De wind snijdt altijd ijskoud door alle kieren van de huizen, schrijft Bruce Chatwin in zijn reisboek In Patagonië. Het maakt het bijna onmogelijk om hier te wonen. Alleen de schapen weten het hier uit te houden.
Aan de hand van de bijzondere bewoners die Chatwin bezoekt, komen de verhalen van Patagonië los. Zoals van de oude vrouw van wie haar boerderij werd afgepakt door de marxisten in 1973. Ze woont nu in een nieuw, klein huis.
De bui brak los. De regen kletterde bij bakken neer in de tuin vol bloemen. Het nieuwe huis was klein maar warm. Er lagen vaste groene kleden en er stonden Chippendale-meubeltjes. ‘Ik ga niet weg,’ zei ze. ‘Ik hoor hier thuis. Ze zouden me eerst moeten ombrengen. Trouwens, waar zou ik heen moeten?’ (167) |
Dat is wel met het gebied. Het kost misschien veel ontberingen om er te wonen, maar als je er eenmaal woont, wil je er niet meer weg. Zo vindt Bruce Chatwin er ook het verhaal van zijn neef Charlie en vermengt dat mooi met zijn bevindingen in gebied in het zuiden van Argentinië. Het is er prachtig door de onherbergzaamheid en lelijkheid.
Bruce Chatwin: In Patagonië. Oorspronkelijke titel: In Patagonia. Uit het Engels vertaald door Eelco Hesse. Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker, 1987 (1e druk in 1979). ISBN: 90 351 0518 4. 228 pagina’s. Alleen antiquarisch verkrijgbaar
Geen opmerkingen:
Een reactie posten