31 maart 2012

Auto leren kennen

image

Dan heb je een nieuwe auto en moet je hem natuurlijk leren kennen. Vandaag met het gezin wat langer op weg geweest. Zo maakten we kennis met het voertuig op een wat grotere afstand dan het proefritje van vorige week. Een ritje naar Veenendaal.

Het is zeker een vooruitgang. We liggen stabieler op de weg, De Ford Fiesta maakt minder lawaai als hij boven de 100 kilometer komt en hij zit confortabeler dan het 18 jaar oude Starletje. Wel moet ik een beetje wennen aan de tragere koppeling. Je kunt de auto laten wegrijden zonder gas te geven. Daar had de Toyota meer moeite mee. Bij het inhalen op de snelweg heeft de Ford weer moeite om op snelheid te komen. Dat vraagt wat geduld.

Zo heeft elke auto zijn voordelen. We zijn wat onwennig, maar ik denk dat het heus wel wat gaat worden tussen ons. Voor de honden is alles hetzelfde. Een scherp bochtje is genoeg om de maag te roeren en de inhoud aan het nieuwe kleed van de Lidl toe te vertrouwen.

30 maart 2012

Papier op

toiletpapier op
Lege toiletrol

Ik moet nodig. Snel zo snel als ik kan in de richting van de toiletten. Ik draag het platenboek met de mooiste treinreizen onder mijn oksel. Nooit weet ik precies waar de deur zit in de lange zwarte wand. Ik vlieg naar binnen en wil de deur van het enige toilet opentrekken. De deur zit dicht. Er klinkt wat zenuwachtig geschuifel.

Dan klikt het slot open een man komt het toilet uit. Hij wijst naar mijn boek en mompelt iets van ‘geen boek’. Ik ben verontwaardigd. Ik moet nodig, waarom mag ik niet mijn boek meenemen? Hij is al weg zonder zijn handen te wassen. De deur uit. Ik ben zo gelukkig dat ik deze plek gevonden heb. En ga zitten. Als ik in de toiletpapierhouder kijk, ben ik te laat. Geen papier. Dat zei de man.

Ik blader in mijn boek en overpeins hoe ik dit ga oplossen.

29 maart 2012

Nieuw autootje

Onze Ford Fiesta

Daar is hij dan: het nieuwe autootje. Met ruim 6 jaar en nog geen 79.000 op de teller is het een jong deerntje in vergelijking met het oude bessie van 18 jaar dat we dinsdag afvoerden. Een Ford Fiesta, een grijze. Ik hoop dat deze ons net zo ver brengt als de vorige auto die ruim 213.000 kilometer erop had zitten.

Vanmiddag haalden we er Doris mee op van de BSO. De hondjes mee, konden ze gelijk eventjes wennen aan een autoritje. Het is een pietluttig afstandje van een paar honderd meter. Nog voor we op de bestemming waren, rook ik een luchtje in de auto dat me bekend voor kwam. Teuntje gaf over.

Op de terugweg moest Saartje eraan geloven. De honden zaten zwijgzaam en keken een beetje misselijk uit de oogjes. Blij dat we thuiswaren een paar voetstappen verder. Zo bedekte een vers laagje kots onze achterbank. Hij was ingewijd. De eerste vlek is de ergste. Ik stond even later te boenen. Het was mijn idee de honden mee te nemen.

Gelukkig bij de Lidl nog beschermde dekens van canvas lagen.

28 maart 2012

Follow the leader

imageEen caravaan fietsers klimt omhoog. De helling brengt ze ter hoogte van het station. Het fietspad loopt evenwijdig aan de spoordijk en klimt hier omhoog over het stationsplein. Een flinke klim, zeker voor een fietsgezin. Vader rijdt voorop, 2 kinderen volgen, een gat in de rij. Dan komt de puberdochter. Hekkensluiter is moeder. Haar fietstassen achterop markeren het einde van de rij.

Ik loop hard. Ze halen mij in. Traag omdat ze klimmen. Vader rijdt overtuigd vooruit. De zekerheid straalt van zijn rug. De 2 kinderen volgen gedwee. Als dochter de kruising voor de klim passeert, komt de muiterij. ‘Moeten we niet afslaan’, gilt ze naar haar vader die al 100 meter verder rijdt. Hij nadert het hoogstepunt van de klim. De rug antwoordt.

Moeder heeft geen zin in gezeur. ‘Rij maar gewoon door, achter hem aan. Hij weet het wel. Follow the leader.’ ‘Maar het is verkeerd’, zegt de dochter. ‘We moeten er hier af.’ ‘Nee’, zegt moeder stellig. ‘Je vergist je. En zo komen we er ook.’

Zo stijgen de hekkensluiters ook. Gedwee achter de leider aan.

27 maart 2012

Starletje

imageHet moest er van komen. Ons 18 jaar oude Toyota Starletje is vandaag verkocht. Voor 200 euro aan een opkoper uit Breda. Niet dat hij niet meer reed maar de naderende APK en het aanbod van een andere auto deed ons besluiten hem weg te doen.

Ik heb mannen die met hun auto praten alsof het hun minnares is nooit begrepen. En ik begrijp ze nog niet, maar dat je gehecht kunt raken aan een auto wist ik niet. Vooral zo’n auto die je nooit in de steek heeft gelaten. Op die keer na dat het heel hard vroor en de accu leeg was. En nog een keer: een lege accu op een warme zomerdag. Maar dat tellen we niet mee.

Vandaag werd hij opgehaald. De papieren ingevuld en daar ging hij. De oplegger die hem kwam halen, paste niet in onze achterom. Daarom mocht hij er bij het parkeerterrein van het nabijgelegen restaurant op. Daarna verdween hij. Weggedragen naar verre oorden. 11 jaar lief en leed.

Dag autootje.

26 maart 2012

Nietje sluit De pers alvast

image

De nietjes van De pers vallen midden in het krantje vanmorgen. Alsof ik hem nu al niet meer lezen mag. Wat de pagina’s bijeen moet houden, is veranderd in een slot. De eerste helft van de krant maak ik los met mijn nagels tussen het metaal van het nietje.

Nog een week De pers, daarna stopt het gratis krantje. Jammer, want het bevatte leuk nieuws. Zoals vandaag een kritisch bericht over de duurzaamheid van de ASN-bank. Het heeft als kop ‘ASN maakt vooral zijn eigenaar [SNS] heel duurzaam‘. Berichten die je minder snel vindt in die andere gratis kranten Metro en Spits. Zij hebben het vooral van ANP-berichten.

imageRechtsboven op de voorpagina staat dat zich 6002 abonnees hebben aangemeld. Voor een reddingsactie is het laat. Bovendien is het in de abonneewereld weer andere koek. Daar gelden andere  kwaliteitsnormen. Ondertussen zie ik ook hoe reizigers de tijd ond er weg doorbrengen: turend op het scherm van de mobiel. De smartphone is een geduchte concurrent geworden. De vraag.is niet of maar wanneer het doek voor de andere 2 gratis kranten valt.

25 maart 2012

Lenteloop

De zon nodigt uit voor een rondje langs de Lepelaarsplassen, het Wilgenbos en via het Hanny Schaftpark naar huis. Bij de Noorderplassen ontdek ik dat er een wedstrijd was. In mijn mailbox stond het een paar weken geleden al: de Lenteloop van atheliekvereniging Almere ’81.

Bij de Noorderplassen is het een klein stukje dat ik de route doorkruiste. Ik hol heerlijk in de richting van de natuur. Ik ren de dijk op bij het gemaal. Een auto keert op het fietspad, beneden haalt iemand net vogeltjes uit een net dat gespannen stond tussen 2 palen. Verderop is een markt. Boven het kraampje links vormen hoofdletters het woord ‘honing’. De potten ‘Van het een of ander’ staan opgestapeld onder het woord.

Voorbij het sportpark haak ik weer in de route van de Lenteloop. Langs mij rijden 2 rolfietsers met hoge snelheid. ‘Wil je water Jan?’ vraagt de ene fietser aan de andere. ‘Hoef jij dan niet?’ ‘Nee, ik heb water bij me.’ Ze vliegen laag over de grond met hun rolstoelfietsen. Jan laat zijn wiel even los om het bekertje te vangen. Water klotst over de randen heen op het fietspad.

Wat verder ren ik uit de route en kom er bij het beklimmen van de brug over de vaart weer in. Dit keer ren ik tegen het verkeer. Bezweet hollen ze mij tegemoet. Op het bordje staat ‘8’. Ik zie het pas als ik het voorbij ben en mij omdraai.

Achter elkaar aan komen de renners mij voorbij. Soms haalt een achterligger zijn voorligger in, maar vooral blijven ze keurig achter elkaar. Gericht op het persoonlijke record. Als het moet halen ze iemand in. Alleen als het echt moet. Ik passeer bij het Hanny Schaftpark het volgende bordje. Er staat op: ‘7’.

Ik herken de hollende massa. Een paar jaar terug rende ik alle lopen van Flevoland, ook de Lenteloop. Ik doe het niet meer. Ik ren mijn eigen wedstrijd. Het voorjaar brult en juicht de overwinning. Ik geniet van de eenzame training. Altijd de eerste plaats. De zon huldigt mij. Ik ben thuis.

24 maart 2012

Tijd verzetten

zomertijd
De klok een uurtje vooruit

Een collectief voor de gek houden is het verzetten van de tijd vannacht. Een uurtje minder slaap kun je wel bedenken, maar het lichaam vertelt iets anders. Daarom maak ik mij vanavond alvast wijs dat het een uur later is. Ik heb de klok alvast een uurtje later gezet.

Doris ging om half 9 naar bed, waardoor ze eigenlijk een uurtje opbleef. Het mooie verhaal van Winnie de Poeh gooide roet in het eten. Teigetje was met Roe in de boom geklommen omdat Teigetjes het beste van alle dieren kunnen klimmen. Als ze halverwege de boom zitten en hij bijna valt, durft hij niet meer omhoog en niet meer naar beneden. Roe vindt het prachtig. Vooral het moment dat Teigetje net deed of hij ging vallen.

Te spannend om weg te leggen, zodat Doris alsnog later ging slapen dan de bedoeling was. Daarom beginnen we morgen maar alvast met elkaar voor de gek houden. Dan doen we alles een uurtje eerder.

23 maart 2012

Volgende keer beter

lege pot pindakaas

NOS op 3 interviewde de directeur van NS reizigers en de directeur Operatie Prorail. Hoe het toch kon gebeuren dat een falend computersysteem 100.000 reizigers dupeerde. Ze waren vooraf geïnstrueerd door een media-adviseur. Geef ruiterlijk je fout toe, zeg dat je het ontzettend betreurt en zeg vooral dat het je spijt.

Ze deden het keurig. Hij van Prorail keek zelfs eventjes berouwvol naar de grond en noemde eventjes de mensen die het meest de dupe waren: hij die een sollicitatiegesprek heeft, zij die een examen moet doen en het oudere echtpaar dat het vliegtuig mist door toedoen van de falende spoorwegen.

Het speet haar van NS Reizigers gelijk verschrikkelijk. Alsof ze per ongeluk een kopje had laten vallen dat op de vloer uit elkaar was gespat. Zo speet het haar. Toen ging het mis.

Er hadden wel bussen gereden maar de reizigers wisten het niet. ‘We hebben het niet van de daken geschreeuwd anders zouden we verwachtingen wekken die we niet waar kunnen maken’, zei ze.

De verwachtingen waren al gewekt: de spoorwegen vertelde tot ver na half 8 dat de storing om 9 uur verholpen zou zijn. Het duurde tot in de middag voordat de boel een beetje op de rails was. En bepaalde treinen hebben de hele dag niet meer gereden.

Ze gingen het samen evalueren. ‘Daar gaan we van leren. Volgende keer beter’, zei de directeur Operatie van Prorail. ‘Volgende keer beter.’ Het mooie acteerwerk van zojuist smolt als sneeuw voor de zon. Alle mediatraining ten spijt, waren ze ook nu niet bestand geweest tegen de camera. Volgende keer beter, helaas pindakaas, jammer de bammer. Het hele riedeltje clichés werd weer uit de kast getrokken.

Zonder goed verhaal is mediatraining zinloos. Helaas pindakaas. Volgende keer beter.

22 maart 2012

Geen treinverkeer

image
De stationshal van Almere Centrum loopt langzaam vol

Het begint als je eraan komt fietsen. Er hangt iets in de lucht. Bij de klim op het fietspad ving al iets op. Het einde van het perron ligt naast het fietspad. Het is dan nog een aardig tripje maar als er iets omgeroepen wordt, kun je dat horen. ‘We vinden de overlast erg vervelend daarom bieden wij u gratis een kopje koffie aan in de kiosk.’

Overlast? Gratis kopje koffie? In mijn onschuld denk ik aan de afgesloten (rol)trappen op het station die al weken voor overlast zorgen. Om daar een kopje koffie voor aan te bieden? Ik fiets door. De stationshal passeer ik. Drommen mensen wachten voor de automaten. Het is druk op dit uur.

Ik wil mijn fiets wegzetten. Iemand anders is nog bezig. Hij haalt zijn fiets juist weg. Een ongebruikelijke handeling. Hij heeft muziekdopjes in de oren, dus hij schreeuwt een beetje. ‘Ga maar weer naar huis. Er rijdt toch 9 uur geen trein. Een storing.’

Lätta Lekker Luchtig
Gratis uitgedeeld promotiepakketje Lätta Lekker Luchtig

Toch nieuwsgierig wat er precies is, neem ik poolshoogte. Een massa mensen staat in de stationshal. Niet alleen bij het kaartjesautomaat. Overal. In de hal staan 2 grote stands van Lätta. Lätta Lekker Luchtig staat op een groot bord boven de stand. Jongelui delen bakjes Lätta uit. Er zit een minuscuul broodje in met een rond bakje ‘luchtig opgeklopte halvarine’ die je zo uit de kuip kunt ‘scoopen’. Ik krijg een bakje van een donkere jongen.

De mensen in de hal scoopen niks. Ze kijken lijdzaam naar het bord waar de mededeling dat er geen treinverkeer rijdt, onveranderd blijft. Opnieuw klinkt de omroeper: ‘We vinden de overlast erg vervelend daarom bieden wij u gratis een kopje koffie aan in de kiosk.’ De kiosk op het station zit potdicht. Misschien is dat wel de grap. ‘Ik moet echt om 9 uur in Amsterdam zijn’, hoor ik iemand zeggen.

Gratis kopje koffie, maar de kiosk zit potdicht

Ik loop terug naar mijn fiets. Lijdzaam toezien dat er geen treinverkeer rijdt, hoef ik niet. Daarom loop ook ik terug. Als ik mijn fiets uit het rek haal, komt een nieuwe klant. ‘Ga maar weer naar huis’, zeg ik. ‘Er is een grote storing. Er rijdt tot zeker 9 uur niks.’ De man kijkt mij vreemd aan, zet zijn fiets weg en loopt naar de hal met wachtende mensen.

21 maart 2012

Doortje

image

De voorjaarszon schijnt in het straatje langs de seniorenwoningen. Een oudere vrouw staat buiten in het smalle strookje tuin van haar appartement. Tussen tuin en pad staat een hek. De bebladerde struiken drukken hoog tegen het hek aan.

Ze heeft een grijze trui aan, de armen in de zij. De borsten steken puntig naar voren. Haar haren keurig in de krul. Ze kijkt tevreden naar de zon. Hij streelt het straatje langs haar appartementencomplex.

De voorjaarswarmte waait onwennig door de bomen aan de andere kant van het pad. Een merel fluit een overtuigend lied. Achter het huizenblok rollen de wielen van een tram over de rails.

Een man loopt over het zonnige pad. Hij sloft traag. Zijn schaduw loopt schuin achter hem aan. Zijn kale hoofd en de grijze haren aan weerszijden van de bleke knikker, verraden dat hij ook op leeftijd is. Een geruit spencer draagt hij. Zijn gestalte is lang. Hij beent groots door het straatje in de richting van de vrouw.

‘Hoe is het met Doortje’, vraagt hij. ‘Het gaat goed met Doortje’, antwoordt de vrouw. Ze glimlacht beleefd terug. Dan moet hij er zelf om lachen. ‘Dat is mooi dat het goed gaat met Doortje.’

Ze maken even een praatje, dan draait zij zich om het appartement in en sloft hij verder.

20 maart 2012

Van knooppunt naar knooppunt

Knooppunt Muiderberg bezien vanaf de fiets

Vandaag na ruim een week vrij reed ik langs de route die ik vrijdag fietste. Ik rijd het elke dag maar het ziet er vanaf de fiets heel anders uit. Ik heb het geprobeerd te vatten in een paar filmpjes. Niet elk filmpje was even geweldig, maar na een bewerking heb ik 2 filmpjes geselecteerd.

In de polder bij Muiden
Ik refereer naar mijn fietsrit in oktober naar Amsterdam. Ik heb vrijwel dezelfde tocht gemaakt vrijdag. Het weer verschilde wezenlijk van de vorige keer. En het was een stuk minder druk. Rustig zelfs.

Van knooppunt naar knooppunt
Op mijn fietstocht reed ik van knooppunt naar knooppunt. De tocht werd gemarkeerd door  knooppunten. Niet alleen op de fietsroute. De route zelf werd herhaaldelijk onderbroken door knooppunten met autowegen, spoorwegen en vaarwegen. Het is dan erg leuk om er per fiets mee kennis te maken. Het levert een nieuw perspectief op een bekende route.

Erg leerzaam om te doen. Ik ga er zeker mee verder. Voor de volgende keer wat minder improviseren en wat meer voorbereiden.

Boten varen door het Amsterdam-Rijnkanaal bij Amsterdam

19 maart 2012

Narcissen

voorjaar in het park

Op weg naar het park voor een rondje lopen lagen de paden vol met narcissen. Een prachtig gezicht. Het voorjaar hangt in de lucht. Wat verderop groeien de bloemen in perken. Trots steken de gele narcissen boven het groene gras uit. Ze blazen hun trompet over het jonge groen.

Een meisje loopt met twee vrouwen de velden met bloemen tegemoet. Ze plukt een bosje narcissen. Een vrouw loopt achter een kinderwagen. Een kind krijt in de richting van de gele bloemen. Het meisje gaat verder het bloemenveld in en plukt onverminderd voort. Een bosje gele bloemen houdt ze trots in haar hand omhoog.

Ik zie het van verre aan. Nu snap ik waarom de paden bezaaid liggen met geplukte narcissen. De vrouwen die bij het kind lopen, lijkt het niet te deren. Het kind plukt onverminderd voort uit de gemeenschappelijke tuin. In de andere hand houdt ze een eerder losgetrokken takkenbos vast.

Wel jammer. Bloemen horen niet in de vaas. De bloei in het veld vertelt meer dat het voorjaar is dan de verwelkende bloem in de vaas. Jammer dat de moeders dat niet vertellen aan hun dochter. Boven het feit dat iets wat van allemaal is niet zomaar door iedereen geplukt mag worden.

18 maart 2012

Van het boek en de troost

hoe het boek tot troost kan dienen
Hoe het boek tot troost dient

Een leuke bijkomstigheid van het gestruin in de boeken van kringloopwinkels zijn de opdrachten en krabbels op de eerste bladzijde. Sommige boekenliefhebbers hebben er een hekel aan. Ik vind het geweldig. Een tweedehands boek heeft een geschiedenis.

Boeken die van eigenaar naar eigenaar gaan, hebben gebruikssporen. Zo vertelt het boek een eigen verhaal. Bij oude handschriften is dit belangrijk en vormt het een wezenlijk onderdeel. Bij moderne gedrukte boeken, vinden eigenaren het vaak irritant.

Bij mijn laatste rondje kringloopwinkels stuitte ik op een boek van Ronald Giphart. Ik heb het al, anders had ik het zo meegenomen. Er stond een tekst van de eigenaar voorin: ‘na een hopeloos slecht tentamen’. De tekst spreekt boekdelen: het boek als troost. Er gaat iets mis en je koopt een boek.

Het gevoel dan thuis te komen en in het boek te bladeren, de verhalen te lezen. Geen betere troost dan het lezen van een goed boek. Zeker na een slecht tentamen.

17 maart 2012

De boom in

boomtakWe lopen in het park. Ze vraagt of ze in de boom mag klimmen. Het is een puntige boom midden in het park. De boom staat tegenover het kinderspeelplaatsje dat met de jaarwisseling ten prooi is gevallen aan vandalisme. De zandbak met glasscherven is het enige dat rest.

Ze rent over het grasveld in de richting van de klimboom. De stam splitst. De takken steken als een indianentooi omhoog. Ze klimt er behendig in omhoog. De twee voeten geklemd tussen de takken, maken het tot een soort trappetje omhoog. Ik kies het pad door de bossages. Dan kom ik achter de boom uit. Zo heeft ze nog even de tijd te klimmen. De 2 honden volgen. Of beter gezegd de ene trekt, de andere slentert achter me aan.

Als ik op het pad achter de bosjes loop, zie ik haar niet meer in de boom. Dan ineens hoor ik gegil. Ik denk dat het wel meevalt, maar het gegil wordt heftiger. Die is gevallen, schiet door me heen. Ik begin een drafje te maken. Teuntje die voorop loopt, vindt het heerlijk. Saartje die achteraan bengelt alsof ze een staartje van mij is, vindt het wat minder. Ik trek haar voort.

Als ik het hoekje van de bossage passeer, zie ik haar in de boom. Ze hangt aan een tak. Haar benen schieten heen en weer, net als haar armen. Ik weet niet of het wel klopt wat ik zie. Ze schreeuwt. Brult. In de verte, aan de andere kant van het veld laat iemand zijn hond uit. Ik ren met de honden naar haar toe. Trek Saartje mee achter mij aan, sneller dan ze kan.

Ze hangt aan de achterflap van haar jas aan een tak van de boom. Ze brult. Tranen lopen over haar wangen. Ik til haar op en haal haar naar beneden. ‘Wat is er gebeurd’, vraag ik. ‘Ik wilde aan de tak hangen, maar ik bleef hangen in de boom.’ Ze had losgelaten en hoopte dat de jas niet sterk genoeg was. Dan zou ze vanzelf naar beneden komen. Maar de ruim anderhalve meter boven de grond leek me voor een val ook wel ruig.

Gelukkig was ik sterk genoeg. Ik word als een held onthaalt en ik voel me ook een beetje een held. ‘Zullen we naar huis gaan?’ vraag ik. De schrik nog in de benen. De honden willen nog even troosten. ‘Nee, ik wil nog even klimmen in die boom.’ Ze wijst naar de andere boom. De takken wijzen eveneens omhoog. En ze klimt hoger dan de vorige keer.

Ik kan er nu niet meer bij om haar te bevrijden als het misgaat. De held op sokken. Ik kan heel veel, maar in een boom klimmen…

16 maart 2012

De bruggen bij Weesp

Omdat ik er al een hele week zin in had vandaag een fietstocht gemaakt. Ik heb een 3 kringloopwinkels op de fiets aangedaan. Op de Hollandse brug fietste ik een defect treinstel voorbij. Ik reed via Muiden naar Amsterdam Zeeburg, Diemen en Weesp.

Vooral bij Diemen en Weesp zag ik de bekende route vanuit het perspectief van de fietser. Erg leuk om te zien. Vooral ook omdat de route zo vertrouwd is, maar op de fiets er totaal anders uitziet.

Daarnaast heb ik geprobeerd om een videoverslag van de reis te maken. Er ligt veel materiaal dat ik moet bewerken en ik ben er ook niet zo tevreden over. Om toch een indruk te geven van het materiaal, hier een voorproefje: de bruggen bij Weesp.

15 maart 2012

Graafmachine

image
Vanaf de ponton grijpt de graafmachine in het talud. Netjes vormt zijn grijper een nieuwe kade. Het werk aan de kades is bijna klaar. Een houten wand scheidt het land van het water. Nu het restje tussen de wand en de kade nog. Dat werk doet de kleine graafmachine nu.

Ik loop met de honden. Nu ik toch stilsta, kijk ik even naar de hekkensluiter van het werk dat al in januari begon. De graafmachine trekt op de rupsbanden over het oppervlak van de ponton. Een man met een schep in de hand staat aan de kade. Hij schept waar nodig bij.

Aan de andere kant zie ik een vader met zijn zoon kijken. Het kind zit in een buggy. Het jochie kijkt even geinteresseerd als zijn vader naar de verrichtingen van de kleine graafmachine en de grondverzetters.

Over het plein zie ik een vrouw lopen. In haar hand bengelt iets. Ik zie nog niet zo goed wat het is. Ze zwaait met haar andere hand naar de vader en zoon. Ik kijk nog eens goed en zie dat ze in haar hand speelgoed vasthoudt. Het is een graafmachine. Hij hand grijpt zich vast aan de grijper. De rest van de grondverzetter zweeft tussen hemel en aarde.

Het kind steekt de handen naar voren en roept iets. De vader zet de buggy al in beweging nog voor moeder er is. Als ze samen zijn, lopen ze weg van het evenement. Het kind krijt nog iets, maar het geluid van de graafmachine bij het talud overstemt het kinderstemmetje.

14 maart 2012

Boekenweek 2012

boekenweekgeschenk van Tom Lanoye Vanmorgen op de eerste dag van de boekenweek gelijk naar de boekwinkel gerend. Ik wist niet goed wat voor een boek ik zou kopen om een exemplaar van het boekenweekgeschenk van Tom Lanoye in handen te krijgen. Vanaf het moment dat ik op de eenjarige havo een geschenk cadeau kreeg, haal ik in de boekenweek een geschenk op van de boekhandel.

De gewoonte wint het meer dan de kwaliteit van het geschenk zelf. Tijdens mijn studie las ik Kartonnen dozen van Lanoye. Een Vlaamse schrijver die zeker mooi kan schrijven. Of een boekenweekgeschenk dan automatisch lukt, is de vraag. Vorig jaar was ik niet zo sterk onder de indruk van De kraai. Het zegt misschien meer over mij dan over het boek.

Ik vond Sterremeer van F. Springer een mooi boekenweekgeschenk. Het past in mijn beleving goed in het oeuvre van de schrijver die eind vorig jaar overleed. Hoe het boek van Lanoye bevalt, kan ik nog niet zeggen. Ik moet het nog lezen. Een eerste blik in het essay van Nico Dijkshoorn demonstreert de bekende cynische toon. In dat opzicht ook een duidelijke beeld van zijn oeuvre.

Het boekenweekgeschenk zou weer terug naar de roots moeten. Het ontstond namelijk als schrijfwedstrijd. Hella Haasse won ermee en publiceerde Oeroeg. Een novelle die niet meer weg te denken is in de Nederlandse literatuur van na de oorlog. Het boekenweekgeschenk als wedstrijd. De beste wint en krijgt als hoofdprijs de gratis publicatie van het boekje. Een combinatie met andere wedstrijden of initiatieven als 10 pages kunnen meehelpen het boek weer een eindje vooruit te helpen.

Want bij het bezoek aan de boekhandel zag ik wel dat het dit jaar ook zal teruglopen met de verkoop. Het wordt weer mooi weer en dat schijnt dodelijk te zijn in het boekenvak. Bovendien kampt de boekwinkel in mijn woonplaats met een afgezette weg. Fietsers moeten omrijden om bij de boekwinkel te komen. Kortom, de dood in de pot voor de boekenweek.

13 maart 2012

Don't shoot the messenger

Ze komt onverrichter zake terug. ‘Papa ik kan de wc niet vinden.’ Ze mocht van mij zelf naar de wc in de dubbeldekstrein. Maar het is toch lastig om die kleine ruimte te vinden in de schommelende trein. We naderen de eindbestemming, station Almere Centrum.

De trein rijdt Almere binnen en ik weet dat het nog even duurt voordat we er zijn. Snel verzamel ik de spullen, stop ze in de rugzak en loop haar achterna. We hobbelen de trap af. De tussendeuren schuiven open. We schudden over de harmonica tussen de rijtuigen en stuiten op een berg koffers.

De koffers blokkeren de ingang van het toilet. Ze zijn afkomstig van het groepje jongeren dat druk te oreren zit in op de bankjes tegenover het toilet. Geen wonder dat Doris het niet kon vinden. Een groep toeristen zit breeduit en discussieert in een taal die ik identificeer tot Portugees. Hun uiterlijk in combinatie met het wilde gebaren doet vermoeden dat ze uit Latijns-Amerika komen. Ik denk snel aan Brazilië.

Ik vraag in Engels of de deur naar de wc misschien vrijgemaakt kan worden. De vier jongens praten druk verder. Het enige meisje van het gezelschap zucht, trekt een koffer weg en tilt de andere op. Ze zit nog en hangt met haar lichaam over de stoelleuning. We kruipen een weg naar de wc.

Terwijl ik zo sta, gebaart het meisje naar de jongens. Ze wijst naar de wc en begint een lang verhaal. Ik vermoed dat ze haar gelijk wil halen over het gangpad dat vrij moet zijn van koffers. De jongens gebaren even wild terug. Dan draait het meisje om in mijn richting. ‘Central Station’.

In Engels vraag ik of ze in Amsterdam moeten zijn. ‘No, no, English’, zwaait een jongen wild met zijn armen. Ik herhaal mijn vraag in nog eenvoudiger Engels. Hij draait zich om. ‘No, no, English.’ Het meisje kijkt mij geschrokken aan. ‘No, Amsterdam’, herhaal ik. ‘Almere. You must go back, in other train.’

‘No Amsterdam?’ vraagt het meisje. Ze kijkt me aan alsof ik haar voor de gek houd. Ik schud mijn hoofd. Ze begint vervolgens 1 van de jongens van repliek te geven. Ik vermoed dat ze iets zegt als dat ze toch gelijk had. De jongen had op Schiphol beweert dat dit de trein naar Amsterdam was. Het was de verkeerde trein.

De andere 3 jongens beginnen ook te schelden in mijn richting. ‘Don’t shoot the messenger‘, denk ik alleen. Maar voor een citaat uit het oeuvre van Shakespeare zullen de niet-Engelssprekende toeristen weinig boodschap hebben. Hoe mensen kwaad worden op de boodschapper terwijl de boodschap slechts nieuws is. Ik heb het gelijk te doen met alle mensen die slecht nieuws moeten vertellen, terwijl ze er op geen enkele manier iets aan kunnen doen.

De trein mindert vaart en het deurtje van de wc gaat open. Ze is klaar. De handen gewassen. De lucht van rails suist door de koker de trein in. Het deurtje klapt dicht. Ik probeer aan het meisje uit te leggen dat ze naar een ander spoor moet. Maar ze heeft geen oog voor mij. Druk in gesprek met haar 4 reisgenoten. ‘No, no, English’, gebaart de jongen. Hij draait zich gelijk om.

Dan zoeken ze het zelf maar uit denk ik. Ik draai mij om en loop samen met mijn dochter terug naar het andere rijtuig. Als we uitstappen sjouwen de jongeren hun koffers uit het treinstel. Forenzen schieten gehaast langs hen heen. Het meisje praat met een vrouw. De vrouw gebaart wild. De jongen van zojuist kijkt mij snel aan. ‘No, no, English’, zeg ik. De grijns waarmee hij antwoordt, zegt voldoende.

12 maart 2012

Yin en yang

image

Teuntje en Saartje trekken nu 3 dagen met elkaar op. Tijd voor de balans. Vanmorgen zat Saartje even bij mij op schoot. Daarna legde ik haar in de mand. Korte tijd later volgde Teuntje. Ze lagen zo innig in elkaar verstrengeld dat het even op Yin en Yang leek.

Yin en Yang het volmaakte evenwicht. Alleen de kop van Saartje valt buiten de mand. Maar de balans zal snel worden bereikt. We merken het in het gedrag van de hondjes. Teuntje moest zeker even wennen, maar ze knapt erg op van het nieuwe speeltje. Saartje voelt zich meer en meer thuis. Er ontpopt zich een heuse deugniet, maar wel een doordachte deugniet.

Vandaag bij de dierenarts scoorden de hondjes hoog op de schaal van schattig. De dierenarts viel de bijzondere kleur van Saartje gelijk op. ‘Die heb ik nog nooit gezien’, zei ze. De tijgervariant is onder standaard ruwhaarteckels zeker niet gebruikelijk. Het valt meer mensen op. Bij de supermarkt kreeg ik veel aandacht. En ook hier viel de bijzondere vacht op.

Dan heb ik het nog niet over het karakter gehad. De hondjes vullen elkaar goed aan. Een heuse Yin en Yang dus. Niet alleen in de mand maar ook in huis.

11 maart 2012

Sterre of Saartje?

De laatste weken hebben we onze gedachten gebroken over de naam van onze tweede teckel. Uiteindelijk was het duidelijk: ze zou Saartje gaan heten. Gisteren was het moment eindelijk: het ophalen van teckel nummer 2. We reden naar Echtenerbrug en wisten nog niet welke hond ons toebedeeld was. Het zou een getijgerd model worden. Dat wisten we.

Veel te vroeg was ik op de markt om boodschappen te kunnen doen. De groenteboer had zijn kraam half klaar staan. Ik moest lang wachten tot de mensen met de enorme bestellingen klaar waren. De handelaar in huisdierartikelen stond er niet en bij de poelier ontbeenden ze nog een kip.

De aankomst in Echtenerbrug begon vertrouwd te worden. Vanaf half januari zijn we er 3 keer geweest. De weg naar de deur wisten we feilloos te vinden. Teckel Teuntje liep braaf mee het pad op, de deur in. Ze liet zich zelfs niet meer verrassen door de groep teckels die ons verwelkomde. Ze beet de opdringerige types aardig van zich af. Daarnaast is ze gelijk geplukt door Eva, de vaste trimster van de fokkerij.

We waren natuurlijk verschrikkelijk nieuwsgierig welk exemplaar ons ten deel zou vallen van het getijgerde nest. We wisten dat het schatje Jarra al vertrokken was naar Frankrijk. Het is Sterre geworden. Een vrolijke hond, maar serieuzer dan Teun. Teun maakt van alles een geintje. Sterre is een teckel die net zo vrolijk is, maar iets bedachtzamer.

image
Inge rijdt mee op achterbank voor morele support

We raakten gelijk in verwarring met de naam. Ons voornemen om haar Saartje te noemen werd verstoord door de leuke naam die ze al gekregen had. Zodoende noemden we haar gisteren de hele dag Sterre. Spannende momenten waren er genoeg. Teuntje moest erg wennen aan haar nieuwe rol en plaats in het gezin. Ook was het spannend ze vannacht bij elkaar in de bench te laten slapen.

Maar zoals het vaker gaat met spannende dingen: het verliep allemaal prima. We overwogen nog even of de naam Sterre erg praktisch is. Het roepen van je hond met die naam gaat best lastig. Daarom noemen we haar gewoon Saartje. Ze kwispelt even vrolijk als bij de naam Sterre.

Vanmiddag gingen we even naar het park. De heerlijke voorjaarszon lokte ons even naar buiten. Bij de kinderboerderij kregen we meer bekijks dan de dieren van de kinderboerderij zelf. Daarna even de weide in en Teuntje mocht voor het eerst los. Een hele belevenis.

10 maart 2012

Geluk bij de container

containers

De zon scheen net zo veelbelovend als vandaag. Het voorjaar floot overal. Misschien was het de eerste voorjaarsdag van het jaar. Een dag eerder was ik gekomen. Bij Apeldoorn moesten we in een bus in verband met een omleiding. Ik besefte dat het een halfjaar geleden was.

We stonden samen in de tuin. Bij de container. De eerste zonnestralen schenen op ons. Het voelde best warm. In mij woelde het geluk. Ik keek haar aan en kon maar 1 ding bedenken: met haar wil ik oud worden. Voor ik er erg in had wilde ik het haar vragen. Maar dat kon toch niet. Ik kende haar net een halfjaar? Hoe kon je haar dan al ten huwelijk vragen?

Ik stamelde. ‘Ik wil je iets vragen…’ Ik aarzelde. Wat als ik ‘nee’ terug kreeg. ‘Vraag het maar’, zei ze met een glimlach. Ik zag de lach en wist het antwoord. Dat ik het vroeg was formaliteit. Maar het antwoord voldoende voor een huppelsprongetje.

teckel teuntje en de nieuwelin

Dat is vandaag precies 10 jaar geleden. In plaats van het te vieren haalden we nog een hondje op. Helemaal blij met de nieuwe getijgerde pup fietste ik toch even naar de winkel voor een slagroomtaart. Want met het voornemen te trouwen, trouw je een beetje.

09 maart 2012

Liefde spiegelen

Een rustig stukje water. Ik hol onder de kruisende wegen door. Het water naast mij. Ik stijg weer op en zie 2 zwanen. Ze drukken de lijven tegen elkaar aan. Daar gaan we weer, denk ik. Het beeld voor me van de vechtende zwanen speelt weer op mijn netvlies. Ik kom verder omhoog uit het fietstunneltje. De halzen kronkelen tegenover elkaar.

Dan gaat de ene hals in de veren. De andere precies hetzelfde. Ze kronkelen de lange nekken behendig over het lijf. De ander volgt. Nee, ze vechten niet, ze baltsen. De borsten drukken tegen elkaar. De koppen schudden elkaars spiegelbeeld.

En dan vormen de nekken in half gebogen houding samen een hart. Ik dacht dat de foto van het hart dat de zwanen vormen gekunsteld was of op zijn minst een heel groot toeval. Maar nu zie ik het zelf: ze spiegelen samen de liefde tot een hart.

08 maart 2012

Blauwe vlinder

We betreden de vlindertuin van het Noorderdierenpark Emmen. Een locus amoenus waar vlinders en bloemen heersen. Geen wreedheid, maar vrede. Tussen ons door fladderen de vlinders op zoek naar nectar. De warmte en het vele groen maken mij vrolijk. Het kabbelende water waar kronkelpaadjes en bruggetjes om en over slingeren. En overal licht.

Ik ga op een bankje zitten en zie de kleuren voorbij fladderen. De sfeer zweeft tussen droom en werkelijkheid. Mijn beslagen brillenglazen helpen mee aan dit beeld. De ene kleur is nog mooier dan de andere. De grote opvallende vlinder is de vlinder met de blauwe vleugels. Het blauw is alleen maar zichtbaar als hij zijn vleugels heeft opengespreid.

Alle aanwezigen proberen deze bijzondere vlinder op de foto te krijgen. Als de grote vlinder op een vrucht gaat zitten, dan slaat hij zijn vleugels dicht. Bruine tinten met rondjes erin zijn dan zichtbaar. Het is niet de mooiste kant van deze vlinder. Sommige mensen rennen achter de vlinders aan. De grote lenzen proberen hun licht te schieten op deze bijzondere vleugels.

Het mislukt. Net als ik deze bijzondere tuin wil verlaten, zie ik een meisje haar camera richten op een betonnen balk. Vlak onder het boograam zit een blauwe vlinder met de vleugels gespreid. Het is mijn kans. Ik grijp mijn fototoestel en schiet.

Raak!

07 maart 2012

Zuidas in de nesten

image
Het grote plein voor het station Amsterdam Zuid telt 2 bomen. De bast is gehavend. In de winter ziet het er nog troostelozer uit. Zeker als de regen toeslaat. Dan blijft er weinig over van de natuur tussen al het gepolijste natuursteen.

Ineens vielen mij vandaag de nestkastjes op die in de boom hangen. Van boven hebben de kastjes puntdakjes. 3 gaten vertellen dat vogels hier een vrije vestingplaats hebben. Ze vallen niet zo op tegen de groene bast van de boom.

Zou een vogel hier met plezier schuilen? De regen druilt mijn haar nog natter en ik vraag me af waarom een vogel hier een nest zoekt. De bosjes verderop bij de spoordijk zouden meer moeten aanspreken.

De initiatiefnemer dacht blijkbaar aan psalm 84, waarbij de dichter zingt over de mus die een veilig huis vindt in het ‘kunstig nest’ bij ‘uw altaren’. De Zuidas geldt net zo goed als een altaar. Weliswaar voor een andere god, maar het nest is er kunstig genoeg voor.

06 maart 2012

Dagje museum

Lucas van Leyden in Museum De Lakenhal in Leiden

De juffen en meesters staken vandaag, daarom gaan Doris en ik het museum in. We nemen met de trein naar Leiden en beginnen bij De Lakenhal. Dat doen we omdat ik haar dolgraag het prachtige schilderij Het laatste oordeel wil laten zien van Lucas van Leyden. Een prachtig schilderij uit 1527 waarin de renaissance al echt doorklinkt.

Het is ook een poging haar al voorzichtig te laten kennismaken met schilderijen. We nemen allerlei elementen even onder de loep. Een suppoost spreekt mij aan in het Engels dat ik niet mag fotograferen. Maar de foto is al gemaakt.

Tempel in het Museum van Oudheden

We gaan verder naar het Rijksmuseum van Oudheden aan het Rapenburg. Altijd weer een vreemde gewaarwording als je door de stad van je studie loopt. In die tijd ging ik alleen maar bij De Lakenhal naar binnen om even naar het schilderij van Lucas van Leyden te kijken. Gewoon even een halfuurtje op zondagmiddag. We zijn zojuist net zo lang in het museum geweest.

In het Rijksmuseum van Oudheden zijn we wat langer. We gaan met een boekje de Egyptische voorwerpen bekijken. Doris is onder de indruk van het tempeltje in de hal. Net als van de voorwerpen die we bij het verhaal van Amon & Amara moeten zoeken. Ze vindt zelfs het oog van goud. Of de prachtige diadeem. De sarcofagen en mummies trekken veel aandacht.

Dan is tijd voor de rest. De tentoonstelling over de Etrusken krijgt wat minder onze aandacht. De archeologische vondsten uit Nederland op de bovenste etage wel. Net als de voorwerpen van de Romeinen en uit het Nabije oosten. We voelen het aardig in de benen. Willen eigenlijk best nog wat kopen in de museumshop. Een mooi Egyptisch hoofd staart mij verleidelijk aan. Maar ik weet mij te bedwingen.

Helaas gaat de Hortus net dicht waardoor we even later een kleine pauze houden op het plein bij de Pieterskerk. De plek waar Het laatste oordeel oorspronkelijk gehangen heeft. Via de boekwinkels en de treinreiswinkel lopen we naar het station voor een versnapering. Een heerlijk middagje cultuur. Leerzaam en leuk tegelijk.

05 maart 2012

Dode ree

Normaal zou ze wegrennen en nu bleef ze liggen. In het gras tegen het talud van de dijk lag een dode ree. Het was een vrouwtje, haar oog keek opengesperd naar de hemel. Het andere moest de grond aanstaren. Ze lag doodstil. Ik keek nog eens goed of ze echt dood was. De bolle buik verried dat ze zwanger was.

Een verkeersslachtoffer. Boven op de dijk raasde het verkeer. Bij mensen zouden hulpdiensten het lichaam al hebben opgeruimd. Hier lag het opzichtig dood te zijn. Het kon er nog niet lang liggen, daarvoor was het lichaam te weinig ontbonden.

Ik holde verder en liet de vergankelijkheid achter. Onnodig en met slechts enkele secondes had het lot beslist.

04 maart 2012

Restaureren in dierentuin

image

We zitten in een hoekje van het restaurant onder glazen koepels. De eerder uitgezochte grote tafel met beter uitzicht over de dierentuin is het niet geworden. In plaats daarvan zitten we verstopt achter een palmboompje. Ik heb voor mijzelf een bord met friet, 6 gehaktballetjes en een frutje salade gehaald. De anderen zitten met voorverpakte broodjes of een schaal met salade voor zich.

Eerder die morgen twijfelde ik of ik niet brood mee moest nemen. Gewoon op een bankje ergens tussen de dieren. De rest vond het niet zo’n goed idee. ‘We gaan lekker uit’, was de reactie. Daarom zitten we nu ver van de dieren af en kijken naar mensen met voedsel voor hun neus. Bijna net zo vermakelijk als het kijken naar dieren die aan het eten zijn. De jongen knoeien even aandoenlijk en maken er net zo’n spel van als de dieren.

Bij het wegbrengen van de lege dienbladen passeer ik een man en een vrouw. Ze zitten in de rieten stoelen, hangen heerlijk achterover en houden elk een gele mok vast. Ze drinken de chocomel met kleine, zuinige slokjes. De tafel waaraan ze zitten is verder leeg. Ik zie ze echt genieten. De ogen gaan dicht voordat ze een slok nemen, ze laten een klein beetje vocht naar binnen glijden. Bij het terughalen van de beker, glijdt de tong over de lippen.

Op de terugweg zijn ze verdwenen. Op tafel de verlaten chocolademokken. Lege troggen in een leeg hok.

03 maart 2012

Dagje dierenpark Emmen

imagePinguïns, vlinders, ratten en een slang. We waren vandaag een dagje in Dierenpark Emmen. Het zag er mooi uit, al liggen de 2 delen een flink eind uit elkaar. Grotere hokken en een bredere opzet werken wel nadelig voor de loopafstanden tussen alle dierenverblijven.


Ik vroeg mij af waarom het noodzakelijk is het park uit te breiden. Juist de eenvoud van de locatie in het centrum sprak mij aan. Zo stak de vlindertuin er met kop en schouders bovenuit. Ik heb genoten van de kleurrijke vlinders. In combinatie met de groene planten en de heerlijke warmte was het er heerlijk toeven. Ik vond het jammer dat ik weer moest gaan.


Voor Doris was het heel bijzonder dat ze een slang mocht vasthouden. Dat was voor haar het hoogtepunt. Ik vond het maar eng en was trots op mijn dochter met zoveel lef.

02 maart 2012

Sombere dagen

Soms heb je van die sombere dagen. Als het wolkendek laag over het land heen hangt, oogt de dag inderdaad flink somber. Ik liep in de ochtendmist naar het bureau. Een stapeltje websites wachtte op mij. De hoge gebouwen van de Zuidas verstopten zich in de mistdeken.

Het was zo’n sombere morgen dat mij de reclametekst op een plastic tasje opviel. Het had al een paar dagen op het pad gelegen, verregend. Iemand had het aan het hek in het open veld gehangen. De donkere tekst – gedeeltelijk bedekt door een dikke vlek – was duidelijk: ‘Als af en toe de dag wat somber oogt is er altijd nog…’

01 maart 2012

Oogcontact (2) – het verhaal van de muis

Als muizen konden lezen...

Ze zeggen dat als je er eentje ziet, er wel 15 zijn. 1 muis is al gauw een plaag, zeggen ze. Onzin natuurlijk. Als je er eentje ziet, is er eentje. Met hoeveel we zijn, weten wij zelf niet eens. We kruipen door kieren en gangen. Vooral de luchtroosters zijn mooie doorgaande wegen. In het halfduister zoeken we onze weg. Waar we precies zitten weten wij alleen. Soms denken ze ons te horen. Dan ritselt er iets boven hun hoofd of in de buurt van hun voeten. Verder horen ze ons niet.

Het is ook een hele verantwoordelijkheid. Je scharrelt zoveel mogelijk dagelijks je kostje bij elkaar. We zijn hier met velen. Door de hoge waterstand en de vele bouwactiviteiten in deze buurt zitten er veel muizen in de kantoren op de Zuidas. Dat beweren ze. Onzin natuurlijk. Wij zitten overal. Het is overleven. We vinden overal wel een gaatje. Dat ligt niet aan een hoge waterstand. Ook laag water daagt ons uit een gebouw binnen te dringen.

Wie het hier echt goed hebben, zijn de proefdieren. Deze muizen leven in hokjes volgens voorschriften, krijgen een knuffel volgens voorschriften en de verwarming slaat op tijd aan volgens voorschriften. Dat ze in ruil daarvoor wat poeder, een injectie of ander voer krijgen, vinden zij niet erg. Ik ben er laatst bijna binnen geweest. Volgens Harry is het onmogelijk daar te komen. Alleen hem is het gelukt. En het is inderdaad moeilijk binnen te dringen in die steriele ruimtes.

Vorige week is er iets naars gebeurd. We konden het eerst nog wel allemaal overzien. Dan was er een groot lokaal boordevol met vallen. Daar sneuvelde slechts een enkeling. Nu is elke kamer voorzien van aanlokkelijke hokjes met daarin verleidelijk voedsel. Er wordt veel van gegeten. Ik vertrouw het niet. Laatst nam ik een hapje. Ik kon even niks vinden en het rook wel erg lekker. Ik vond het akelig smaken.

Terwijl alles in mij schudde en ik voelde hoe mijn binnenste zocht naar een uitweg. Die was er niet. Alles brandde. Het leek of ik gloeiende kooltjes van de hete barbecue of warme asdeeltjes van het kampvuur naar binnen had gewerkt. Mijn binnenste stond in vuur en vlam. Mijn hele lijf sidderde. Er restte mij niet veel meer dan te kijken naar de immense man. Die aan de grote tafel zat. Hij tuurde naar een groot licht terwijl ik uit het hokje schoot.

Alles was anders. Alles draaide en leek te veranderen in een zee van licht. We keken elkaar aan. Hij bleef rustig zitten en ik bleef rustig zijn. Mij hele lijf schudde alle kanten op. Mijn mond trilde en ik voelde mij als iemand in oorlog. Mijn kop vervormde tot een gasmasker. De mond vormde de grote tuit waardoor ze ademen en mijn ogen groeiden tot de raampjes waardoor de militairen in een gasaanval turen.

De man nam een groot blad en keek erin. Op de buitenkant sierde een soorgenoot. Wel vele malen groter. Hij zat in een graanbad. Overal graan en de lekkerste zaken. Hoe verschilde hij van mijn leven hier in de jungle. Zelden tref ik een bad van graan aan. Op die enkele keer van een leeg dienblad vol brood en etensresten na.

De man liet een paar korrels chocoladehagelslag op de grond vallen. Ik trof het onderweg aan. Ik pakt de chocolade en nam het gretig tot me. Weer zat ik en keek de man aan. Mijn lijf sidderde, maar het trillen minderde. Het verdween zelfs en ik voelde hoe de rust in mijn lichaam terugkeerde. Dit had lang genoeg geduurd. Snel vloog ik weg. Ik moest de anderen waarschuwen. Blijf uit de buurt van die hokjes. Ze laten genoeg achter op andere plekken. Er is meer dan genoeg.