Dat televisie iedere dag een opgewarmd kliekje is, werd mij vorige en deze week duidelijk. Twee broers hadden bij de Rijdende rechter ruzie met een stugge buurman. De buurman vond dat de broers de coniferenhaag moesten weghalen. Gedoe en hij verloor. Een halfuur vechtende televisie met het gelijk van de broers was achter de rug, toen in beeld verscheen dat de stugge buurman al in mei was overleden. Hoezo oudbakken televisie. Ook bekroop mij een ongehagelijk gevoel, was de veroordeling terecht? Het had iets onherroepelijks gekregen.
Afgelopen week was het opnieuw zover, een zinderend spannende uitzending Ik vertrek. Een jongen begon een kroeg in het hotel van de man die in zijn vakantie nog zijn gids was geweest bij de bergtochten in Zwitserland. Ze werkten heel goed samen, vormden een hecht team. Het zat helemaal goed, totdat in beeld kwam dat de gids in februari verongelukte door een lawine. Heel wrang en heel laat. Voor de familie waren de mooiste beelden aan elkaar gemonteerd. De journalist in mij ontwaakte, hier zat toch een verhaal in? Hoe ging dit verder?
Als je niet naar een herhaling kijkt, dan zie je wel oudbakken televisie. En een journalistieke oplossing is er niet, lijkt het wel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten