We vinden een plekje bij de boer in Hengevelde. Ik ken het plekje als redacteur bij de Twentsche Courant Tubantia. Nu zetten wij ons tentje op een vrij leeg veld. Plek genoeg. Het weer heeft veel kampeerders ontmoedigd. Een paar dagen eerder daalde de temperatuur ’s nachts aan de grond zelfs tot het vriespunt.
Het is ergens in 2004 geweest. Ik schreef over bedrijvigheid en gastvrijheid in de Hof van Twente waarin ik als redacteur werkte. Zo voerde ik langs verschillende campings met het logo ‘Kamperen bij de boer’. Ik ging mee met een familie die een trektocht maakte met een huifkar en een ezeltje. Daar wil ik ooit kamperen, dacht ik toen.
Nu sta ik hier op de camping. Samen met mijn dochter hier naartoe gefietst, flink gedwaald. Midden tussen de weilanden. We zijn aardig afgemat van de 140 kilometer in 2 dagen die wij gereden hebben. Ik merk het in de benen en we besluiten om hier een extra rustdag te nemen. De boer zien wij niet. Als ik ga kijken bij de stal, zie ik de boer. Hij is druk met de koeien. Zet je tent maar op, mijn vrouw komt straks.
Ik zie mevrouw niet meer. Pas de volgende morgen als we hebben ontbeten, zie ik de boerin bij de wasruimtes. Ik betaal meteen voor 2 dagen. Zo kunnen we deze zondag nog een stukje fietsen in de richting van Almelo waar we zeker nog even langs willen rijden.
Fietsvakantie
In augustus maakten Doris en ik een mooie fietstocht door Nederland met als bestemming: Twente. Elke week op vrijdag schrijf ik een stukje over deze bijzondere fietsrit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten