25 december 2021

Nu even niet - een kerstverhaal

Ze buigt zich naar voren. Duidelijk gevalletje verzwikt. Terwijl het zo verschrikkelijk druk is. Het ene pakje na het andere voert ze aan en brengt ze naar elk huis dat erom vraagt. Compleet met de sterrenregen en glitter. Het is ook zo’n gedoe om haar pakje een beetje schoon te houden.

Hij is geen goede werkgever. De pakjes dijen uit in grootte. Elk jaar de dozen nog een maatje extra. Je kunt er bijna niet meer overheen kijken als je een doos voor je houdt. De portemonnees bollen groter en groter en dat dikt de wensen aan. Is er nooit een moment van genoeg? Is ‘meer’ het enige verlangen? Zit geluk in grote dingen?

Zo groeit kerst steeds meer uit tot het feest der verplichtingen en plichtigen. Dit, dat en dat. Het gaat maar door. Onverminderd. Hoe haar baas de aandacht vraagt van iedereen. Die buik in dat pak en die grote, witte baard. In de verste verte lijkt het niet meer op waar het vandaan komt. Coca Cola heeft van de goede daden een goedlachse dikkerd gemaakt die alleen maar meer wil.

Het is een sprookje dat cirkelt om het verhaal van een geloof. Is er nou een kindje geboren of draait het om het kopen van spullen en eten? Het is niet meer ‘vrede op aarde’ maar ‘vreten op aarde’. Hoe voller de dis hoe leger de geest. Hoe meer cadeaus hoe meer de geest verdooft.

Ze is weer in de bestelbus gekropen. Daar zit ze dan. In die dure villawijk. Het regent. Geen witte kerst dit jaar. Dat is alleen als de natuur en commercie op 1 lijn zitten. Ze weet nog die ene keer. Ze gingen nog naar de kerk. Naar de ochtenddienst moesten ze lopen door de hoge sneeuw. Haar opa en oma liepen mee. Ze logeerden die kerst bij hun. Ze kozen de kerk uit die het dichtste bij was, zo konden ze lopen. De gladheid wilden de oudjes wel overwinnen. Grote hopen opgeschoven sneeuw voor de ingang van de kerk. Met stampvoeten naar binnen om het ergste van de aangekoekte sneeuw van de schoenen te kloppen.

Het doet echt zeer, haar enkel. Het licht van de bestelwagen schijnt op haar. Ze kijkt nog eens goed. Krijgt ze het voor elkaar om de wagen binnen te klauteren? Hij zit nog propvol met bestellingen. En haar baas heeft het nog zo nadrukkelijk gezegd: de mensen zitten te wachten op de cadeaus.

Het is niet aan te zeulen al die bestellingen. De veel te grote doos die ze droeg. Ze kon er niet overheen kijken. Het donker zorgt ervoor dat je niet meer ziet waar je loopt. Precies daar is ze door haar enkel gegaan. Met moeite in de auto teruggekropen, probeert ze het weer. Ze zal wel moeten. Anders redt ze het niet meer vanavond.

Ze strompelt naar de deur en vraagt een koud washandje. Ze laten haar buiten wachten. Het mag ook niet, het virus staat niet toe vreemden zomaar binnen te laten. Ze drukt het washandje tegen haar voet. Het verlicht de ergste pijn. Ze probeert het weer verder.

Het elfenpakje is natgeworden van de regen. Het idee was best leuk om in dit maffe carnavalstenue de pakketjes te bezorgen vanavond. Nog een beetje humor. De klanten reageren wisselend. Sommige kijken je niet eens aan. Een kind dat mij ziet lopen, zwaait enthousiast en roept iets. Daar doe je het voor.

Nog een paar adressen en dan is het voorbij. Haar telefoon flikkert en trilt. Het is hem. Ze drukt zijn nummer weg. Ze voelt haar enkel branden. Nu even niet.

Kerstverhaal

Ik doe mee met het blogkerstmis kerstverhaal. Ik koos voor het kerstelfje van de Kerstman, met een eigenwijze twist eraan.

Lees de andere verhalen

Geen opmerkingen: