28 december 2013

Oliver Twist (2) - Excuus voor de uitweiding

image

Wat maken een schrijver als Charles Dickens en een boek als Oliver Twist zo interessant om nog altijd zo’n boek te lezen? Natuurlijk is dat het onderwerp: de armoede en ellende van de onderklasse in het Engeland van de negentiende eeuw buitengewoon aangrijpend is. Maar waar echt heel erg van gecharmeerd ben, is de verteller.

Met name aan het begin van een hoofdstuk weet hij met humor en bravoure zijn personages te introduceren of de lezer speels te onderhouden. Zoals aan het begin van het 27e hoofdstuk. Hierin legt de verteller uit aan de lezer dat hij even een personage in de steek laat. Meneer Bumble, belast als parochiepedel met de armenzorg in zijn gemeente, is bij mevrouw Corney langs om haar ten huwelijk te vragen. De directrice van het werkhuis waar Oliver Twist is geboren en zijn moeder kort na de geboorte stierf.

Mevrouw Corney moet weg en laat daarmee de parochiepedel alleen achter. De verteller volgt mevrouw Corney en gaat mee naar de kamer waar een oude vroedvrouw sterft die nog iets wil opbiechten voor haar dood. Daarna verplaatst het verhaal zich naar de misdadiger Fagin die iets overlegt met een paar compagnons van de misdadigersbende.

Dan komt de verteller weer terug. Het begint al met de cursieve tekst onder het hoofdstuk-nummer:

Waarin de onbeleefdheid van een vorig hoofdstuk, om een dame zomaar in de steek te laten, weer wordt goedgemaakt.

Dat was inderdaad drie hoofdstukken terug. Maar hij laat dat daar niet bij. De verteller biedt zijn excuses aan, een moment om van te genieten:

Daar het eenvoudig schrijver in het geheel niet betaamt om een zo gewichtig personage als een pedel met zijn rug naar het vuur en de rokspanden onder de armen te laten wachten tot het hem wel zou willen behagen hem te verlossen en daar het zijn stand of galante aard nog minder past om tevens een dame te veronachtzamen op wie die pedel een teder en liefderijk oog heeft laten vallen en wie hij zoete woordjes in het oor had gefluisterd, welke komend van die kant het hart van elke vrouw en van elk meisje, van welke rang ook, wel moesten treffen; haast zich de historieschrijver, wiens pen deze woorden neerschrijft – er op vertrouwend, dat hij weet waar hij staan moet en dat hij voor wie in de wereld met macht en autoriteit zijn bekleed, een voegzaam ontzag koestert – hun de hoogachting te betuigen, waarop hun positie hun recht geeft en hen te behandelen met al die verschuldigde eerbied, welke hun hoge rang (en bijgevolg van hun grote verdienste) gebiedend van hem vergt. Te dien einde had hij zich inderdaad voorgenomen om op deze plaats een verhandeling in te lassen betreffende het goddelijke recht der pedels, om in het licht te stellen, dat een pedel onmogelijk recht kan doen: waarmee hij zijn weldenkende lezers ongetwijfeld zou hebben verheugd en tevens gesticht, doch welke hij bij gebrek aan tijd en ruimte, helaas wel genoodzaakt is tot een geschiktere gelegenheid uit te stellen; zodra deze zich echter voordoet, zal hij bereid zijn aan te tonen, dat een rasechte pedel, dat wil dus zeggen. een parochiepedel die aan een gemeentewerkhuis is verbonden en die qualitate qua tot de kerk der parochie behoort, dat zulk een pedel dus reeds krachtens zijn ambt begiftigd is met de voortreffelijkste eigenschappen welke het mensdom eigen zijn, maar dat gewone verenigingspedels of die dienst doen aan het gerechtshof of zelfs die tot hulpkerken behoren (behalve misschien deze laatsten maar dan toch maar in uiterst geringe mate) niet de minste aanspraak kunnen maken op al die uitnemende kwaliteiten. (158)

Deze twee volzinnen beslaande alinea uit Oliver Twist lijkt misschien een uitweiding, maar hij kent vooral waarde toe aan de verteller. Ik kan echt genieten van dit soort passages waarin de verteller zijn lezer misleidt en ook bedriegt. Het maakt een boek met een zwaar onderwerp dat De lotgevallen van Olivier Twist is, dragelijk.

Misschien kunnen dit soort vertellers en dit soort zinnen in deze tijd niet meer. Ze getuigen hier van een groot verteller. De speling van de verteller met zijn eigen verhaal zijn heerlijk om mee te maken. Zeker bij een boek als Oliver Twist dat van zichzelf zwaar genoeg is, maar door dit soort passages extra humor en lading krijgt.

Daarna vertelt de verteller zijn verhaal gewoon weer verder. Meneer Bumble telt voor de zoveelste maal de theelepeltje van de weduwe Corney en onderzoekt de rest van het huisraad op degelijkheid. Het vinden van een doosje met muntstukken erin bevestigt zijn besluit om de weduwe echt ten huwelijk te vragen. Iets dat hem duur komt te staan, zal uit de rest van het verloop van Oliver Twist blijken.

Het verhaal vertelt verderop zelf wel over de rol van de gemeentepedel. En of die waardig is? Dat laat zich wel raden.

Meer lezen over Oliver Twist

Deze blog is onderdeel van een serie van vijf blogs over Oliver Twist van Charles Dickens. Lees ook de vier andere blogs:

Geen opmerkingen: