Op zaterdagochtend loopt hij rond de Lidl. Hij schuift met zijn schoen viezigheid weg. Luidruchtig vraagt hij mensen om een euro. Hij telt alle stappen die hij zet. Als het niet uitkomt, loopt hij terug en begint weer opnieuw.
Het eerst dat ik hem zag, jaren geleden, liep hij langs de Amsterdamweg. Vlak langs de trottoirband over de weg. Hij liep haastig. Stopte dan plotseling en liep weer terug. Hij pakte snel een papiertje van de straat en liep verder.
Zo kwam ik hem geregeld tegen. De ene keer versnipperde hij een papiertje of een ander voorwerp en wierp het op straat. De andere keer raapte hij het zelf op. Het oogde buitengewoon vermoeiend. Of zoals hij hetzelf typeerde bij de supermarkt: ‘Jeetje man, wat heb ik het druk zeg.’
Over zo’n soort man gaat De onverwachte held van kamer 13B van Teresa Toten. Het is het verhaal over een vijftienjarige jongen met OCD. OCD staat voor Obsessieve-compulsieve stoornis. Het is een dwangstoornis.
Adem heeft last van drempelvrees en dwangmatige handelingen. Zo moet hij tellen als het hem te veel wordt. Tellen in oneven getallen. Op even getallen rust een vloek.
Of hij mag een drempel niet betreden. Als hij dat wel doet, zal hem iets verschrikkelijks treffen. Het belet hem meer en meer in zijn dagelijkse gang van zaken. Het huiswerk maken voor school lukt hem nauwelijks nog. Of het lijstje maken voor de psycholoog Chuck. Alles komt steeds meer in het gedrang.
Teresa Toten vat de dwangstoornis soms heel mooi samen. Bijvoorbeeld als de hoofdpersoon Adam iets vervelends treft. Hij slaat dan meteen aan het tellen. Hij geeft zelfs zijn halfbroertje Moppie het advies aan een getal te denken als hij niet kan slapen:
Adam legde een arm om over zijn broertje heen. ‘Sst, denk maar aan het getal honderdenelf. Weet je nog – één, één, één.’ (185) |
Moppie valt er gelijk van in slaap. Het gaat Adam wat minder makkelijk af. Hij waakt over Moppie en mag nog niet gaan slapen voor een ingewikkelde telling met allerlei tikken erbij gedaan is:
Hij mocht het weer niet verprutsen; de gevolgen waren te ijzingwekkend, en nu al draaiden zijn dierbaren ervoor op. Het voelde nog steeds niet helemaal goed, dus Adam moest zich tot het uiterste op nog een paar rondjes concentreren. Hiervoor waren zeventien sets snel tikken nodig en twee rondjes traag tot honderdelf. Moppie vond honderdenelf prachtig. Maar Adam was moe en raakte steeds in de war, en dan moest hij weer opnieuw beginnen. (187) |
Hiermee dringt de Canadese schrijfster Teresa Toten goed in het binnenste van iemand met een dwangstoornis. Ze typeert Adam op een treffende manier als iemand die zichtbaar lijd onder zijn stoornis.
Daarmee geeft ze in De onverwachte held van kamer 13B een mooi beeld van iemand zoals ik die regelmatig tegenkom bij de supermarkt of op straat zie lopen.
Een perfecte dag voor literatuur
Dit is mijn derde bijdrage over De onverwachte held van kamer 13B van Teresa Toten. We lezen dit boek bij Een perfecte dag voor literatuur van notjustanybook.nl. Lees de bijdragen van anderen in de reacties.
Teresa Toten: De onverwachte held van kamer 13B. Vertaald door Esther Ottens. Haarlem: Gottmer, 2015. ISBN: 978 90 2575 8219. 288 pagina’s. Prijs: € 15,95.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten