Het Kam & Van der Meulen-orgel uit 1840 in de Bennekomse Ontmoetingskerk |
Over de herkomst van dit orgel heerst veel onduidelijkheid. De orgelencyclopedie ziet door de gelijkenis met het rugwerk van het Van Dam-orgel in Tholen uit 1832 er de hand van Van Dam-leerlingen Kam & Van der Meulen in. Het wordt gedateerd op 1840, maar het instrument bevat veel ouder pijpwerk, een deel is gedateerd op 18e eeuw. Maar mogelijk is het nog ouder.
Op de toehoorder komt het instrument niet over als een eenheid, een totale compositie, maar de specifieke registers kwamen mooi tot uiting. Zeker in de ingetogen Elegie van Vierne. Net als bij het Berceuse dat Bert Wisgerhof eerder speelde in de Noorderkerk, is de Elegie een werk waarin fluiten en strijkers elkaar afwisselen en soms ook combinaties klinken. Dit klonk zeer overtuigend in de Ontmoetingskerk. Ik zou me op dit orgel heel goed kunnen vermaken, als ik organist was. Ook al vraagt het instrument om een uitvoerige inventarisatie en misschien ook wel een restauratie of reconstructie. Tot die tijd verkeert het instrument in een conditie waarin het prima bespeeld kan worden.
Erik Zeillemaker attendeerde mij door zijn concert op een mooi instrument boordevol historie, raadsels en verrassingen. Want bijvoorbeeld het Preludium G-Dur van Felix Mendelssohn-Bartholdy klonk heel sterk op dit orgel. De zangerige en sterk aanwezige prestant was hier op zijn best, net als de Viool 8. De uitvoerder demonstreerde een breed inzetbaar instrument met karakter, historie en veel geheimen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten