05 september 2011

Mies Bouwman en de politieagent

De publiekstrekker van manuscripta is Mies Bouwman. Het zaaltje waarin ze optreedt, is afgeladen vol. Alle stoelen zijn bezet. Sara Kroos die op een ander podium voorleest en F. Starik die geïnterviewd wordt over zijn Poule des doods, kunnen niet tegen de eminence grise van de Nederlandse televisie op.

Mies was ooit de concurrent van het boek. Als je televisie kijkt, dan speelt het boek even geen hoofdrol. Nu omarmt het boek haar. Er is een boek over haar leven geschreven. En Rik Felderhof mag haar interviewen in het Machinegebouw van de Westergasfabriek in Amsterdam.

De camera’s wachten verliefd op haar bij de deur. Als ze dan eindelijk naar buiten komt, is Rik Felderhof verdwenen. Aller ogen zijn gericht op Kwatta. Haar blik is even onschuldig als ontgoochelend. Ze wacht geduldig tot de camera zich voldoende hersteld heeft om haar goed op het scherm te krijgen. Het meisje dat haar moet interviewen zegt zenuwachtig dat ze het boek niet gelezen heeft. Mies knikt. In haar knik zit begrip en afkeuring ineen.

Als dan de camera loopt, klaart het gezicht op. Ze vertelt met enthousiasme en bravoure over haar optreden, het boek en natuurlijk over zichzelf. Na al die jaren staat ze nu zelf in de hoofdrol. Het leven van Mies, een boek waard.

De directeur van het CPNB staat er zenuwachtig bij. Hij heeft het programmaboekje opgerold tot een deegroller. Zo kan hij ongewenst publiek buiten de deur houden. De camera zoemt. Achter Mies komt een politieagent aanfietsen op een vouwfietsje. Een reclamestunt. Het hoofd van het wezen houdt het midden tussen een masker en een hoofddeksel. Groot staat de reclame voor een boekenheld op zijn voorhoofd. De agent spreekt een voorbijganger aan. Ze lacht. Hij kan alleen tussen de dunne spleet in zijn hoedenmasker kijken.

De camera kijkt, de microfoon luistert. De CPNB-directeur zwaait met zijn deegroller in de richting van de agent op het vouwfietsje. Hij drukt zijn wijsvinger uitdrukkelijk tegen zijn lippen. Stilte. Geen lawaai. Dan begint hij aggressiever te zwaaien. De cameraman kijkt even op van zijn camera. Hij ziet dat het nutteloos is en laat het verder gebeuren.

En Mies. Mies loopt alweer naar haar volgende optreden. Ze hangt als een echte diva bij de ingang van het Machinegebouw tegen de radiator. Ze leunt op haar armen, die ze breed heeft uitgespreid. De fotocamera’s krijgen nu de kans om een glimp van de flirt op te vangen. Ze knippen, ze klikken en ze schieten. Mies lacht.

De lach blijft strak op haar gezicht staan als ze een boek van een lezer onder haar neus gedrukt krijgt. Ze krabbelt met evenveel liefde een tekstje op het witte vel dat de lezer vasthoudt. Even lijken de glimlachen elkaar te kruisen.

Geen opmerkingen: