Het schrijven van De ontdekking van de hemel op de computer was niet geheel zonder gevaar. In Logboek schrijft Harry Mulisch over de komst van de geheimzinnige Eddie:
‘[W]eer thuis aan de computer, die opeens iets heel vreemds voortbracht. Ik riep H51 op, ‘De woordenwereld’, waar een zin plotseling zonder spatie overging in de woorden: ‘Eddie lives… somewhere in time’- gevolgd door codetekens, die ik niet heb genoteerd, maar het was iets als #^P^P. Recursie? Ooit per ongeluk op de Ctrl-P gedrukt? De cursor sprong steeds terug naar het begin. Dat is te begrijpen. Maar ik ben absoluut honderd procent zeker, dat ik die worden nooit heb geschreven.’ (114/115)
Hij vraagt zich af wie Eddie is: ‘Hoornik? Onno’s raaf Edgar?’ Vervolgens gebruikt hij de ‘normale’ kopie op de floppy. Harry Mulisch geeft het maar op om deze raadselachtige gebeurtenissen op zijn computer te willen begrijpen. Hij ziet het maar als een gunstig teken van de hogere machten.
Een kleine maand later doemt Eddie weer op. In een ander hoofdstuk. Harry Mulisch probeert de tekst te printen, maar zijn apparaat tuft enkel rare tekens op. Gelukkig helpt zijn vriendin hem aan een computerdeskundige. Het is een virus. ‘Ik loop dus de kans, dat Eddie de hele roman opvreet.’
Als Eddie meer en meer binnendringt in het computer-manuscript van De ontdekking van de hemel, belt Harry Mulisch de computerdeskundige:
‘De deskundige gebeld, die zei dat hij woensdag kwam met een virusscanner. ‘Jullie komen dus met zijn tweeen? vroeg ik. ‘Nee, alleen,’ zei hij. Ik: ‘Mar je zegt toch, dat je met een viruskenner komt.’ Hij: ‘Dat is ook zo.’ Pas na enige tijd bleek het misverstand. Ook buiten de computer begint Eddie al verwarring te zaaien.’ (124)
Eddie heet Dark Avenger en wordt deskundig verwijderd. Als een paar dagen later Eddie, ‘de Duistere Wreker’ nog steeds opdoemt, begint Harry Mulisch zich zorgen te maken. Maar het blijkt volgens de deskundige om ‘littekens’ te gaaan. Zo is de magnum opus van Mulisch gered van de ondergang.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten