Het is erg rustig in het Stadsmuseum van Elburg op deze zaterdag. Blijkbaar hebben de mensen wat anders te doen. Bij de ingang helpen 2 dames ons heel vriendelijk. We verdwijnen daarna omlaag onder de gewelven. De wc’s bevinden zich hier ook, daar brengen we eerste een bezoekje aan. Het toilet bij de heren zit verstopt. Ik voel me altijd een beetje beschaamd om zo’n wc te gebruiken.
Door naar de kelders onder het entreegebouw. Hierin wordt uitleg gegeven over de bouw stad Elburg. De stad is ontworpen op de tekentafel door Arent Thoe Boecop. In het stadskasteel van hem is tegenwoordig het Orgelmuseum gevestigd. Daar gaan we straks heen, maar nu zien we een mooie maquette van de stad. Alleen de Ellestraat loopt niet helemaal recht. Daar is de nieuwe stad omheen gebouwd. Uiteindelijk heeft de kerk in een hoekje van de stad een plekje gekregen.
We zien kogels, geweren met bajonetten. Deze ruimtes vertellen het verhaal van de vestingstad. Compleet met de verschillende wapens en kaarten over de opbouw van de stad. Via een groot scherm bij de ingang is ook informatie te vinden over allerlei andere aspecten uit deze vestingstad.
Bij het wandelen door de kelder horen we orgelklanken. Voor we de trap omhoog klimmen naar de bovenverdieping van de dubbelkapel ontdekken we waar de klanken vandaan komen. Iemand bespeelt het huisorgel dat er staat. We klimmen eerst omhoog naar boven. Hier is uitleg over het strenge leven in het klooster dat gesitueerd is rond de verschillende gebeden.
Een ronde waaier laat je stilstaan bij de verschillende uren van de dag. Het geeft een mooie inkijk in het strakke leven van het klooster. De nonnen leefden hier volgens de regels van de kloosterorde van St. Franciscus.
In de benedenkapel woonde het gewone volk de mis bij. Zo kregen zusters en bevolking elkaar niet te zien. Via een verborgen trap bleven de nonnen uit beeld van de gewone mensen. De benedenkapel bezit prachtige gotische gewelven. De akoestiek in deze kapel klinkt ook heel mooi. Op de muur waarvoor ooit het altaar stond zijn mooie schilderingen teruggevonden. De hoogte van de kapel vanaf dit punt is best indrukwekkend.
We lopen verder door de rest van het museum. De dubbelkapel is niet meer te overtreffen, al zijn er ook een paar mooie ruimtes te vinden, waaronder de schilderswinkel en aan boord van een schip waarbij een scheepsslag wordt nagebootst. De lichtflitsen en het gedonder maken het best tot een realistische beleving.
Net als de martelwerktuigen die staan in de kamer rond de stad en het recht. De grote pijnbank ziet er pijnlijk uit. De zwaarden van de beul zijn confronterend. De levens die ermee zijn beƫindigd kleven altijd aan de kling. Het scherpgeslepen metaal is voldoende om een hoofd eraf te hakken. Al is dat niet altijd in 1 keer gegaan.
De kloostertuin is het volgende hoogtepunt. Zeker ook door de rustige sfeer van deze tuin. Vroeger werd dit helemaal ingesloten door het klooster. Ik vind het jammer dat er niet een reconstructie gemaakt is waarbij je kunt zien hoe deze tuin er in vroegere dagen uitzag. Een groot deel van het oude klooster is namelijk vervangen door de woningen die er nu staan.
We pakken een appeltje die uit de appelboom gevallen is. Eerst peuzelen we onze meegebrachte broodjes op en zitten op het bankje naast de oude waterput. Heel sappig zijn de appels; ze smaken als Jonagold. Elke hap die we nemen gaat vergezeld met een hoop sap.
Een heerlijke beleving. Maar ook best eng om appels in het wild te eten. De hele kleine appeltjes in de boom iets verderop zien er heel anders uit. Daar liggen geen eetbare appels onder de boom om te proeven of ze echt lekker zijn.
Lees zaterdag het derde deel van dit verhaal: Het orgelmuseum
Geen opmerkingen:
Een reactie posten