De ik-verteller en hoofdpersoon van zijn eigen dagboek, Hendrik Groen, loopt erg slecht. Over 100 meter doet hij 1 minuut en 27 seconden schrijft hij met de trots van een atleet. Het is zijn snelste tijd. Zijn voeten willen niet meer vooruit, merkt hij.
Hendrik Groen moet eraan geloven. Ook hij zal in de scootmobiel moeten. In eerste instantie ziet hij het niet zo zitten, maar na een proefritje in het elektrische wagentje van een huisgenoot, ontdekt hij de gemakken van dit vervoermiddel.
Hij besluit er zelf 1 aan te schaffen. Hendrik presenteert het in zijn dagboek alsof hij een sportwagen heeft aangeschaft:
Het is geworden: de Élégance 4. Stabiel, comfortabel, kleine draaicirkel en in een mooie kleur rood. (203) |
Het voertuig op 4 wielen verschaft hem enorm veel vrijheid. Hij rijdt naar het vliegenbos en kan voor het eerst sinds jaren weer de pont nemen over het IJ naar de binnenstad van Amsterdam. Zo is zijn bereik immens toegenomen.
Aan het rijden in een scootmobiel kleeft ook een dosis vooroordelen, beseft Hendrik Groen. De wagentjes zorgen in supermarkten voor de nodige opstoppingen en ook in het verkeer staan de wagentjes niet bekend als de nobelste rijders. Daar heeft hij zelf ook vaak last van.
Bijvoorbeeld als hij plotseling stil moet staan op het fietspad en een brommerrijden voor hem moet remmen:
De bestuurder, rond de twintig, keek mij vuil aan. ‘Opzij ouwe!’ ‘Meneer ouwe, voor u. Een beetje respect graag. Daar hebben we het toch altijd over.’ Ik tikte met mijn vuist op mijn borst en zei: ‘Respect man.’ ‘Achteruit ouwe!’ Ik ging achteruit en maakte ruimte om hem door te laten. Van vijftig centimeter afstand spuugde hij me vol in mijn gezicht, gaf gas en scheurde weg. Spuug droop over mijn wang. Walgend veegde ik het weg met mijn mouw. (265) |
Hij wordt nog boos als hij eraan terugdenkt en deelt zijn frustratie met zijn huisvriendin Eefje. Zij reageert zoals het hoort:
‘Als je een geweer had gehad, had je hem van zijn brommer geschoten, kan ik mij voorstellen.’ (266) |
En Hendrik beseft dat een geweer het probleem alleen maar erger had gemaakt. Dan zou hij trillend van woede misgeschoten hebben en een onschuldige voorbijganger hebben geraakt.
Het levensechte verhaal van Hendrik Groen maakt mij alleen maar nieuwsgieriger: wie schuilt er toch achter die pseudoniem?
Hendrik Groen: Pogingen iets van het leven te maken, Het geheime dagboek. Amsterdam: Meulenhoff, 2014. ISBN: 978 90 290 8997 5. 328 pagina’s. Prijs: € 18,99. Bestel
Geen opmerkingen:
Een reactie posten