We komen nu in een gedeelte dat we nog niet goed kennen van de vorige keer. Al merken we ook dat we best een beetje honger beginnen te krijgen. Het thuis klaargemaakte brood ligt jammergenoeg in de rugzak die in het kluisje is opgeborgen achter onze dikke winterjassen. We kunnen dus pas eten als we weer weggaan. Het stoort niet en we storten ons met enthousiasme op de verdiepingen aan de andere kant van het trappenhuis. De etages die rond een eigen thema zijn gedrappeerd.
Dat hebben we drie jaar geleden niet zo aandachtig bekeken. Daarom kijken we nu onze ogen uit. Zoals de kleine kolibri en de hommel die zich laven aan de nector van grote bloemen. Zo helpen ze onbewust mee aan de verspreiding van de plant. Tegelijkertijd genieten ze van die heerlijke nectar. Of de zuinige manier waarop de meeuw gebruikmaakt van de harde zeewind. Het helpt hem om zo efficiƫnt mogelijk te vliegen.
We staan uitgebreid stil bij de aarde en de bijzondere soorten mineralen die hier verborgen liggen. We zien enorme hoeveelheden gesteentes die stuk voor stuk op een andere manier zijn ontstaan. De vormen zijn mooi. Net als de kleuren die sommige mineralen hebben. Het zijn de schatten uit de bodem. Ik leg uit hoe zand in glas kan veranderen bij de verglaasde bliksemschicht.
Ik geniet van de Delftse schatten. Kostbare mineralen en indrukwekkende skeletten. Zoals dat van de dodo. Het meest complete dodo-skelet van Nederland. Of wat verderop de opgezette stier Herman, de wolf van Luttelgeest en de kop van een dinosaurus die wordt gecontrueerd. Hoe vinden ze uit die versplinterde botjes de oorspronkelijke vorm. Het is een verbazing die zelfs mij een beetje treft.
Eigenlijk zouden we ook nog naar het Museum voor Oudheden gaan om te kijken naar de verschillende vondsten uit de IJstijd. Maar we zijn moe en hebben hongerig als we nog even in de museumwinkel naar iets gezocht hebben. Zo staan we even later buiten met een stukje steen in de tas en een boterham in de hand. Uitkijken dat we niet uitglijden over de ijsplassen op het braakliggende terrein voor het ziekenhuis.
In de trein terug naar huis knagen we genoegzaam van het kerstbrood, drinken de meegenomen chocomel op en genieten na van alle dingen uit de natuur die weg hebben gezien. Wat een schoonheid. Hoe je op een zondagmiddag weer tevreden thuis kunt komen van een bezoekje aan een museum. Zelfs de krioelende massa kinderen en ouders ben ik vergeten als ik terugdenk aan de dingen die we zagen.
DIt is het derde en laatste deel van een fotoverslag van een bezoek aan Naturalis in Leiden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten