Waar denk je aan als je over een boek leest? Een boek dat bij het openslaan een zware lucht van gedrukt inkt, alsof je net een gladbedrukte glossy in de hand houdt. Een boek dat soepel valt en dat meegolft als je het heen en weer schudt. Een boek met een zwarte kaft, roze letters en een rood sleutelgat tussen titel en naam van de auteur. Hoe ziet dat boek er eigenlijk uit in je gedachten?
Zo’n boek is Wat we lezen als we lezen van Peter Mendelsund. Een boek over lezen en de verbeelding. Een boek waarom lezen zo tot de verbeelding spreekt. Een boek waarom lezen zo geweldig is om te doen. Lezen is zo leuk om de beelden die het oproept.
Lezen is een spel tussen schrijver en lezer. Ze wisselen elkaar af. De betekenis zweeft daarboven als een heuse geest. Zonder lezer geen betekenis. Het boek is volkomen nutteloos als het niet gelezen wordt. Als een lezer de letters niet tot woorden, de woorden niet tot zinnen en de zinnen niet tot een verhaal weet te maken, is het boek zinloos.
Betekenis bestaat uit gratie van de lezer. Een boek roept beelden op en maakt daarmee het verhaal. Het grote verschil met een film. In een roman worden de beelden opgeroepen bij de lezer, een film vormt de beelden tot een verhaal. Juist die eigen verbeelding maakt lezen tot zoiets moois stelt Peter Mendelsund.
Wat we zien als we lezen is een eerbetoon aan het lezen en aan de verbeelding. In 19 hoofdstukken voert hij je door het lezen als ervaring waarbij de lezer en zijn beelden het onderwerp zijn. Daar gebruikt Peter Mendelsund zelf beelden voor. Met kaarsen, oren, steden in de mist en reconstructies van Anna Karenina gaat hij de wereldliteratuur langs.
Niets ontgaat zijn gedachten bij het lezen. Zo denkt hij niet alleen aan beelden bij het lezen, maar ook aan geluiden en geuren. Lezen lijkt op een rivier, volgens Peter Mendelsund, al heeft hij deze opmerking verbannen naar een voetnoot:
Een veelgebruikte metafoor voor het beschrijven van het absorberende van lezen is het drijven op een rivier: we worden door een verhaal meegevoerd alsof we in een bootje zonder roeispanen zitten. Deze metafoor impliceert een passiviteit die in tegenspraak is met de betrokkenheid van onze lezende geest. Soms moeten we hard tegen de stroom in roeien of om een uitstekende rots heen varen. En zelfs als we gewoon dobberen in de boot waar we in zitten: onze eigen geest. (307) |
Om te kunnen lezen, moet je heel hard werken. Want als Peter Mendelsund je iets leert in zijn boek, dan het is het dat een boek niet alleen mooi is door de schrijver, maar dat ze de lezer er net zo’n groot aandeel in heeft. Een compliment die elke lezer zichzelf mag geven.
En terecht.
Peter Mendelsund: Wat we zien als we lezen. Oorspronkelijke titel What We See When We Read. Nederlandse vertaling Roos van de Wardt. Amsterdam/Antwerpen: Uitgeverij Atlas Contact, 2015. ISBN: 978 90 254 4567 6. 432 pagina’s. Prijs: € 21,99. Bestel
Een perfecte dag voor literatuur
Dit is mijn bijdrage over Wat we zien als we lezen van Peter Mendelsund. We lezen dit boek bij Een perfecte dag voor literatuur van notjustanybook.nl. Lees de bijdragen van anderen in de reacties.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten