14 januari 2014

Dikke kannibalen

image

Een aantal van De gelukkige eilanden die Paul Theroux bezoekt, staat bekend vanwege (vermeend) kannibalisme. Zoals altijd is dit onderwerp met de nodige geheimzinnigheid omringd. Hij mag er niet teveel over schrijven. Mensen zouden hun toverkracht verliezen als Paul Theroux de geheimen aan het papier toevertrouwd.

Voor het kannibalisme op Vanuatu (en de Fidji en Solomon-eilanden) heeft de schrijver zijn eigen verklaring. De sterke voorkeur van deze eilandbewoners voor Spam.

Een van mijn theoriën was dat voormalige kannibalen in Oceanië zich nu tegoed deden aan Spam, omdat Spam het meest in de buurt kwam van mensenvlees, dat immers naar varkensvlees smaakt. ‘Lang varken’, zo hadden ze een toebereide mens genoemd in eem groot deel van Melanesië. Het was een feit dat de menseneters van de Pacific zich allemaal hadden ontwikkeld, of misschien gedegenereerd waren, tot eters van Spam. En bij afwezigheid van Spam deden ze het met cornedbeef, dat ook naar lijkt smaakte. (232)

De voorliefde voor het blikvoer zorgt wel voor dikke eilandbewoners. Paul Theroux klaagt regelmatig over het overgewicht van veel mensen die hij onderweg op de eilanden ontmoet. Buiten het eten uit blik dat dikmaakt, geeft dikte ook status. Zoals de dikke vorst van Tonga die hij verderop ontmoet. Ook de Tonganezen zijn vroeger kannibalen geweest.

Tonga was een koninkrijk van omvangrijke mannen, en deze man was de alleromvangrijke mannen, en deze man was de alleromvangrijkste, je zou onmiddellijk hebben geweten dat hij de koning was. Hij had ook persoonlijkheid. […] [Z]ijn omvang schonk hem ook een mythische kwaliteit. Ik had nog nooit iemand gezien met zoveel politieke macht die tegelijkertijd fysiek zo overweldigend was. (359-360)

Het gesprek met de vorst is heel geanimeerd. Zijn opvattingen zijn helemaal niet verkeerd voor de absolute vorst die hij is. Een duidelijke mening over de politiek van Amerika, de kernproeven van Frankrijk op Mururoa en de overheersing van de Japanners in de Pacific. Bijna de mening waar Paul Theroux een heel boek over doet.

Geen opmerkingen: