Hoe lang ik naar de wolken kijk, weet ik niet. Lang. De lucht als oneindige mogelijkheid om de fantasie te laten botvieren. Wegdromen bij de oneindige stroom wolken die voorbij drijft. Een hemel die elk moment weer anders uitziet. Behalve bij een strakblauwe hemel. Het is dan vaak mooi weer, maar voor de fantasie funest.
Een van de mooiste blogs van mijn vriend Jacob Jan Voerman vind ik de blog over zijn opa en overgrootvader, de schilders Jan Voerman. Senior en Junior. De eerste bekend van de wolkenluchten. De tweede bekend van de Verkade-albums daarin illustreerde hij elk bloemetje tot in detail, net als de grote wintervlinder of de tere strandschelp.
Het is de zin: “Die wolken zijn in werkelijkheid nooit zo, zo ben ik van binnen.” Zijn overgrootvader schilderde niet de lucht zoals hij was, maar zoals hij zelf was. Ik kijk vaak naar de lucht en denk er heel veel bij. Niet de figuren die andere mensen erin zien: een pijprokend mannetje of een blaffende hond. Ik zie de wolken. Mijn fantasie vertelt het verhaal van die wolk, niet van de boze man met de baard die anderen erin zien.
Vandaag ga ik naar het Voermanmuseum, met Jacob Jan. Ik wil al een hele tijd gaan. Net zoals ik niet weet wanneer ik van wolken begon te houden, ik ben er echt iets mee gaan doen vanaf 2010, weet ik ook niet wanneer ik de schilder Voerman leerde kennen. De wolkenluchten van zijn schilderijen ogen meer dan realistisch. Dat komt omdat hij niet de ‘echte’ lucht schilderde, maar zoals hij zich van binnen voelde.
En ik voelde dat ook ineens. Misschien moet ik eens niet dichten met een wolk erbij, maar de wolken in mijzelf laten spreken. Zo krabbel ik de laatste dagen wat gedichten op over de hemel zoals die in mijn hoofd is. Dan kijk ik tussendoor naar buiten en zie dat ze met elkaar overeenstemmen. Het is misschien net literatuur, goede literatuur vertelt hoe het gebeurd zou kunnen zijn, niet hoe het gebeurd is.
Fantasie is in de muziek een muziekstuk dat grillig is en los staat van een vorm, maar doorleefd is. De wolken van Jan Voerman senior zijn ook doorleefd, daarom spreken ze zo. Een verhaal – waar gebeurd of niet – moet doorleefd zijn en los staan van alle ballast uit de werkelijkheid. Pas dan is het fantasie en komt het tot leven. De enige vorm van scheppen…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten