelen. De stam begint beneden ook mooi stevig te worden.

Na het planten van deze boom en de moeizame start vroeg ik mij af of hij het zou redden. Die twijfel is helemaal weg. Hij begint de achtertuin te domineren. Zijn bladeren doen het in elk geval wel. De hele tuin ligt bezaaid met het blad dat 2 en toch 1 is.

11 november 2012

Sint Maarten

image
We zitten klaar met het snoep voor Sint Maarten

Het snoep stond klaar bij de deur en ik mocht samen met Doris langs de deuren gaan. Ze zong haar eigen variatie op de liedjes van Sint Maarten. De toehoorders schoten van de ene verbazing in de andere. De ene keer had de heilige een geit die al zijn tanden kwijt was. De andere keer verdween er iemand ziek in bed.

Ze vond het weer erg leuk om met haar zelfgemaakte lampion de deuren langs te gaan. Het gaf mij weer een inkijkje in de buurt. Er heerst hier de stilzwijgende afspraak dat als het licht in de hal brandt, kinderen welkom zijn. Zo haalde ze weer een grote zak met snoep op.

‘Ik vind Sint Maarten erg leuk’, zei ze toen we terug naar huis liepen. Ze nam een hap van een dropsleutel. Volgend jaar maken ze op school nog een lampion. Dat zal de laatste zijn. ‘Dan wil ik nog een keer lopen. De laatste keer’, zei ze resoluut.

Ouders die hun kind een trauma willen aandoen, moeten morgen hun kind vertellen dat ze het snoep hebben opgegeten. En als ze uitgehuild zijn vertellen dat het niet zo is. Dan is de verbazing nog groter. Ter inspiratie het volgende filmpje.

10 november 2012

Station Almere Poort

Alle aandacht gaat uit naar de nieuwe Hanzelijn die vanaf 9 december in gebruik is. Maar op de Flevolijn staat nog iets te gebeuren: de komst van een nieuw station. Het station Almere Poort zal vanaf 9 december eveneens in het spoorwegnet worden opgenomen.

De voorbereidingen van het nieuwe station zijn in volle gang. Bij een fietsritje gisteren zag ik hoe druk nog gewerkt wordt aan de laatste elementen van het station. Het parkeerterrein bij het station kreeg meer en meer vorm. Grote hoeveelheden beton verdwenen op de plek waar binnenkort forenzen hun auto zullen parkeren.

Daarnaast alom bedrijvigheid bij het station zelf. De liften staan er. De toegangstrappen tot het perron kon ik nog niet zien. Wel de bordjes met de naam van het station. De aan- en afvoerwegen worden gemaakt.

Zo kunnen de reizigers straks in de volle stoptreinen naar Amsterdam, Schiphol en Utrecht stappen. Voor de andere richtingen naar Lelystad en Zwolle op de Hanzelijn zal minder behoefte zijn.

Wat wel heel jammer is dat inhaalsporen ontbreken. Het nieuwe station Dronten heeft deze wel gekregen. In Almere zullen de intercitytreinen gedwee aansluiten in de rij achter de stoptreinen aan. Het zal straks nog meer vertraging opleveren. Al ontkennen deskundigen deze mening. Hopelijk bewijst het station Dronten straks het tegendeel.

Overigens zag ik onderweg dat er druk gewerkt wordt aan het wijzigen van het beveiligingssysteem op de Flevolijn. Wat verderop lagen aan weerszijden van het spoor nieuwe seinen. Ze zullen in dit weekend wel geinstalleerd worden. Waarschijnlijk heeft dat te maken met het ‘dichter op elkaar’ laten rijden van de treinen. Of het daadwerkelijk de capaciteit en efficienty van het spoor zal verhogen, moet de toekomst uitwijzen.

In het Ontwerp tracebesluit (pdf) staat gedetailleerde informatie over de maatregelen die het rijk wil nemen.

09 november 2012

Invriezen snert

De erwtensoep zit achter de kiezen, een deel is weggegeven, maar we zitten nog met een liter of 10 aan snert. Omdat erwtensoep niet zo lang houdbaar is, gingen we een dag later de lading invriezen.

Goed bereide snert heeft de gewoonte om hard te worden. Keihard. Zo ook de snert van ons. De volgende dag kon de soeplepel in de erwtensoep rechtop staan. Sterker nog, het was genoeg hem met de pollepel naar beneden kaarsrecht te laten staan.

De soep vormde een stevige massa. Met het invriezen verliep het wat minder soepel. De vriezer had veel moeite om de kilo’s ingevroren te krijgen. Na het ontdooien bleef de soep de volgende morgen zacht. Daarom hebben we de vriezer maar op de hoogste stand gezet. Want deze heerlijke snert mag niet verloren gaan.

08 november 2012

Niet giftig

decoratieglitter is niet giftig

Met de honden in huis, gebeurt het nogal eens dat je iets uit hun bek haalt. Dat iets varieert van een lege verpakking tot aan een hoortoestel. De kenmerken zijn niet zo moeilijk: als ze ineens heel druk met iets bezig zijn, dan is er iets loos. Als het ook op een onlogische plek is, dan houden ze echt iets verborgen. Ze voeren kattenkwaad.

Zo waren ze laatst heel druk in de weer met iets in de keuken. Ik ging kijken en haalde een doosje glitter in de verpakking uit een bek. De tekst op het pakje vonden ze klaarblijkelijk een uitdaging: ‘Decoratieglitter is niet giftig, maar het is niet de bedoeling dat je het opeet.’

Waarschijnlijk lazen de dames alleen de tekst voor de komma, want ze waren zeer enthousiast aan hun klus begonnen. Gelukkig onderbrak ik hun activiteit. De teleurgestelde blik in de ogen, zal ik maar achterwege laten.

07 november 2012

Snert

snert of erwtensoep

De dagen worden korter, het weer wilder en dan krijg je zin in snert. Dikke snert met worst. Het hele huis is in bezit genomen door een weeige geur. Een enorme pan staat op het vuur. In de grote pan borrelt een groene smurrie. Uren achtereen. Om het kwartier moet in de grote massa worden geroerd. De erwtensoep brandt zo aan.

Koken is natuurlijk een vorm van ontbinden. Je probeert de ontbinding in de lekkerste smaak los te krijgen. Vermengd met de weeige herfstgeur ontploft een heerlijke smaakexplosie in de keuken.

Zo kregen we gisteravond een heerlijk bordje snert voor onze kiezen. Het roggebrood met spek binnen handbereik. Zo vermengden zich alle mogelijke wintergroenten in een dikke brei. Voorzichtig blazen en hap. Wat een genot. Dan mag het even voor altijd najaar zijn.

06 november 2012

Gesnoeid

de bosjes zijn gesnoeid

Het grasveld was onzichtbaar geworden door het hoge struikgewas. Bladeren en takken hielden de doorgang tegen voor zicht en lijf. Iemand kon er zich goed verstoppen, zonder dat anderen het zouden zien. Veel mensen houden er niet van. Het brengt gevoelens van onveiligheid met zich mee.

Daarom ging er het mes in. De struiken en jonge bomen werden gesnoeid. De bomen afgeknot tot lege stammetjes. De struiken verdwenen. Alleen de hoge bomen mochten blijven staan. Dagen waren mannen in oranje hesjes in de weer de bomen om te zagen, de takken los te trekken en de bladeren op te ruimen.

Als je nu langsloopt, zie je een kale vlakte, leeg gras. Je kijkt tegen de blinde muur van het restaurant en ziet de lindebomen van het park. Het is soms juist mooier is iets niet te zien. Maar een fietser rijdt langs. Hij ziet mij kijken. ‘Een stuk beter dan eerst’, is zijn commentaar.

05 november 2012

Dwarsligger

Dwarsligger van Nederlandse spoorwegen gekregen

Bij het spoor houden ze wel van een woordspelletje, daarom kreeg ik laatst een dwarsligger gestuurd. Dwarsliggers zorgen ervoor dat de 2 ijzeren sporen evenwijdig van elkaar blijven. Waren het vroeger bielzen, nu liggen er betonnen exemplaren onder de rails.

De dwarsliggers lagen wel goed de laatste weken, maar de treinen reden niet zoals het zou moeten op het traject dat ik bereis. Ik kreeg een excuus-mailtje waarbij ik mocht kiezen uit een paar Dwarsliggers. Dat zijn boekjes die je overdwars leest, met de rug horizontaal in plaats van verticaal. Een onhandige leeshouding die mensen onderweg als ideaal bestempelen. Omdat de Nederlandse spoorwegen het boek sponsoren, boden ze als troost een Dwarsligger aan.

Ik mocht kiezen uit een aantal boeken, maar Saskia Noort spreekt mij niet zo aan. Het diner van Herman Koch heb ik al, dus bleef De geschiedenis van de liefde van Nicole Krauss over. Ik ken het boek verder niet, volgens mij gaat het over de oorlog. Ergens op internet staat de beschrijving: ‘Je moet er goed bijblijven wil je alles nog kunnen volgen’.

Kijk dat zijn nog eens leestips. Ik koos daarom dit boekje maar uit en kreeg het afgelopen week in mijn brievenbus. Compleet met een brief van Erik Beenen, directeur Consumentenmarkt. Hij schrijft: ‘Ik wil u nogmaals laten weten dat wij het heel vervelend vinden dat onze dienstverlening niet op orde was.’

Dank Erik Beenen. Dit complete boek in handig formaat zal mij onderweg goed van pas komen. Bijvoorbeeld als ik op een vertraagde trein wacht of een verloren uurtje krijg omdat mijn trein niet rijdt.

04 november 2012

Donkere kamer

actie Nederland leest 2012

‘Papa moet nog even iets halen’, zegt de vader tegen zijn zoontje. Het kereltje draagt een baseball-petje. De pet staat dwars op zijn hoofd. Hij wacht in de rij bij de informatiebalie op zijn beurt. Het jochie trekt aan zijn shirt. ‘Nee, nu even niet.’ Het is zijn beurt.

‘Mag ik van u de Camera Obscura?’ vraagt hij aan de bibliotheekmedewerkster. Ze kijkt hem verbaasd aan. ‘De Camera Obscura?’ Ze spreekt het laatste woord uit alsof het iets obscuurs is. Het zoontje trekt weer aan het shirt. ‘Nu even niet’, herhaalt vader.

De medewerkster kijkt hem nog altijd verbaasd aan. ‘Ik bedoel dat gratis boekje dat je deze week kunt krijgen.’ ‘O, de Donkere kamer van Damokles’, zegt ze. ‘Ja, dat boek.’ ‘Dan moet u dit briefje even invullen.’ Hij vult het in. ‘Wilt u een groene of een rode?’ vraagt ze. Hij kiest de rode. ‘Wie dit leest is fout’, zegt de bladwijzer die uit het boek steekt.

‘U kunt ook een foto maken hier tegenover. Dat is zo’n ouderwetse fotokamer.’ Ze wijst naar de gordijnen die er hangen. Het vormt een heuse donkere kamer, een camera obscura. ‘Een donkere kamer’, zegt de man. ‘Inderdaad’, antwoordt de vrouw. Ze glimlacht.

Het jochie trekt alweer aan het shirt. ‘Kom’, zegt vader. Ze gaan de obscure kamer in. Een licht flitst op. Ze staan op de foto.

03 november 2012

Uitstappen

Ze tuurde op haar mobieltje. Achter haar trok het polderlandschap voorbij. De schapen, de koeien en het donkere gras. De slootjes vormden zulke mooie haakse lijnen met de rijrichting van de trein.

Tegenover haar zat een ander meisje. Ze had een laptop op schoot liggen. Aan de achterkant lichtte een appel op waaruit een hap genomen was. Ik moest denken aan de foto die ik op facebook zag waarbij een Afrikaan zijn Apple-laptop aan de buitenwereld liet zien. Achterop de laptop hing een echte appel vast waaruit een hap was gehaald. De appel was vastgeklemd met een opzichtig stuk postbode-elastiek.

Het meisje tuurde naar haar laptop, of Macbook zoals Apple ze noemt. In haar hand hield ze een iPhone omhoog. Ook met een appel achterop. Ze liet haar duim over het scherm glijden en typte met de andere hand op haar Macbook.

Het andere meisje had geen appel achterop haar mobieltje. Zij hield een smartphone in haar hand waar omheen een roze beschermhoesje zat. Er was ruimte uitgespaard voor het oog van de camera en een andere uitsparing zat erin.

De trein reed bij Muiderberg toen ze haar roze mobieltje tegen haar oor legde. ‘Nee, we gaan zo de brug over’, zei ze. Daarna was het even stil. De trein klom omhoog en ging de brug over. ‘Weet ik veel wanneer ik in Almere ben. Ik stap in Almere Muziekwijk uit.’ Het was weer even stil.

De trein raasde Almere Poort binnen. ‘Dat moet ik even vragen’, zei ze. ‘Meneer’, vroeg ze mij. ‘Weet u hoe lang het duurt voor we in Almere Muziekwijk zijn?’ ‘Dat is nog een paar minuten’, antwoordde ik. ‘Een paar minuten’, herhaalde ze door de telefoon. Het was weer even stil. ‘Weet ik veel hoe je er moet komen, tik Almere Muziekwijk in je Tomtom. Hij werkt ook op stations hoor.’

Ze liet het toestel los van haar oor. Haar duim gleed over het scherm. De trein minderde vaart. Almere Muziekwijk. Ze trok haar jas aan en stond op. Ze knikte me nog even toe voor ze door de klapdeur wegliep. Het meisje tegenover haar keek even op en dook weer in het scherm van haar Macbook. Terwijl haar vingers over het scherm van de iPhone gleden. Alleen het appeltje op haar Macbook knipperde even.

02 november 2012

Koffiehoekje

boekenZe zitten beneden aan een tafeltje tussen de boeken. ‘Waar kun je die koffie halen?’ vraagt een voorbijganger. ‘Die moet je achter halen uit de automaat’, krijgt de vrouw als antwoord. Ze loopt alweer verder. ‘Je moet er wel om vragen’, krijgt ze nog als dessert nageworpen.

Rond het tafeltje zitten 4 mensen gezellig te kletsen. Ze roeren de plastic roerstaafjes in de plastic bekertjes. De vrouw draait het roerstaafje om de hard geworden schuim van haar cappuccino uit het automaat. De man neemt een flinke slok van de zwarte drap. ‘Lekker’, verzucht hij.

‘Je kunt ook nooit de weg meer vinden’, zegt de man die naast hem zit. Hij is wat ouder. ‘Ik moest laatst naar mijn dochter en kon de weg niet vinden. Uren heb ik gedwaald.’ ‘Heb je dan geen TomTom?’ vraagt zijn buurman. Hij laat weer een nieuwe guts slootwater in zijn mond glijden. ‘Jawel en dan nog.’

‘Het is wat met die TomTom’s’, vertelt de man van de zwarte koffie. ‘Het is zeker wat’, zegt de vrouw die duidelijk bij de verdwaalde man hoort. ‘Vroeger kon je nog gewoon de weg vragen. Nu kijkt iedereen op zijn TomTom.’ De man van de koffie neemt de laatste slok.

Hij trekt een grijns over zijn gezicht. De vrouw die tegenover hem zit, ziet het. Ze begint te glunderen. ‘Weet je hoe de TomTom eerst heette?’ vraagt hij aan de verdwaalde man. Deze schudt zijn hoofd. De vrouw tegenover hem leeft mee met de spanning en tikt haar buurvrouw aan. ‘Ik ken hem hoor.’

‘Een tamtam.’ De man van de grap begint te bulderen van het lachen. Zijn buurman probeert mee te lachen. Het lukt niet zo. ‘Snap je hem?’ vraagt de man als hij uitgelachen is. ‘Ja, ja’, knikt de verdwaalde gast. ‘De tamtam wist het wel beter’, vervolgt hij. Zijn vrouw roert weer een keer in de harde schuimlaag van haar automaat-cappuccino. En dan neemt ze de slok.

Dan kijkt de verdwaalde meneer omhoog in de boekenkast naast zijn stoel. ‘Tjonge als je van lezen houdt, kun je hier goed terecht. Voor een euro heb je al een boek.’

01 november 2012

Ben ik een dichter?

image

We lezen de laatste weken uit Annie M.G. Schmidts Wiplala. Het is een spannend verhaal over het kleine mannetje Wiplala. Nee, het is geen kabouter, Wiplala is een Wiplala.

In het verhaal kan Wiplala toveren, tinkelen noemt hij dat. Hij ontsnapt aan zijn wereld omdat hij dat niet goed zou kunnen. Zo belandt hij bij de fmillie Blom, meer Blom, met zijn dochter Nella Dellla en zoon Johannes.

Het kleine mannetje Wiplala kan bijvoorbeeld mensen laten verstenen. In het begin doet hij dat te pas en te onpas. Als hij zich bedreigd voelt, versteent hij iemand. Nadat hij de kat en meneer Blom heeft versteend, weet hij ze terug te tinkelen. Als hij in paniek de dichter Arthur Hollidee betinkelt in steen, kan hij hem niet meer terugtoveren.

De dichter is straatarm. Hij verdient helemaal niks aan zijn gedichten. Daarom heeft hij verschrikkelijke honger. Hij wilde juist een hapje meeeten met de familie Blom voordat hij versteend werd.

Ze zetten hem op het plein vlakbij het huis. Iedereen ziet het standbeeld en vraagt wie het is. Het is de dichter Arthur Hollidee zeggen de mensen tegen elkaar. Ze vliegen naar de boekwinkel om een dichtbundel van Hollidee te kopen.

In een mum van tijd zijn de boeken van Hollidee uitverkocht en verschijnt herdruk na herdruk. De armoede van weleer is als sneeuw voor de zon verdwenen, maar de dichter is versteend.

Ik vroeg Doris vanavond wat een dichter was. ‘Dat is iemand die gedichten schrijft’, zei ze. ‘Ik schrijf ook gedichten’, antwoordde ik. ‘Ben ik dan dichter?’ ‘Staan ze in een boek?’ vroeg ze. ‘Nee.’ ‘Dan ben je geen dichter. Een dichter schrijft gedichten in boeken.’