13 juni 2015

Fantasy of literatuur?

image

De verschillende literaire genres lijken steeds meer in elkaar over te gaan. Bij het lezen van Andrus Kivirähks roman De man die de taal van de slangen sprak vroeg ik mij af of het niet Fantasy was dat ik aan het lezen was. De sprookjesachtige elementen, de pratende dieren, reuzenvissen en oerkikker. Het zijn allemaal elementen die in een Fantasy-verhaal voorkomen en niet in een literaire roman.

Al is het natuurlijk best onzin zo’n onderscheid te maken in hogere en lagere literatuur. Wagner spreekt in zijn opera’s ook over draken en goden. Naar de jaarlijks uitvoering van De Ring des Nibelungen in het festivaltheater van Richard Wagner in Bayreuth komen niet de geringste. Het verschil tussen hogere en lagere literatuur is daarom lastig te maken.

Jan van Aken verklapte eens bij een interview in de Deventer boekwinkel dat hij lange tijd schrijver van Fantasyboeken wilde worden. Hij vond de literatuur niet iets voor hem. Daar beleefde hij te weinig lol aan. Dat hij toch is gaan schrijven, kwam omdat de concurrentie in de schrijfwereld van de Fantasy moordend is. De literatuur bood hem meer kansen. In de literatuur kon hij zich sterker onderscheiden van anderen, stelde hij.

Dat de Fantasy zijn werk sterk beïnvloed staat buiten kijf. Hij bedient zich in de historische verhalen van dezelfde epiek waar de fantasy zo beroemd door is geworden. De kloeke verhalen lezen als jongensboeken. De heldendaden van de personages zijn onovertroffen. Ze vechten misschien niet tegen draken, de tegenstanders zijn sterk en toch weten ze zich te handhaven.

Het sterkst in de boeken van Jan van Aken staan de vertellers. Zij weten het verhaal tot proporties op te blazen met hun fantasie. De gaten in het geheugen vullen ze op met nieuwe verhalen. Nog sterker dan de eerdere verhalen. Het maakt de boeken van Jan van Aken tot heuse belevenissen. Misschien nog een overeenkomst: je beleeft de verhalen, net als in Fantasy.

Datzelfde gevoel had ik bij het lezen van De man die de taal van de slangen sprak. Ook bij Andrus Kivirähk wordt de held omgeven door dronkenlappen en weet de verteller Leemet zichzelf ook mooi vrij te pleiten in het verhaal. Hij neemt zijn lezer helemaal mee in zijn belevenissen. Het verhaal ontstijgt zo de roman en wordt bijna episch. Iets waar Jan van Aken ook zo goed in is en wat ik Fantasy noem.

Andrus Kivirähk: De man die de taal van de slangen sprak. Roman. Oorspronkelijke titel: Mees, kes teadis ussisõni. Vertaald uit het Est door Jesse Niemeijer. Amsterdam: Uitgeverij Prometheus, 2015. ISBN: 978 90 446 2630 8. 384 pagina’s. Prijs: € 19,90.

Geen opmerkingen: