30 november 2011

Zie de maan schijnt

Ik haal haar op de fiets op en rij direct van het station naar de bso. Schoenen aan, jas aan en de spullen uit het bakje. Er duikt een schrift en een tekening op. Het tasje met de lege drinkbeker en broodtrommel bengelt aan mijn arm.

De lampjes op de fiets knipperen nog. Ik til haar op de bagagedrager. Ze klemt haar voeten precies over de fietstassen heen. Ze houdt zich goed vast. Mijn rugtas drukt net niet tegen haar gezicht.

Ik fiets ze tuurt tussen de bomen en ziet de maan in de schemering opkomen. ‘Zie de maan schijnt door de bomen’, zingt ze enthousiast. De moeilijke zin van de makkers die hun wild geraas moeten staken, is lastig maar komt er toch uit. Nog een paar dagen en dan is het heerlijk avondje.

29 november 2011

Hardlopen in het donker is leuk

Hardlopen in het donker vinden veel hardlopers niet leuk. Ze rennen een beetje in het pikkedonker door een landschap die ze niet zien. In de herfst- en wintermaanden is hardlopen sowieso een beproeving. Je wilt je conditie toch een beetje op peil houden, maar leuk is een ander woord.

Ook biedt de kou weinig inspiratie voor de hardloper. Als het dan ook nog eens vriest en de paden spekglad zijn, is het gauw afgelopen.

Toch is het erg lekker om in het donker te hollen. Zo liep ik laatst op het moment van zonsondergang mijn rondje door het Kromslootpark. De schapen keken verbaasd in mijn richting. Ik had het mijnwerkerslampje op mijn hoofd geklemd en liep door het vallende duister. De zonsondergang tegemoet.

De kleuren vermengden zich prachtig en verschoven langzaam in het donkerblauw van de avond. De koude lucht blies tegen mijn lichaam. In volstrekte eenzaamheid liep ik daar in het duister. Sommige vrouwen vinden het eng om te hardlopen in het donker. Ze zijn bang verkracht te worden. Een vreemde angst. Ook omdat ik niemand tegenkwam. En mannen hoeven blijkbaar niet bang te zijn voor verkrachters.

Voor mij doken niet plotseling vrouwen op die hun jas open ventten. Alleen verschenen 3 reeën tegen de bosrand in de avondschemering. En ik hoorde heel even niets. Helemaal niets. En ik zag verder niets. Alleen de koude novemberavond.

28 november 2011

Konijn begraven

image

Langs de spoordijk staan een man en een meisje. Het is donker. Onder het schijnsel van de straatlantaarn zijn ze met iets bezig. Ik vraag me af wat de 2 daar doen. Zo aan de kant van het fietspad in het duister. Brommers en fietsers passeren het tweetal in de vaart van de forens op weg naar zijn boerenkool met worst.

Ik passeer het tweetal. Het is een vader met zijn dochter. Vader is in de weer met een schep. Dochter kijkt er enigszins bedremmeld bij. Het donker maakt het moeilijk om een emotie te zien. ‘We begraven het konijn’, zegt de vader tegen mij. Hij steekt de spade in de grond en gooit wat zand over het gat.

Hier ligt een konijn begraven. Een spitstrein dendert over de spoordijk in de richting van Almere Centrum. Brommers jakkeren mij tegemoet en schijnen een vluchtig schijnsel over het graf. Vader en dochter taaien af. Zoals hoort bij een begrafenis. Nog verdrietig van het begraven, keren ze terug in de jachtige wereld van de avondspits.

27 november 2011

Canto ostinato in boekwinkel

image

De Canto ostinato temidden van boeken. Het klinkt als 2 paradijselijke genoegens bij elkaar. Ik mocht het vanmiddag meemaken in boekhandel Selexyz Scheltema in Almere.

Het iniatief van een stel liefhebbers kreeg erg veel belangstelling. Sommige mensen kwamen bewust even langs. Anderen lieten zich erdoor overvallen. ‘Ik moet eigenlijk weg, maar het lukt me niet’, zei een luisteraar tegen mij. Hij was veranderd van een boekkoper in een luisteraar.

De muziek van Simeon ten Holt doet dat met je. ‘Het stuk grijpt je of grijpt je niet’, zei kenner Jeroen van Veen laatst tegen mij. Een andere weg is er niet. Dat heb ik vanmiddag bij de boekhandel wel gemerkt. Het geroezemoes, het winkelalarm en kinderen die hun moeder roepen. Het maakt allemaal niet uit. Je wordt meegenomen door de muziek.

Vandaag gebeurde het in estafettevorm. De 4 piano’s werden afwisselend door in totaal 14 pianisten bespeeld. Daar waren 6 zaterdagen repeteren in de Kunstlinie voor nodig op liefst 8 piano’s. Sommige pianisten hadden dit stuk namelijk nog nooit gespeeld. Ook speelden professionals en amateurs door elkaar. Het resultaat was niet altijd zuiver en het tempo mocht van mij een tikkeltje hoger. Toch vond ik het een mooie uitvoering. Zeker voor een onschuldige middag winkelen.

Opnieuw werd ik bevangen door de tonen, akkoorden en ook de melodie. Het greep niet iedereen, sommige mensen vluchtten de boekwinkel uit. Maar de hoeveelheid publiek dat bleef zitten, was ongekend.

V&D
‘Verschrikkelijk, wanneer is het nou afgelopen? Het gaat maar door.’ Een verkoopster van de bovengelegen V&D liet haar collega haar mening ongezouten weten. Haar collega vond het echter prachtig. ‘Maar met de muziek in de winkel erbij’, probeerde de medewerkster nog. ‘Toch vind ik het mooi’, antwoordde ze zeker.

De meneer die eigenlijk wat anders te doen had, liep even weg voor zijn afspraak en kwam een halfuurtje later weer terug. Gegrepen door de muziek. En weet je wat het leukste is: luisteren en gelijk bladeren in het boek. Het is dan net of een engeltje je ogen en oren tegelijk kust.

26 november 2011

Leeslampje

image

In de schoen van school vond ze een leeslampje. Een mooi cadeau natuurlijk van Sinterklaas. Ze leert net lezen en krijgt dan een leeslampje in haar schoen. Nu is het spannende natuurlijk om zelf in het pikkedonker te gaan lezen. Alleen het leeslampje aan en het boek op schoot.

Vanavond mocht ze het proberen. En ik dacht terug aan mijn uren met het boek half onder de dekens gekropen. Het lampje aan. Als de deur beneden open ging moest het licht zo snel mogelijk uit. Meestal was ik op tijd, maar soms te laat. Zo vond mijn moeder mij een keer tegen 10 uur.

Ik moest een week vroeg naar bed, zonder boek. Vooral het laatste was een straf.

25 november 2011

Verzameld werk en radio’s

image

Er zijn van die momenten dat ik droom. Het verzameld werk van Karel van het Reve bijvoorbeeld. Of alles van Maarten Biesheuvel. Hotz, ook zo eentje. Dan ga ik naar de bieb en haal de delen. Zo hoop ik ze te bezitten. Letter voor letter.

Je hoeft niet iets te hebben om het te bezitten. Net als dat je verliefd kunt zijn op iemand zonder dat hij of zij het weet. De letters slurp ik op in de hoop ze te bezitten. Zoals het stukje van Karel van het Reve dat de naam ‘De avonden’ heeft. Het is een niemendalletje, ergens getypt en gevonden door de verzamelaar van het verzameld werk.

Iedereen legt de associatie met het beroemde boek van zijn broer Gerard. Hier vertelt Karel dat hij niet naar de film over het boek gaat kijken. ‘Het leek me erg eng om naar een film te kijken waarin een stel acteurs je vader en je moeder en je broer en jezelf spelen.’ (VW 6, 601)

Op basis van 2 fragmenten vindt hij overigens dat de film weinig overeenkomt met de werkelijkheid: ‘Daarin gedroeg Frits van Egters, de hoofdpersoon, zich tegen zijn ouders op een manier die veel ruwer was dan de manier waarop Frits van Egters zich in het boek gedraagt, en ook veel ruwer dan Gerard zich destijds tegen zijn ouder gedroeg.’ (601)

Dat is nog niet het ergste. De radio die in de film wordt gebruikt komt absoluut niet overeen met de radio in huize Van het Reve rond 1946. Vervolgens verhaalt Karel niet meer over de film of over het boek maar over de radio. Hij vertelt dat ze de radio in de oorlog geruild hebben met tante Femia.

Zij zou zeker haar radio bij de Duitsers inleveren, daarom kon tante beter hun oude exemplaar inleveren dan haar dure. Zodoende fietsten ze hartje oorlog 2 keer door Amsterdam met een radio achterop de fiets. En niemand viel dat op, schrijft Van het Reve: ‘er liepen toen heel wat mensen met radiotoestellen over straat – op weg naar de plaatsen waar je die toestellen moest inleveren.’ (602)

Zodoende leverde de oorlog een voordeel op voor de familie Van het Reve. Een van de armste families van Amsterdam kon zo met een dure radio naar de BBC luisteren. Met hun oude toestel konden ze radio Oranje niet ontvangen. Ze waren zo gewend aan de BBC dat ze met het nieuwe apparaat nooit aan radio Oranje zijn toegekomen.

24 november 2011

Afgedwaald

Hij zit een rij banken verderop in de trein van Amsterdam-Zuid naar Almere. Een grote koffer staat rechtop naast hem. Daar kan niemand meer bij komen zitten. En dat in een drukke forenzentrein. Hij staart voor zich uit.  Afgedwaald door gedachten en de verse reis. Maar bijna zijn einddoel naderend.

Grijze haren, ouderwetse bril eveneens grijze sik. Op zijn hoofd draagt hij zo’n arbeiderspet die Van der Lubbe onsterfelijk heeft gemaakt. Zijn mond prevelt in de richting waar hij naar tuurt. Over het water. Als de vermoeide reiziger die al iets te lang alleen verkeert. Of hij verkeert in staat van gebed. Dat kan natuurlijk ook.

Ineens maakt hij zich los van zijn gebed. Hij schuift zijn bankrij uit en loopt op mij af. Heb ik weer. ‘Do you speak English?’ Ik knik aarzeldend. ‘May I ask you something?’ Opnieuw knik ik. Het licht er wel helemaal aan wat voor een vraag hij heeft natuurlijk. Of het volgend station ‘Central station’ is? Ik vraag hem wat hij bedoelt: Amsterdam Centraal? Hij knikt. ‘Dan zit u in de verkeerde trein’, antwoordt ik.

Ik probeer uit te leggen dat hij op Almere moet overstappen naar het andere perron. Hij baalt, slaat met zijn handen woest in de lucht en mompelt wat in zijn knauwerige Engels. ‘Don’t shoot the messenger’, denk ik. Maar hij laat me verder met rust en bedankt me zelfs met een kort knikje.

Hij trekt prevelend de zware koffer tussen de banken vandaan. De koffer draagt hij voor zich uit het gangpad door. Ik zie hoe hij van de trap stommelt om op de galerij uit te komen. Op het station help ik hem de weg naar de lift en wijs naar het andere perron (platform). Dan scheiden onze wegen zich. Ik naar huis. Hij verder op weg naar het doel waar hij even van afgedwaald was.

23 november 2011

Stel geiten

Ze lachen. Dat ze eigenlijk de leeftijd van de giechelmeisjes voorbij zijn, deert ze niet. ‘Ja, dan moeten we altijd zo lachen’, vertelt het ene oude meisje aan de andere. Ze heeft zelfs de kleurspoeling uit haar haren laten groeien. Ze kletsen over een uitje die de grijze dame onlangs maakte met haar vriendinnen.

‘Ik kan er ook niets aan doen.’ De andere vrouw knikt. Ze grinnikt er een beetje schaapachtig bij. Het is nog te vroeg om in zo’n lach te gaan. ‘Ik schaam me er ook voor’, vervolgt haar vriendin. ‘Op een gegeven moment is het net een stel van die geiten, dan begint er eentje en dan gaat dat maar door.’

Ik hoor het rumoer van de grijze meiden. Eentje begint te lachen en een golf van meelachers breekt los. De mensen om hen heen kunnen nog zo geërgerd opkijken, het lachen wordt niet minder. Ze gaan er juist meer van lachen. Schaamte verandert in hard giechelen. Net zo onzeker als 40 of 50 jaar eerder. Maar omdat ze samenzijn mag het.

Inderdaad een stel geiten.

22 november 2011

Lezen zonder boekenkast

image

Ze schuifelen tussen de boekenkasten. ‘Kijk’, zegt de ene vrouw tegen de andere. ‘Dat is een leuk boek.’ De andere begint te zuchten. ‘Leuk hoor, maar wat moet ik met al die boeken. Ik heb niet eens een boekenkast.’ ‘Je hebt gelijk’, zucht de andere mee. ‘Ik heb ook zo’n stapel. Wat moet je ermee?’

Ze schuifelen verder zonder nog een boek aan te raken. Ik vraag me af hoe je nu kunt leven zonder een boekenkast en boeken. Alsof je je eten naar binnen moet werken rechtstreeks uit de pan. Of naar het toilet moet terwijl het toiletpapier op is. Lezen is niet een luxe, het is een noodzaak.

Het hoekje met erotica grinnikt naar me en geeft me een verleidelijke knipoog. Ik loop snel verder. Tussen noodzaak en noodzaak zit een wereld van verschil.

21 november 2011

Lekke band plakken

Banden plakken in het schuurtje in november

Een goede week rijd ik op mijn gloednieuwe achterband van 35 euro. Als ik op de terugweg de rest waarschuw voor het rondzwervende glas op het fietspad, krijg ik een compliment. ‘Je band valt echt op ten opzichte van de rest.’ ‘Ik moet oppassen’, grap ik. ‘Hij begint er te mooi uit te zien.’

Ik snap niet waarom mensen moedwillig bierflesjes of ander glaswerk moeten gooien op het fietspad. Een waar spijkerbed van glas weerhoudt zo de fietser zijn weg. Zouden het de leeglopende banden zijn waar de hangjongeren plezier aan beleven? Het idee van die hardwerkende vader die in de regen op weg naar huis fiets. Eindelijk bijna op de helft, verzucht hij, verlangend naar de zuurkool met worst. In gedachten snijdt hij al de speklap in stukken. De zuurkooldamp kriebelt zijn neusgaten binnen. En pffft, daar loopt zijn band leeg.

20 november 2011

Hardlopen in de mist

image

Mist verandert het landschap. Hardlopen in de mist verandert het hardlopen. Je ziet niet meer waar je naartoe rent. Je rent ergens maar je weet niet waar. Je rent alleen in het hier en nu.

Er zijn weinig hardlopers deze zondagmorgen. Ik ben eigenlijk van plan niet zo ver te gaan. Maar de mist trekt. Ik zie de flarden verdwijnen in het licht. Nieuwe flarden komen erbij. Zo verbetert het zicht niet en zit alles potdicht met het wit.

Ik ren verder, verbaas me erover dat zo weinig mensen buiten zijn. Het is namelijk prachtig om buiten te zijn. Ik denk aan Terschelling waarbij ik ook in de mist rende. Of de verlaten oorden in Schotland waar ik weleens van droom. Of IJsland waar niemand is. Het geluid van de verlatenheid. De herrie van de eenzaamheid.

19 november 2011

Onverwachte schoonheid

image

Troost komt altijd op je pad in de vorm van een onverwachte schoonheid. De prachtige hemel en de lucht die zichzelf plotseling volblaast met mist. Ik kwam het vandaag onverwachts tegen op mijn fietsrit door het Beatrixpark. Het water, de bomenrij en de stilte van de vallende avond deden de rest.

18 november 2011

Roos in november

De natuur valt extra op als er buiten het gebruikelijk seizoen iets gebeurt. Zoals de roos in de achtertuin die plotseling in bloei staat. De rozenstruiken in de achtertuin doen al tijden raar. Elk moment van het jaar kunnen ze ineens in bloei staan. Hij bevat nauwelijks blad en laat af en toe een bloem opkomen.

Ik heb er vanmiddag even aandachtig naar gekeken. Net als het vliegje dat op 1 van de bladeren een veilig heenkomen had gezocht. Zo is het in november toch nog even voorjaar. Ik vraag me af of het een naschok is van wat was of een voorbode van wat komen gaat.

17 november 2011

Orgelmeditatie: gezocht een orgel en improvisaties

Improviseren op mijn harmonium

Of ik een aflevering van een twittervriend zijn wekelijkse popmeditatie wilde overnemen voor een heuse orgelmeditatie. Dat aanbod kreeg ik onlangs. Elke zondagmorgen biedt twittervriend StevenGort op zijn blog socialgort.wordpress.com een popmeditatie.

Met plezier wil ik een aflevering van deze rubriek verzorgen, speciaal met orgelmuziek. Ik krijg zondag 4 december, de dag voor Sinterklaas. Ik wil natuurlijk de meditatie plaatsen in de tijd van de verwachting. Niet alleen klopt ons hart vol verwachting, maar de adventstijd is op 4 december in volle gang.

De tweede uitdaging die StevenGort mij gaf, was om zelf iets op orgel te spelen en op youtube te zetten. Die uitdaging ga ik graag aan, alleen heb ik zelf niet de beschikking over een eigen pijporgel. Evenmin heb ik goede apparatuur. Dus elke organist met een orgel die dit leest en die over goede opnameapparatuur beschikt. Mag ik dit weekend of volgend weekend een adventsimprovisatie op uw orgel spelen en voor youtube opnemen?

Tenslotte vind ik het de uitdaging hier een oproep aan organisten te doen: neem een mooie improvisatie op je orgel op op youtube. Probeer daarin de sfeer van zondag 4 december op te roepen. Dat kan met een mooi kerklied als thema, een popliedje of juist een sinterklaasliedje. Als je de sfeer en intentie van deze zondag maar weet te verklanken.

Een wie weet haalt jouw improvisatiefilmpje de Orgelmeditatie van zondag 4 december

16 november 2011

Pepernoten lezen

Precisiestrooien noemen ze dat bij het #sinterklaasjournaal: de Piet legt een keurige reeks letters van pepernoten naast de schoen. Samen vormen de letters de naam van het kind dat iets in zijn schoen krijgt.

Gistermorgen trof Doris ook haar naam in letters naast de schoen. Ze had de kalender in haar schoen gedaan met de vraag aan Zwarte Piet wanneer ze haar schoen mocht zetten. Ze kreeg de kalender keurig in gevuld terug in haar laars. Onder haar laars vormden zich de letters van haar naam in pepernoten, afgewisseld met wat snoepgoed.

Vooral het puntje op de ‘i’ vond ze erg mooi en grappig.

15 november 2011

Tijdsprongetje in winterjas

image

Ik behoor tot het slag mensen dat zijn winterjas zo laat mogelijk aantrekt en ook weer zo laat mogelijk uittrekt. Zo kon het gebeuren dat ik pas dit weekend voor het eerst mijn winterjas weer aantrok. Het is niet eens mijn dikste. Voor de dikke variant moet het echt een paar graden vriezen.

Ik trok mijn winterjas zaterdag weer eens aan. Automatisch doken mijn handen in de zakken. Een schare van papiertjes lagen erin. Het waren de bonnetjes, flyers en krabbels van 7 maanden geleden. Ik tuurde op de briefjes, zag inleverdata van de bibliotheek die al een halfjaar voorbij waren. De boeken uit en allang terug. Of de aankondiging voor een film die nu al op televisie draait.

Hoe een winterjas je terug in de tijd brengt.

14 november 2011

Sinterklaas en de oude man

image

Sinterklaas is in het land en dan praat je erover. ‘Ik vind het maar een rare oude man’, zei ik tegen Doris. Ze keek me verbaasd aan.

‘Het is toch raar dat iemand cadeautjes geeft. Heb jij wel eens een oude meneer zomaar cadeaus zien weggeven aan kinderen?’ Ik gooide maar eens een knuppel in het hoenderhok van de gelovige.

Ze keek me indringend aan. Ik snapte er niks van. ‘Maar dat is dan Sinterklaas niet’, zei ze.

13 november 2011

Stacaravan verkocht!

We zijn hem kwijt: de stacaravan in Delden. Ik ben altijd heel trots op ons stulpje in Twente geweest. Maar hij vroeg teveel onderhoud. Een grote renovatie was onontkoombaar. Ik hikte steeds meer tegen het idee van de grootschalige opknapbeurt.

Eigenlijk zag ik het niet zitten. Een likje verf of een latje vastschroeven was nog haalbaar. Maar een nieuwe vloer leggen in de slaapkamer. Of een deel van het elektra vernieuwen, zag ik echt niet zitten. Bovendien deinsde ik terug voor het idee wat ik allemaal zou aantreffen als ik een muur zou openbreken of een muur zou weghalen.

Daarom hebben we de caravan te koop gezet. Met het idee om hem van de hand te doen aan iemand die belangstelling had. We wisten wel beter. Het zou een lange speurtocht naar een koper worden. Zeker in deze tijd van het jaar denken weinig mensen aan het kopen van een caravan.

12 november 2011

Band lekgestoken

image

De fietsen staan anders dan ik ze achtergelaten heb vanmorgen. Een klein fietsje drukt tegen mijn fiets aan. Het stond er eerder niet. Ik trek mijn fiets uit het rek en merk dat er iets niet in orde is. De band is lek. Dat was hij vanmorgen niet toen ik hem erin reed. Er heeft iemand aangezeten. Dat zie ik. Zouden ze?

Ik kijk snel, maar zie niet iets dat wijst op een leeggedraaid ventiel. De band is zo plat als een dubbeltje. Lopen, er zit niks anders op. De novemberduisternis slaat om zich heen. Samen met de waterige kou doet het mij naar huis verlangen. Maar het gaat niet. Ik moet met een fiets aan mijn arm lopen. De lekke band zorgt ervoor dat hij onstabiel over de straatstenen zwabbert.

Ik heb geen zin om mijn fiets thuis aan een uitvoerig onderzoek te onderwerpen. Als ik lucht in het ventiel blaas, blaast ergens anders de lucht er even hard uit. Er is geen land mee te bezeilen. Lekgestoken met een mes, luidt mijn snelle conclusie. De plek staat te ver van de loop af. Op een onbewaakt moment – en die zijn er veel in een onbewaakte fietsenstalling – kunnen vervelende lieden toeslaan.

Naar de fietsenmaker. Hij lacht me al toe, noemt mijn naam. Een slecht teken. Deze maand ben ik al eerder bij hem geweest met een kapotte fiets. Nu heeft de achterband het begeven. De schade: 42 euro voor een nieuwe binnen- en buitenband. Of hij is lekgestoken, durft hij niet te zeggen. Ik zie de grote gaten in de buitenband en weet genoeg.

Wat de lol aan het leksteken van andermans band is, zou ik niet weten. De schade is groot. Ik vraag me af of ik niet gewoon mijn fiets op een andere plek ga stallen. Het zou mij een hoop ergernis schelen. Maar dan loop ik de kans op een bon. Vaak werkt het zo namelijk: een draaideur is moeilijker tot stilstand te krijgen dan een fietser zonder licht.

11 november 2011

Sint Maarten

image

Heb jij nog iets van snoep in huis? Snel alle kasten uitmesten. Hollen naar de winkel en een leeg schap aantreffen. Geen snoep. Mandarijntjes, dat is nog gezond ook. Maar die schappen zijn eveneens leeg.

Thuis vind je nog een kaal rolletje pepermunt. Snel klaarleggen. Je kunt wel onder de tafel kruipen van schaamte. De bel gaat. Help. Daar staan ze. Je ziet hoe ze naar binnen proberen te turen. Maar je houdt je verstopt.

Gelukkig staat mijn snoeppot klaar. Snel vergaard uit de proviandkast. Het grote graaien kan beginnen…

10 november 2011

Almere en het cliché

image

De kop trekt mij al direct ‘Heerlijk negatief over Almere‘. De debutante Anouk Kemper heeft een roman geschreven over Almere. Het is een ’thrillerachtig’ boek. Niet alleen de moordenaars maar vooral de stad zelf het moet ontgelden bij Anouk Kemper. ‘De Almereverachting spat er in Amsterdamse dosis vanaf’, schrijft De Pers.

Als je vertelt dat je in Almere woont, moet je beginnen met een verontschuldiging. Alsof het erg is dat je er woont. Ik ben er destijds bewust gaan wonen en koos niet voor Amersfoort of Amsterdam. Volgens Kemper zijn de inwoners van Almere dom en laagopgeleid. Als ze in Amsterdam was opgegroeid was ze waarschijnlijk zo’ n vervelend en elitair meisje zijn geworden, kopt een inzet erbij.

09 november 2011

F. Springer

Het was 1998. F. Springer was gastschrijver aan de Universiteit Leiden. Ik dobberde in die tijd op en neer tussen Berlijn en Leiden. Ik slingerde net zo hard tussen twijfel en verdriet. Juist in dat jaar was daar de gastschrijver: F. Springer. Een pseudoniem voor Carel Jan Schneider.

Hij was ambassadeur geweest in Berlijn. Berlijn, de stad die ik net leerde kennen. De stad waar ik verliefd op was. Met hem wilde ik kennismaken. Hij, de beroemde schrijver, F. Springer. Ik had net daarvoor een prachtig interview met hem gelezen in Vrij Nederland. Over Berlijn. Precies de plekken waar ik ook was. Het Palast der Republiek, dat niet gesloopt werd vanwege de asbest. En de brede Frankfurter Allee.

08 november 2011

Scheppende Android

Het begon met wordfeud dat het niet deed, daarna hield alles ermee op. En dan komt het humeur los. Inge baalde van de kapotte telefoon. ‘Niks doet het meer’, riep ze. Een hele ochtend ploeterde ze met haar mobieltje.

Ik kon het niet aanzien, gaf haar allerlei tips en niks hielp natuurlijk. Daarom bedacht ik plotseling dat ze mogelijk een nieuwe update moest ophalen. Via het snoertje van telefoon naar computer, zou dat moeten werken. Ook dat werkte niet. Daarom paste ik het eerst maar eens toe op mijn telefoon.

De telefoon maakte contact met de computer, haalde de update naar binnen en sloeg aan het werk. Een operatie van een uur startte. Ik mocht zelfs de telefoon opnieuw aanzetten. Op het moment dat hij de nieuwe update van Android echt downloadde, verscheen het Android-mannetje in beeld. Met de schep in de hand en druk aan het werk.

Hij begon en liet een nieuwe interface zien. Daarna sloot Inge haar telefoon aan. Dit keer praatten beide media met elkaar. De computer herkende de telefoon en omgekeerd.Ook bij haar verscheen het mannetje van Android scheppend in beeld.

Ik moet best wennen aan de nieuwe interface. Het stelt weinig voor. De balk bovenin is iets anders. En toch is het wennen.

07 november 2011

Hoog staaltje vakmanschap van leermeester Gerben Mourik

image
Het Flentrop-orgel in de Oosterkerk te Bergentheim

Als afsluiting van de 3-daagse cursus Koraalimprovisatie gaf Gerben Mourik een improvisatieconcert. Het cursusorgel bood genoeg inspiratie voor een improvisatieconcert van een uur. Vooraf konden de deelnemers thema’s opgeven. Zo ontstond een aantrekkelijk en gevarieerd programma waarbij allerlei aspecten van de cursus in de praktijk uitvoerde.

06 november 2011

Koraalimprovisatie - dag 3

image

De derde en laatste dag improviseren in Bergentheim was minstens zo inspirerend als de voorgaande 2 dagen. Ik moest er wel even goed inkomen. Op vrijdagavond hadden we nog tot laat in Den Ham geluisterd naar de orgels in de Gereformeerde kerk en de Gereformeerd vrijgemaakte kerk ‘de Fontein’.

Vooral de laatste kerk was indrukwekkend met het orgel van William Holt. Organist van de kerk en medecursist Herman Hamberg. Hij speelde werken van Vierne, Schuurman en Lemckert. Orgelwerken die prachtig klonken op dit qua klank stevige instrument. Als toetje kregen we een improvisatie van onze docent Gerben Mourik.

In de Gereformeerde kerk mochten we kennismaken met het spel van de organisator van onze cursus Henk Dubbink. Het orgel viel een beetje tegen, maar hij wist het beste eruit te halen.

Daarmee verliep het op de derde dag allemaal wat anders. Aanvankelijk had ik ook het gevoel dat het een dag teveel was. Zo gingen we door met elementen als de fuga en de toccata. Nuttige en leerzame informatie, maar ik moet nog werk maken van de bouwstenen die we de eerste 2 dagen kregen uitgereikt. Het was een beetje teveel voor me.

Het hoogtepunt gisteren was vlak voor het einde. We kregen de vraag om een schetsje te maken op basis van een lied dat Gerben Mourik aan ieder opgaf. Bij mij draaide hij het om hij gaf een lied – gezang 218 – en ook het schetsje. Ik stond er een beetje sceptisch tegenover. Ik moest de ‘f’ repeteren en daar dan op variëren. ‘Ja, we gaan het even anders doen’, zei hij. Dat hij er eigenlijk een andere bedoeling mee had, vermoedde ik wel.

Hij haalde met deze opdracht namelijk helemaal mijn improvisatiestijl en voorkeur naar boven. Ik ging voor ik er erg in had helemaal los. Iets wat ik nog niet gedaan had. Natuurlijk veel te wild, maar het haalde het laatste restje schroom bij mij weg. Ik liet mij uitdagen en nam de uitdaging gretig aan. Eindelijk kwam de improvisatie in mij los. De opmerkingen en tips die ik kreeg, bieden veel materiaal en oefening aan om heel lang mee aan de slag te gaan.

Tot slot enkele huiswerktips die we meekregen:

  • studeer elke dag: dagelijks ongeveer 10 minuten studie op loopjes en harmonisaties levert al veel resultaat op.
  • begin met de harmonisaties. Ga op de eerste dag de C-ladder oefenen en begin met de stijgende D-ladder. Op dat 2 begin je gelijk met de D-ladder (stijgend) en maak hem af. Als je de ladders C, D en A kunt spelen, ga je ze in verschillende tempi spelen. Elke dag eentje.
  • studeren is wat anders dan het doorspelen van je muziek. Oefen aspecten, figuren, loopjes, accenten.
  • neem jezelf op in de kerk en analyseer je improvisatie grondig. Wat deed je goed en waar heb je waardevol materiaal laten liggen? Hoe heb je geharmoniseerd?

05 november 2011

Koraalimprovisatie - dag 2

image

Een leerzame dag, na de kennismaking van de eerste dag. Zo leerden we een barokke toccata te improviseren. Dit kan met eenvoudige middelen. Het helpt om te beginnen met een toonladder.

Het andere deel dat een belangrijk onderdeel van de dag vormde, was het maken van een fugatisch voorspel. Het vereist veel denkwerk en aandacht vooraf.  Wat je vooraf moet bepalen is het thema. Hou dat vooral eenvoudig. Daarnaast is het belangrijk de opbouw van stemmen in de gaten te houden. En daarnaast met welke toonafstand de inzetten worden gespeeld. De eerste en derde komen overeen en de tweede en vierde zijn hetzelfde. Het uitschrijven van de thema’s helpt goed bij het improviseren. Daarnaast is het ritme ontzettend belangrijk.

De praktijk is echter weerbarstiger. Het materiaal dat is aangereikt, biedt inspiratie en handreiking voor maanden oefening. Daar zal het niet aan liggen. De oefening misschien wel. Als ik iets geleerd heb, is het dat oefening kunst baart. Inspiratie kost weinig tijd, de uitwerking is het meest bewerkelijk.

04 november 2011

Koraalimprovisatie - dag 1

image

Spannende dag gisteren, maar erg leuk en intensief. Onder leiding van Gerben Mourik leren we onze eigen grenzen kennen. Het Flentrop-orgel in Bergentheim biedt ons ook alle mogelijkheden. Het gastvrije onthaal van Henk Dubbink doet de rest.

Het spelen voor de groep vindt ik nog wel een beetje eng. Ik verwacht dan veel van mijzelf. Gelukkig zorgen de begeleiding en opbouwende tips van Gerben Mourik voor de rest.

Improviseren en harmoniseren zijn 2 aspecten die hand en hand samengaan. Het lijkt of deze  weinig aandacht krijgen in het reguliere orgelonderwijs. Terwijl ze ontzettend belangrijk zijn. De intensieve dag maakt me wel weer enthousiast om hiermee verder te gaan.

03 november 2011

Cursus koraalimprovisatie

koraalimprovisatie op het harmonium
Oefenen op het harmonium

Een rit van 2 uur en heel veel zenuwen. Vandaag begint de 3-daagse cursus koraalimprovisatie in Bergentheim. Het was ergens voor de zomer dat ik het bericht tegenkwam op de website van Gerben Mourik.

Sinds het concert in Den Ham vorig jaar ben ik erg enthousiast over hem. Maar nog meer van de 2 improvisatiecd’s die ik van hem heb. Onderweg naar Mansfeld heb ik de cd’s grijsgedraaid. Vooral de koraalbewerking op Aus tiefer Not en de Meditation kunnen rekenen op mijn bekoring.

Van hem zou ik nog weleens les willen hebben, dacht ik. Ik veronderstelde dat het voor mij niet zou zijn weggelegd. Maar nu mag ik meedoen met 14 anderen in de Oosterkerk van Bergentheim. Het zijn intensieve dagen waarbij zo’n 5 tot 8 uur per dag wordt orgelgespeeld. Hoe de les verder is ingedeeld weet ik niet.

Eindeloos heb ik de laatste weken geoefend om mijn stroeve vingers weer een beetje los te krijgen. Zenuwachtig omdat ik ook besef dat mijn spel niet kan tippen aan dat van een betere amateur. Tegelijkertijd weet ik zeker dat ik er heel veel van opsteek.

‘Wat ga je ermee doen?’ vroeg mijn moeder laatst. ‘Genieten’, antwoordde ik. Muziek maken en leren muziek maken is iets van het moment. Dan moet je vooral niet nadenken wat je ermee gaat doen. Stilletjes hoop ik natuurlijk dat ik straks een stukje beter kan harmoniseren en improviseren.

Wie weet…

02 november 2011

In heksenkringen

De herfst begint pas goed als de heksenkringen opduiken. Midden op het grasveld van het Manifestatieveld lachte een heksenkring mij toe. De inktzwammen groeiden op een kluitje.

De hoedjes waren al opengeklapt en ze lieten donkere sporen na in het gras. Genoeg nazaad om een nieuwe kring te veroorzaken.

01 november 2011

Draken en Ginkgo Biloba

De Ginkgo Biloba in mijn achtertuin staat er het hele jaar mooi te wezen. Maar tweemaal in het jaar trekt de boom extra mijn aandacht: in het voorjaar en in de herfst. Het voorjaar omdat het blad zich dan begint te vormen.

In het najaar verspringt de boom in een prachtig gele tint. De kleur trekt alle aandacht naar zich toe. De bladeren die dan op de grond vallen, roepen het gedicht van Goethe meer dan ooit op.

Zonder dat gedicht van Goethe was de Japanse kers niet zo geliefd geweest. Ik legde gisteren een knalgeel blad op mijn handpalm en legde het Doris uit. ‘Kijk maar het lijkt net of het 2 blaadjes zijn en toch is het 1 blad.’ Ze keek met belangstelling.

Dat de boom een brand overleeft vond ze nog interessanter. ‘Daarom is de boom ook ontzettend oud’, legde ik uit. ‘Hij heeft de dinosaurus nog gekend’, zei Inge. ‘En de draak ook’, antwoordde Doris. ‘Ook het vuur van de draak kon hem niet verbranden.’