13 december 2012

Begeerte

boekenHet pubermeisje stond achter een tafel met een schot. Haar haren vielen elegant langs haar gezicht. Op haar wangen drukten een groepje puistjes. Ze zaten dicht op elkaar geklit. Het meisje droeg een grijs shirtje waarin haar jonge borsten puntig naar voren wezen. Haar middel drukte ze tegen de tafel. Ze pakte een boek op en bladerde erin met de verbazing van een kind dat er voor het eerst mee kennismaakt.

De tafel lag bezaaid met uitgerolde stickervellen. Op de vellen stonden de prijsjes. 1 euro, 1,50 en 2 euro. Een streepjescode eronder bevestigde het getal voor de computer. Vlak achter haar stond een oudere heer. Hij stak meer dan een kop boven haar uit. Voor hem hing een buik in een trui. De trui was voor de helft dichtgeritst. Zo hing zijn buik als een bal in een vangnet.

Hij was kalend. De weinige haren aan beide zijden van zijn hoofd vielen daardoor extra op. De leesbril drukte op het puntje van zijn neus. Het meisje draaide zich om naar de stapel dozen die achter haar opgesteld zijn. ‘Ik zal je wel leren hoe je moet prijzen’, riep de man. Zijn stem was dragend genoeg om alle speurneuzen in de boekenhoek van de kringloop te dwingen naar hem te luisteren.

Een stapeltje boeken zette ze op het tafeltje. De man gilde iets in de richting van de kassa, meer dan 10 meter verderop. ‘Ik leer haar boeken te prijzen.’ Er kwam gegil terug van de andere kant van de kringloopwinkel. ‘Ja, ik geef haar een indicatie.’ Ze stonden dicht naast elkaar. Haar heupen wiegden tussen de dozen en de tafel.

Voor haar lag een boek. ‘Kijk, dat is literatuur. Daar kun je zeker 2 euro voor vragen.’ Hij dacht na. ‘Nee, zeker 2,50.’ Weer keek hij naar de kaft van het boek. ‘Het ziet er nog goed uit. Zet er maar een sticker van 3 euro op.’ Ze rommelde wat in de rollen stickervellen. ‘Heb je die nog?’ Ze knikte. ‘En die van 5 euro.’ Opnieuw knikte ze.

Het volgende boek gleed door haar vingers. ‘Dat is Gunther Grass. Ken je die?’ Ze schudde haar hoofd. ‘Doe maar 3,50’ Hij twijfelde en pakte het boek uit haar handen. ‘Hij ziet er wel heel nieuw uit. Die is nog nooit gelezen. We vragen altijd wat meer voor mooie boeken.’ De pagina’s bladerden door zijn vingers. ‘Doe maar 3 euro.’

De sticker ging op de achterkant van het boek. Een volgende boek kwam. ‘Euro’, riep hij. ‘Die kan wel voor een euro.’ Ze pakte een ander stapeltje boeken. ‘Boeken die er slecht uitzien, verkopen we niet.’ Hij griste een paar stukgelezen pockets uit de stapel. Een kaft dwarrelde door de lucht. ‘Zie je, dat valt gewoon uit elkaar. Die ken je niet verkopen.’

Ik keek vol begeerte naar het boek dat hij in zijn handen hield. Duidelijk kon ik de titel niet zien. Het was een beduimeld boek. Alles in mij schreeuwde om dat boek. Hij zag het niet en smeet het boek over het muurtje achter hen. Het verdween in een of andere afvalbak. Er klonk een harde plof van achter het muurtje. Ik meende huilen te horen, maar mensen met begeerte hebben veel verbeelding.

Geen opmerkingen: