Vanaf de ponton grijpt de graafmachine in het talud. Netjes vormt zijn grijper een nieuwe kade. Het werk aan de kades is bijna klaar. Een houten wand scheidt het land van het water. Nu het restje tussen de wand en de kade nog. Dat werk doet de kleine graafmachine nu.
Ik loop met de honden. Nu ik toch stilsta, kijk ik even naar de hekkensluiter van het werk dat al in januari begon. De graafmachine trekt op de rupsbanden over het oppervlak van de ponton. Een man met een schep in de hand staat aan de kade. Hij schept waar nodig bij.
Aan de andere kant zie ik een vader met zijn zoon kijken. Het kind zit in een buggy. Het jochie kijkt even geinteresseerd als zijn vader naar de verrichtingen van de kleine graafmachine en de grondverzetters.
Over het plein zie ik een vrouw lopen. In haar hand bengelt iets. Ik zie nog niet zo goed wat het is. Ze zwaait met haar andere hand naar de vader en zoon. Ik kijk nog eens goed en zie dat ze in haar hand speelgoed vasthoudt. Het is een graafmachine. Hij hand grijpt zich vast aan de grijper. De rest van de grondverzetter zweeft tussen hemel en aarde.
Het kind steekt de handen naar voren en roept iets. De vader zet de buggy al in beweging nog voor moeder er is. Als ze samen zijn, lopen ze weg van het evenement. Het kind krijt nog iets, maar het geluid van de graafmachine bij het talud overstemt het kinderstemmetje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten