Ik lees in het boekje Zuid-Afrika’s traditie, Een kort overzicht van kunst en cultuur in de Republiek Zuid-Afrika. Bij een foto van de Zuid-Afrikaanse dichter Nicolaas Petrus van Wyk Louw staat:
de meest vooraanstaande Zuidafrikaanse dichter. Louw was enige tijd hoogleraar in de Afrikaanse taal aan een Nederlandse universiteit. |
Allemaal in cursieve letter, het is een onderschrift bij een foto. Ook verderop in de tekst zelf klinken lovende woorden over hem:
de gangmaker van zijn generatie. Van de alleenspraak ging hij via het epische gedicht, de moderne ballade en de dramatische monoloog naar het poëtische drama. (16) |
Een ander boek dat ik bij het Zuid-Afrikahuis kreeg, is iets minder enthousiast over deze dichter. Het is het boek van Gerrit Schutte: De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika.
Louws hoogleraarschap aan de Vrije Universiteit wordt bediscussieerd binnen de universiteitsmuren. De dichter zelf was zelf niet erg gecharmeerd over de ijver van de Zuid-Afrikaanse studenten aan de VU. In een brief aan Scholtz zou Louw hebben geschreven:
ek weet dat hulle die ellendigste, cru-ste menings oor ons vraagstukke het en die hier en links en regs verkondig (380) |
Deze studenten zijn op hun beurt veel positiever over de dichter. In de gesprekken met elkaar en bij de hoogleraar thuis horen ze voor het eerst openlijk over de apartheid.
De universiteit was wat minder enthousiast over de dichter vanwege zijn (weinig christelijke) levensstijl. Dat stond hoger aangeschreven dan zijn houding tegenover de ‘vraagstukke’ in Zuid-Afrika.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten